Uitspraak
1.De procedure
- het definitief rapport bevindingen deskundige ontvangen op 23 januari 2025
- de e-mail van [eiser] van 18 februari 2025.
2.De verdere beoordeling
(…) Beoordeling op aantoonbare lichamelijke functiestoornis
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 19 maart 2025 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen [eiser] en VGZ Zorgverzekeraar N.V. [eiser] had een aanvraag ingediend voor een machtiging voor een lower body lift, welke door VGZ was afgewezen. De procedure omvatte een deskundigenrapport dat op 23 januari 2025 was ontvangen, waarin werd geconcludeerd dat er bij [eiser] geen sprake was van een aantoonbare lichamelijke functiestoornis of verminking volgens de geldende criteria. De deskundige, drs. K. Scheele, had vastgesteld dat de klachten van [eiser] niet voldeden aan de voorwaarden voor vergoeding van de kosten van de gewenste ingreep. De kantonrechter heeft de bevindingen van de deskundige overgenomen en geoordeeld dat VGZ de aanvraag terecht had afgewezen. [eiser] werd in het ongelijk gesteld en werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten, inclusief de kosten van de deskundige. De totale proceskosten werden begroot op € 1.492,50, te vermeerderen met wettelijke rente indien niet tijdig betaald. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.