Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
- 10 oktober 2023 ([naam 1]): ‘Wat ben je van plan’
- 10 oktober 2023 ([naam 1]): ‘Om met hem te doen’
- 10 oktober 2023 ([naam 1]): ‘Je beseft wel is vader van [naam 2]’
- 10 oktober 2023 ([naam 1]): ‘Je zegt wel schiet kogel door zn been besef het is haar vader’
- 10 oktober 2023 ([medeverdachte] ): ‘Lioster is na mij pik’
- 10 oktober 2023 ([medeverdachte] ): ‘Wie denkt hij dag hij is’
- 10 oktober 2023 ([medeverdachte] ): ‘Hij mag mijn geld niet aandake’
- 10 oktober 2023 ([medeverdachte] ): ‘Klaar’
- 15 oktober 2023 ([medeverdachte] ): ‘wees ma duidelijk gaat niet goed aflop j’
- 17 oktober 2023 ([medeverdachte] ): ‘wilt ie niet geven eigeschuld krijg ie kogels’;
- 20 oktober 2023 ([medeverdachte] ): ‘want ga die [slachtoffer] wat aandoen’
- 22 oktober 2023 ([medeverdachte] ): ‘nee ben hem zat zijn zusje gaat toch geld sturen daarna is hij aan de beurt’ (…) ‘schiet hem so doorze kkbene’;
- 9 november 2023 ([medeverdachte] ): ‘luister goed naar mij begin het beetje zat te raken ja praat ma goed met die kankerhoerezoon en zijn kankerzus dat zij die kankergeld moet sturen ja alles voor de 19e en praat die kankerhoerekind schrijft die huis over als hij nie meewerkt laat ik hem self meewerken’.
[slachtoffer]) staan, die aan het schreeuwen was ‘kom dan hier’. Toen hij terugliep, zag hij de twee mannen aan de andere kant van de tunnel staan. Hij zag dat deze mannen aan het draaien en aan het kijken waren. [14]
[slachtoffer]) op de verhoging staan. Hij zag dat een auto, die hij kort ervoor ook al had gezien, met hoge snelheid aan kwam rijden. De auto werd geparkeerd op de Amerstraat op de kruising. Hij zag twee mannen uit de auto komen, waarbij de bestuurder (
[verdachte]) voorop liep en de bijrijder (
[medeverdachte]) anderhalve meter erachter. Het was voor hem duidelijk dat deze personen de confrontatie met de andere man opzochten, want de mannen liepen met verhoogde pas. Het was
straight to the point. Hij hoorde de bestuurder naar de man op de verhoging iets schreeuwen in de trant van ‘kom naar beneden’. Nadat de bestuurder dit riep, zag hij dat de bestuurder een handpistool tevoorschijn haalde, deze richtte op de man op de verhoging en schoot. Hij hoorde één harde knal en zag een lichtflits uit het wapen komen. Dit speelde zich af rond 23.45 uur. [15]
- De reden voor de ontmoeting op 10 december 2023 was (mede) gelegen in het conflict dat [medeverdachte] met [slachtoffer] had (over gestolen geld / [naam 1]) en uit de communicatie volgt dat dit conflict kennelijk na oktober 2023 nog niet was opgelost.
- [medeverdachte] en [verdachte] die avond beiden bezig zijn geweest met / over [slachtoffer].
- [medeverdachte], in tegenstelling tot [verdachte], als enige in verband wordt gebracht met een conflict met [slachtoffer] en met het bezit van een vuurwapen. Dit laatste wordt bevestigd door de uitlatingen die hij de maanden ervoor doet tegenover [naam 1]. De uitlatingen (zoals ‘schiet hem so doorze kkbene’) passen bovendien bij hetgeen op 10 december 2023 daadwerkelijk is gebeurd. Daar komt bij dat, volgens [medeverdachte], het wapen onderweg naar Duitsland is weggemaakt en [medeverdachte] zeer kort na het schieten contact heeft met [naam 3] waarbij wordt gesproken over ‘neem alles mee’, ‘laat niets achter thuis’. Dit past naar het oordeel van de rechtbank, zonder nadere uitleg die ontbreekt, bij het wegmaken van het wapen. [medeverdachte] heeft daar kennelijk een contactpersoon voor benaderd. De rechtbank gaat er dan ook van uit dat [medeverdachte] -als het vuurwapen niet van hem was- op z’n minst op de hoogte was de aanwezigheid van het vuurwapen, en het eventuele gebruik ervan. Het is, gelet op de eerdere confrontaties waarbij ook door [slachtoffer] geweld is gebruikt of is gedreigd met een wapen richting [medeverdachte], ook niet ondenkbaar dat een vuurwapen ter beveiliging of bedreiging werd meegenomen.
