ECLI:NL:RBGEL:2025:5725
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- C.L.A. van der Veeken
- E.H.T. Rademaker
- W.H.S. Duinkerke
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van witwassen met betrekking tot een bedrag van €61.000
In de zaak voor de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, is op 15 juli 2025 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1960, die werd beschuldigd van witwassen van een bedrag van ongeveer €61.000. De officier van justitie heeft geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen, aangezien zij niet overtuigd was dat de verdachte wist dat haar bankrekening werd gebruikt voor criminele doeleinden. De raadsvrouw van de verdachte heeft vrijspraak bepleit en aangevoerd dat de verdachte zelf slachtoffer was van oplichting door professionele criminelen. De rechtbank heeft de standpunten van zowel de officier van justitie als de raadsvrouw gevolgd en heeft geoordeeld dat het ten laste gelegde feit niet bewezen kon worden. De rechtbank heeft de verdachte dan ook vrijgesproken van het ten laste gelegde feit. Daarnaast heeft de benadeelde partij een vordering tot schadevergoeding ingediend, maar omdat de rechtbank niet tot een bewezenverklaring kwam, werd de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering. De rechtbank heeft bepaald dat beide partijen hun eigen kosten dragen.