In deze zaak vordert Meubelfabriek De Valk B.V. (hierna: De Valk) van Achmea Schadeverzekeringen N.V. (hierna: Achmea) betaling van een schadevergoeding van € 174.100,00, alsook vergoeding van expertisekosten en buitengerechtelijke kosten. De Valk heeft een verzekeringspakket afgesloten bij Achmea, waaronder een gebouwenverzekering en een bedrijfsschadeverzekering. Na een instorting van het dak van de meubelfabriek door hevige regenval op 18 juni 2021, heeft De Valk schade gemeld bij Achmea. Partijen hebben experts benoemd om de schade vast te stellen, maar konden het niet eens worden over de hoogte van de schade. Een derde expert heeft uiteindelijk de schade vastgesteld op € 1.550.000,00. Achmea heeft zich beroepen op vernietiging van deze uitspraak, maar De Valk heeft dit betwist en vordert nakoming van de uitspraak van de derde expert. De rechtbank oordeelt dat de uitspraak van de derde expert bindend is, tenzij er sprake is van ernstige gebreken in de totstandkoming of inhoud van de uitspraak. De rechtbank concludeert dat Achmea niet heeft aangetoond dat er sprake is van dergelijke gebreken en wijst de vorderingen van De Valk toe, inclusief de buitengerechtelijke kosten en proceskosten.