ECLI:NL:RBGEL:2025:7169
Rechtbank Gelderland
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schorsing executie vonnis afgewezen in kort geding
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Gelderland op 14 juli 2025, vorderde eiser in kort geding de schorsing van de tenuitvoerlegging van een eerder vonnis van 5 maart 2025. Eiser stelde dat er sprake was van kennelijke misslagen in het vonnis, maar de rechtbank oordeelde dat deze misslagen niet bewezen waren. Eiser had geen overtuigende argumenten aangedragen die zijn vordering konden onderbouwen. De voorzieningenrechter voerde een belangenafweging uit en concludeerde dat het belang van gedaagde bij de executie van het vonnis zwaarder woog dan het belang van eiser bij schorsing. De voorzieningenrechter wees de vordering van eiser af en veroordeelde hem in de proceskosten. De kosten werden begroot op € 1.616,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving. De uitspraak werd openbaar gedaan en is vastgelegd in een proces-verbaal.