I. Alfa Laval Nijmegen en haar ontbindingsverzoek ex artikel 7:671b BW gebaseerd op de a-grond, de g-grond, de e-grond en de i-grond niet-ontvankelijk te verklaren en/of af te wijzen, kosten rechtens;
II. de gronden voor ontslag zo nodig aan te vullen met de gronden g, h en i en uit dien hoofde de ontbinding uit te spreken, waarbij rekening wordt gehouden met het ernstig verwijtbaar handelen en/of nalaten van Alfa Laval Nijmegen en dat ook te benoemen en uit te spreken bij de ontbinding, al dan niet met een aanvulling van de rechtsgronden ex artikel 25 Rv;
III. Alfa Laval Nijmegen te veroordelen tot het betalen van de verschuldigde transitievergoeding x 1,5, in het geval de arbeidsovereenkomst ontbonden wordt;
IV. Alfa Laval Nijmegen te veroordelen tot het toekennen van een billijke vergoeding, minstens gelijk aan het bedrag dat is genoemd als vergoeding en compensatie voor de door [verweerder] te lijden pensioenschade;
V. te bepalen dat [verweerder] bij de ontbinding van de arbeidsovereenkomst geen rechten kan ontlenen aan de al dan niet overeengekomen belemmerende bedingen, een concurrentiebeding en relatiebeding daaronder begrepen;
VI. Alfa Laval Nijmegen te veroordelen om minimaal € 5.000,00 te vermeerderen met btw aan advocaatkosten aan [verweerder] te betalen;
VII. hem de mogelijkheid te geven om zijn onvoorwaardelijke verzoek in te trekken;
VIII. om rectificatie, rehabilitatie en excuses;
IX. om een vergoeding voor advocaatkosten en een immateriële schadevergoeding van minimaal € 15.000,00 als rectificatie en rehabilitatie uitblijven;
X. de uitspraak ECLI:NL:RBNHO:2023:5301 aandacht te geven, toe te passen op deze beschikking met het integraal toewijzen van de verzoeken van [verweerder] ; XI. Alfa Laval Nijmegen te veroordelen in de proceskosten.