ECLI:NL:RBGEL:2025:1185

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
11 februari 2025
Publicatiedatum
12 februari 2025
Zaaknummer
341539-23
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor bedreiging en stalking van gemeentelijke medewerkers

Op 11 februari 2025 heeft de Rechtbank Gelderland een 53-jarige man uit Geldermalsen veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden voor het bedreigen van de burgemeester en medewerkers van de gemeente West-Betuwe, alsook voor stalking van een van deze medewerkers. De man had in verschillende situaties bedreigende uitspraken gedaan, waaronder het uiten van geweldsbedreigingen en het versturen van een grote hoeveelheid intimiderende berichten via WhatsApp. De rechtbank oordeelde dat de bedreigingen voldoende bewijs opleverden voor de strafbare feiten, ondanks dat niet alle tenlastegelegde uitspraken bewezen konden worden. De rechtbank nam in haar overwegingen ook de psychische toestand van de verdachte mee, die eerder al in aanraking was gekomen met de justitie voor vergelijkbare feiten. De officier van justitie had een zwaardere straf geëist, maar de rechtbank oordeelde dat een tbs-maatregel niet proportioneel was in dit geval. De verdachte werd uiteindelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden, waarbij de rechtbank zich bewust was van het hoge recidiverisico.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer: 05.341539.23
Datum uitspraak : 11 februari 2025
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1971 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres] , [postcode] [woonplaats] ,
op dit moment gedetineerd in de [verblijfplaats] .
raadsvrouw: mr. J. Mens, advocaat in Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op openbare terechtzittingen.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na toewijzing van een vordering tot wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1
hij op of omstreeks 30 november 2023 te [plaats] , gemeente [gemeente] , in elk geval in Nederland, [slachtoffer 1] (medewerker afdeling Zorg en Veiligheid van de gemeente [gemeente] ), (telefonisch) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, hierin bestaande dat hij, verdachte, opzettelijk voornoemde [slachtoffer 1] , dreigend (en schreeuwend) de woorden heeft toegevoegd:
- “ Kankerwijf” en/of
- " Ik ga je op Facebook exposen” en/of
- “ Ik ga je kapot maken en schoppen” en/of
- “ Nu ga je Facebook op, jij met je gore kankerkop” en/of
- " Ik schop je voor je...",
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
2
hij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 22 november 2023 tot en met 18 december 2023 te [plaats] , gemeente [gemeente] , in elk geval in Nederland, (telkens) [slachtoffer 2] (burgemeester van de gemeente [gemeente] ) en/of (medewerkers van) de gemeente [gemeente] , (indirect) via (een) teamleider en/of medewerker(s) van de afdeling Zorg en Veiligheid van de gemeente [gemeente] en/of door middel van toegestuurde (Whatsapp)berichten aan die genoemde teamleider en/of medewerker(s) en/of via een burger van [plaats] en/of via de politie Oost-Nederland, heeft bedreigd met enig misdrijf
tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, hierin bestaande dat hij, verdachte, (telkens) opzettelijk voornoemde [slachtoffer 2] en/of (medewerkers van) de gemeente [gemeente] , (indirect) dreigend de woorden heeft toegevoegd:
- " Ik heb en/of er is een (moord)lijst(je) van mensen die ik wil vermoorden/afwerken/iets aan wil doen en de burgemeester staat op nummer 1” en/of
- " Ik heb nu niets meer te verliezen en de gemeente [gemeente] gaat bloeden” en/of
- “ Ik ga het gemeentehuis opblazen met oud en nieuw met een mortier” en/of
- “ Ik weet waar de burgemeester woont, ik steek zijn huis in de fik, ik bind zijn kinderen vast en doe hem van alles aan”,
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
3
hij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 november 2023 tot en
met 28 november 2023 te [plaats] , gemeente [gemeente] , in ieder geval in Nederland,
wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke
levenssfeer, te weten die van [slachtoffer 1] (medewerker afdeling Zorg en Veiligheid van de
gemeente [gemeente] ), door genoemde [slachtoffer 1] (telkens) veelvuldig berichten (met
