Uitspraak
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 30 januari 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt. Op de mondelinge behandeling is namens [eiser] een pleitnota voorgedragen en heeft [gedaagde] een eigen brief voorgelezen.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak vorderde een woningcorporatie, aangeduid als [eiser], de ontruiming van een woning die door [gedaagde] werd bewoond zonder recht of titel. [gedaagde] had eerder een huurovereenkomst voor een andere woning bij [eiser], maar had deze opgezegd en was zonder toestemming van [eiser] ingetrokken bij zijn twee zoons in een andere woning van [eiser]. De rechtbank oordeelde dat [gedaagde] geen recht had om in de woning te verblijven en dat zijn belangen niet onevenredig werden geschaad, aangezien [eiser] de eerdere woning beschikbaar had gehouden voor hem en zijn zoons. De voorzieningenrechter wees de vordering van [eiser] toe en bepaalde dat [gedaagde] de woning binnen vier weken moest verlaten. De tegenvordering van [gedaagde] om een nieuwe huurovereenkomst aan te gaan werd afgewezen, omdat dit niet mogelijk was in kort geding. De proceskosten werden toegewezen aan [eiser].