Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
2.De feiten
Zoals zojuist besproken stuur ik nu de koopovereenkomst van de Volkswagen Caddy Rolstoelbus. (…) Jullie krijgen straks nog een overeenkomst incl. de bpm waar jullie als het goed is vrijstelling voor hebben.
Ik stuur jullie nu de autofactuur incl. bpm jullie kunnen de terug gaven met deze factuur en de offerte terugvragen, zie link die ik eerder heb gestuurd.
3.Het geschil
4.De beoordeling
bestelauto, geschikt voor het vervoer van een gehandicapte. Dezelfde eis geldt voor het verlaagde tarief voor de motorrijtuigenbelasting. Van [gedaagde] wordt als professioneel garagebedrijf geacht te weten aan welke (inrichtings-) eisen een auto moet voldoen om als bestelauto gekwalificeerd te worden. Met de overgelegde stukken is voldoende onderbouwd dat door [gedaagde] de indruk is gewekt dat de Volkswagen Caddy voor teruggaaf van bpm in aanmerking zou komen en dat deze auto dus als een bestelauto kwalificeert. Daar komt bij dat [gedaagde] de Volkswagen Caddy in de advertentietekst niet als een personenauto typeert, maar als ‘bedrijfswagen’ en ‘rolstoelauto’. Op basis van deze door een professioneel autohandelaar gegeven inlichtingen mocht [naam] verwachten dat hij een bestelauto kocht, waarmee hij ook in aanmerking zou komen voor het verlaagde tarief aan motorrijtuigenbelasting. De algemene disclaimer op de website van [gedaagde] kan daar niet aan afdoen.