ECLI:NL:RBGEL:2025:669
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake woningsluiting door burgemeester Arnhem na overtreding Opiumwet
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekers tegen het besluit van de burgemeester van Arnhem om een last onder bestuursdwang op te leggen. Dit besluit, genomen op 14 januari 2025, houdt in dat verzoekers hun woning voor drie maanden moeten sluiten vanwege overtredingen van de Opiumwet. De burgemeester heeft geconstateerd dat in de woning aanzienlijke hoeveelheden harddrugs zijn aangetroffen, wat aanleiding gaf tot het opleggen van de sluiting. Verzoekers, een getrouwd stel, hebben bezwaar gemaakt tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op een zitting behandeld, waarbij zowel verzoekers als de gemachtigden van de burgemeester aanwezig waren.
De voorzieningenrechter oordeelt dat de burgemeester bevoegd was om de woning te sluiten op basis van artikel 13b van de Opiumwet, gezien de aangetroffen hoeveelheid drugs en de omstandigheden van de zaak. De burgemeester heeft volgens zijn beleid gehandeld, aangezien er sprake is van een ernstig geval van overtreding. De voorzieningenrechter heeft echter twijfels over de evenwichtigheid van de sluiting en wil meer informatie over de gevolgen van de sluiting voor verzoekers, vooral gezien de medische situatie van verzoekster. Daarom heeft de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening getroffen en de sluiting van de woning opgeschort tot er meer duidelijkheid is over de evenwichtigheid van het besluit. Een nadere zitting is gepland op 27 februari 2025 om de zaak verder te behandelen.