daarin (be)dreigende en/of intimiderende en/of beledigende teksten) toe te sturen via Whatsapp, met het oogmerk die genoemde [slachtoffer 1] , te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de tenlastegelegde feiten. Ten aanzien van feit 1 kunnen alleen de bewoordingen ‘Ik ga je kapot maken en schoppen’ en ‘Ik schop je voor je…’ bewezen woorden. De overige gedachtestreepjes leveren geen bedreiging op. Ten aanzien van feit 2 heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat verdachte moet worden vrijgesproken van de bewoordingen ‘Ik heb en/of er is een (moord)lijst(je) van mensen die ik wil vermoorden/afwerken/iets aan wil doen en de burgemeester staat op nummer 1’. Het overige kan bewezen worden.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat verdachte moet worden vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. Ten aanzien van feit 1 heeft de verdediging zich op het standpunt gesteld dat het dossier voor de bewoordingen ‘Ik ga je kapot maken en schoppen’ onvoldoende steunbewijs bevat. De overige gedachtestreepjes leveren geen bedreiging op. Ten aanzien van feit 2 bevat het dossier onvoldoende bewijs dat deze bewoordingen daadwerkelijk zijn gezegd. Daarnaast was er geen opzet bij verdachte op bedreiging. Verdachte kon niet weten dat het bij de burgemeester terecht zou komen. Voor feit 1 en feit 2 geldt daarnaast dat bij aangevers niet de redelijke vrees heeft kunnen ontstaan dat zij het leven zouden verliezen, respectievelijk zwaar lichamelijk letsel zouden kunnen oplopen. Ten aanzien van feit 3 heeft de verdediging zich op het standpunt gesteld dat de whatsappberichten, in een korte periode, naar de werktelefoon van mevrouw [slachtoffer 1] zijn gestuurd en dat zij ook op die berichten reageert. Naar zijn aard zijn het geen berichten van stalking.
Beoordeling door de rechtbank
Feit 1
Aangeefster [slachtoffer 1] heeft verklaard dat zij werkzaam is als medewerker Zorg & Veiligheid bij de gemeente [gemeente] . In die hoedanigheid heeft aangeefster sinds 13 november 2023 contact met [verdachte] , roepnaam [verdachte] . Op 30 november heeft [verdachte] vanuit de gemeente een brief ontvangen waarin staat dat het traject met hem stopt. Aangeefster belde hem op om dit toe te lichten. Ze deed dit in het bijzijn van [collega 1] en [collega 2] . Aangeefster hoorde [verdachte] onder andere zeggen dat hij haar kapot zou maken en schoppen. Hij was zo aan het schreeuwen dat ze niet kon horen wat hij verder zei. Aangeefster voelt zich gemanipuleerd en geïntimideerd. Door zijn uitspraken kwam hij in haar persoonlijke sfeer. Ze heeft in rapporten gelezen dat [verdachte] eerder een hulpverlener heeft geslagen, dus ze is bang dat hij zijn bedreigingen daadwerkelijk tot uiting zal brengen. [2]
Getuige [getuige] heeft verklaard dat zij op 30 november 2023 [verdachte] belden. Ze hoorde [slachtoffer 1] zeggen dat de procedure werd stopgezet. Daarna hoorden zij, hiermee bedoelt ze [slachtoffer 1] , [collega 2] en haarzelf, [verdachte] onder andere zeggen ‘dan schop ik je voor je’.
Op grond van het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte tegen aangeefster de woorden ‘Ik ga je kapot maken en schoppen’ heeft gezegd. De aangifte wordt ondersteund door de verklaring van [getuige] . Zij geeft aan dat ze heeft gehoord dat verdachte de woorden ‘ik schop je voor je’ gebruikte. Nu zowel [slachtoffer 1] als [getuige] het woord ‘schoppen’ hebben gehoord, is de rechtbank van oordeel dat het dossier voldoende steunbewijs bevat om tot een bewezenverklaring te komen van de zin ‘Ik ga je kapot maken en schoppen’. De rechtbank stelt verder vast dat de woorden van de verdachte op zichzelf naar hun aard zonder meer geschikt zijn om een strafbare bedreiging op te leveren. De context waarin de bewoordingen zijn geuit maakt dat deze bedreiging, mede gelet op het feit dat aangeefster zich geïntimideerd voelt, het schreeuwen van verdachte en hetgeen zij in rapporten heeft gelezen over het gedrag van verdachte, niet ongeloofwaardig. De rechtbank is dan ook van oordeel dat bij aangeefster de vrees kon ontstaan dat zij zwaar lichamelijk letsel zou kunnen oplopen. De rechtbank zal verdachte van het overige vrijspreken, omdat daar naar het oordeel van de rechtbank niet is voldaan aan het bewijsminimum.
