Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil in conventie
4.Het geschil in reconventie
5.De beoordeling in conventie en in reconventie
.De proceskosten van [eiser in conv] worden begroot op:
Rechtbank Gelderland
In deze zaak, die op 8 juli 2025 door de Rechtbank Gelderland is behandeld, betreft het een kort geding executiegeschil. De eiser, in zijn hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van de rechthebbende, heeft een verbod gevorderd op de tenuitvoerlegging van een verstekvonnis van 13 september 2024, waarin de huurovereenkomst met Stichting Talis was ontbonden en de rechthebbende was veroordeeld tot betaling van huurachterstand. De eiser stelt dat het verstekvonnis geen gemotiveerde beslissing bevatte over de uitvoerbaarheid bij voorraad, waardoor er ruimte is voor een belangenafweging. De kantonrechter heeft op 8 juli 2025 een kop-staart vonnis gewezen, waarin de belangen van de partijen zijn afgewogen. De kantonrechter oordeelt dat het belang van de eiser bij behoud van de woning zwaarder weegt dan het belang van Stichting Talis bij ontruiming. De kantonrechter verbiedt Stichting Talis om het verstekvonnis ten uitvoer te leggen totdat de verzetprocedure is afgerond. Tevens is Stichting Talis veroordeeld in de proceskosten van de eiser. In reconventie zijn de vorderingen van Stichting Talis afgewezen.