- De afspraak met [slachtoffer] weliswaar door [verdachte] is gemaakt, maar dat [medeverdachte] en [verdachte] die hele avond samen zijn (grotendeels in een auto zittend) en [medeverdachte] ondertussen ook gefrustreerd communiceert met [naam 1] over [slachtoffer].
- [medeverdachte] en [verdachte], volgens de getuigen, duidelijk op zoek zijn naar iemand en zich vreemd gedragen.
- [medeverdachte] en [verdachte] gezamenlijk de confrontatie met [slachtoffer] aangaan.
- [medeverdachte] en [verdachte] vervolgens samen, na een wisseling van auto, zijn gevlucht en het wapen onderweg hebben weggemaakt.
3.De bewezenverklaring
of omstreeksde nacht van 10 op 11 december 2023 te Arnhem, tezamen en in
of meerander
en, althans alleen,[slachtoffer] opzettelijk
en met
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
- Getuige [getuige 5] die het schietincident heeft gezien, verklaart over het zien van een persoon op de verhoging, twee personen die samen daarop aflopen, een van de twee personen die iets roept naar de man en er vrijwel direct door deze persoon een pistool op de man op de verhoging wordt gericht en wordt geschoten. Deze verklaring verhoudt zich niet met het scenario dat [slachtoffer] van de verhoging af is gekomen. Bovendien heeft deze getuige specifieke aandacht gehad voor de verdachten. Als [slachtoffer] daadwerkelijk zo dichtbij was gekomen als door de verdachten wordt gesteld, dan zou het in de rede hebben gelegen dat deze getuige ook iets van [slachtoffer] zou moeten hebben waargenomen.
- Er is sprake van een (vanaf het linker bovenbeen bezien) naar rechts, achterwaarts en iets bovenwaarts gericht schotkanaal dat eindigde in de rechterhelft van het bekken. Dat sprake is van een bovenwaarts gericht schotkanaal verhoudt zich niet met het scenario dat [slachtoffer] voor het schieten al van de verhoging af is gekomen en [verdachte] op zijn benen zou hebben gericht.
- [slachtoffer] is aangetroffen ter hoogte van de achterband van de achteruit in het parkeervak geparkeerde bestelbus, met slechts een trottoir tussen hem en de verhoging in. Deze positie valt slecht te rijmen met het door [verdachte] gestelde scenario dat [slachtoffer] al rennend met het zwaard van de verhoging af is gekomen en dat daarna (pas) is geschoten.
- De verdachten samen nadien naar het buitenland zijn gevlucht en daar zijn gebleven, waardoor afstemming van de verklaringen mogelijk is geweest, het vuurwapen in de tussentijd (al dan niet met behulp van een derde) is weggemaakt en hierdoor nader (technisch) onderzoek onmogelijk is gemaakt en ook geen verzoek vanuit de verdediging is gekomen om nader onderzoek te doen naar de schootsbaan.
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vorderingen
[getuige 1] (moeder van [slachtoffer]),bijgestaan door mr. F. van den Heuvel
[benadeelde 1] (minderjarige dochter van [slachtoffer]), met toestemming van mr. S. van Os (bijzonder curator) vertegenwoordigd door mr. F.H. Batavier
[benadeelde 2] (zusje van [slachtoffer]), bijgestaan door mr. F. van den Heuvel
[benadeelde 3] (zusje van [slachtoffer]):€ 22.500,- aan affectieschade.
[benadeelde 4] (broertje van [slachtoffer]): € 22.500,- aan affectieschade.
[benadeelde 5] (stiefvader van [slachtoffer]): € 11.964,30 aan uitvaartkosten, allen eveneens bijgestaan door mr. F. van den Heuvel.
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) jaar;