Feit 2
Aangeefster [slachtoffer 1] heeft verklaard dat zij werkzaam is als medewerker Zorg & Veiligheid bij de gemeente [gemeente] . In die hoedanigheid heeft aangeefster sinds 13 november 2023 contact met [verdachte] , roepnaam [verdachte] . Op 22 november 2023 had zij samen met [collega 1] een afspraak met [verdachte] in de woning van de familie [familie van verdachte] in [plaats] . Zij zijn toen in gesprek gegaan met [verdachte] . Tijdens het gesprek duldde [verdachte] geen tegenspraak. Als hem een vraag niet aanstond dan schold hij en gaf hij aangeefster of haar collega een spreekverbod. [verdachte] sloeg hierbij wederom op de tafel met een gebalde vuist en keek met een intimiderende blik. [verdachte] was tijdens het gesprek zoekend naar hun rol, deze ging van zielige hulpverlener naar handlanger van de gemeente [gemeente] . [verdachte] zei dat hij nu niets meer te verliezen had en dat de gemeente [gemeente] gaat bloeden. [3]
Getuige [getuige] heeft verklaard dat zij op 22 november 2023 bij de woning van het gezin [familie van verdachte] aanwezig waren. Op een gegeven moment kwam [verdachte] binnenlopen. [verdachte] zei dat hij nu niets meer te verliezen had en dat de gemeente [gemeente] gaat bloeden. [4]
Aangever [slachtoffer 2] heeft verklaard dat hij sinds 22 november 2019 burgemeester is van de gemeente [gemeente] . Op 22 november 2023 heeft [verdachte] bij medewerkers in een gesprek aangegeven dat hij niks meer te verliezen had en dat de gemeente [gemeente] gaat bloeden. [5]
Op grond van de bovengenoemde bewijsmiddelen stelt de rechtbank vast dat verdachte de woorden ‘Ik heb nu niets meer te verliezen en de gemeente [gemeente] gaat bloeden’ heeft gezegd. De context waarin de bewoordingen zijn geuit maakt dat deze bedreiging, mede gelet op de wijze waarop het gesprek is verlopen, niet ongeloofwaardig. De rechtbank is dan ook van oordeel dat bij aangevers de vrees kon ontstaan dat zij het leven zouden kunnen verliezen. De rechtbank is van oordeel dat het opzet er ook op was gericht dat het bij de medewerkers en burgemeester terecht zou komen. De medewerkers waren immers van de gemeente [gemeente] . De rechtbank zal verdachte van het overige vrijspreken, omdat daar naar het oordeel van de rechtbank niet is voldaan aan het bewijsminimum.
Feit 3
[slachtoffer 1] heeft aangifte gedaan en een klacht ingediend wegens belaging. [6] Aangeefster [slachtoffer 1] heeft verklaard dat zij werkzaam is als medewerker Zorg & Veiligheid bij de gemeente [gemeente] . In die hoedanigheid heeft aangeefster sinds 13 november 2023 contact met [verdachte] , roepnaam [verdachte] . Op 23 november 2023 begon [verdachte] meteen te appen op het nummer dat ze aan hem had gegeven. Ze heeft deze dag 76 berichten van hem ontvangen. In totaal heeft ze uiteindelijk 176 berichten van hem ontvangen. Op 28 november 2023 heeft ze hem geblokkeerd. Aangeefster voelt zich gemanipuleerd en geïntimideerd. Ze wil haar werk kunnen uitvoeren en dat is hierdoor niet mogelijk. Verdachte heeft onder meer de volgende berichten gestuurd:
‘23-11-2023 11:52
[verdachte]
Want ik heb na 10jaar door hen geterroriseerd te zijn wel een leuke kerst verdient en dit is nog maar het begin want er staat nog veel meer op mn lijst (..)
24-11-2023 08:38
[verdachte]
Ik heb gezegd gemeente gaat boeten dus betalen voor maandag anders stopt alles meteen al ik maak geen grappen meer ik ben klaar met onzinnig gepraat en gezanik ze gaan betalen (..)
25-11-2023 09:39
[verdachte]
Ik slaap al 2 dagen niet ben zwaar over de zeik heen en ben pislink op t moment dus ik raad je aan weg te blijven met jullie fucking leugens niemand staat naast me en mijn vertrouwen hebben jullie na 1 dag al verloren met je wensen en werken vanuit gemeente oogpunt of denk je soms dat ik uit een fucking ei gekropen ben ik ben geen dom of achtergebleven persoontje dus niet denken dat ik niet tussen de regeltjes doorlees en niks doorzie want ik heb meer mensenkennis dan dit hele fuck dorp bij elkaar en ik ben ook nog eens hoogbegaafd en nu is mijn dag weer naar de tyfus geholpen dankzij jouw gezever over wat ik wens ik wens niks ik eis 10 miljoen en met minder neem ik geen genoegen meer (..)
26-11-2023 20:19
[verdachte]
M,n hele weekend verneukt dankzij gemeente en jullie met dit gezeik en geouwehoer allemaal ik bergen stress en niks kunnen doen geen geld geen warme plek geen warme kleding en kapotte schoenen maar ik moet maar naar de pijpen van gemeente dansen nou je merkt t wel ik ben overstuur en zij gaan betalen en flink ook als ik maandag geen geld heb en komende 14dagen niet het hele bedrag van 10miljoen heb dan zal er heel veel gaan gebeuren dan daag ik ze voor de rechter en dan kost het ze nog veel meer dan alleen maar geld dan gaat het banen kosten dan gaan er de bajes in dan gaan hun goede naam verkloot worden geloof me en anders ken ik nog een paar hackers die hun naam kan besmeuren om het maar netjes te zeggen (..)
27-11-2023 09:20
[verdachte]
Heel slim van je om niet meer te antwoorden want ik vervloek jouw ook Want jij werkt voor gemeente en je leugens zijn net zo erg (..)
27-11-2023 11:03
[verdachte]
Dan komt ook jouw naam en afbeelding erop te staan met verhaal over hoe en wat je zei en beloofde en tot nu toe niet gedaan hebt ik ben echt klaar met spelletjes ik meen t nu en daarom staat er straks 10.000 op mijn rekening [7]
Verdachte heeft verklaard dat hij de berichten uit onmacht heeft gestuurd. [8]
De rechtbank overweegt dat van belaging (stalking) sprake is wanneer iemand opzettelijk een ander herhaaldelijk lastigvalt waardoor inbreuk wordt gemaakt op diens persoonlijke levenssfeer. Bij de beoordeling van de vraag of sprake is van belaging, zijn verschillende factoren van belang: de aard, de duur, de frequentie en de intensiteit van de gedragingen van de verdachte, de omstandigheden waaronder deze hebben plaatsgevonden en de invloed daarvan op het persoonlijk leven en de persoonlijke vrijheid van het slachtoffer. De kern van het in artikel 285b van het Wetboek van Strafrecht (Sr) neergelegde verbod bestaat uit de stelselmatige inbreuk op iemands persoonlijke levenssfeer.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat de verdachte berichten heeft gestuurd met een dreigende, intimiderende en beledigende toon. Hierbij werd aangeefster ook persoonlijk aangesproken. De manier waarop verdachte contact heeft gezocht en de inhoud, aard, frequentie, duur en intensiteit van de berichtenstroom passen niet bij een normale communicatie met een medewerker van de gemeente. Naar het oordeel van de rechtbank kunnen de bewezenverklaarde gedragingen van verdachte daarom worden aangemerkt als belaging in de zin van artikel 285b Sr. Dat de berichten naar de werktelefoon van aangeefster werden gestuurd en dat zij ook reageerde, maakt dat oordeel niet anders. De hoeveelheid berichten die verdachte heeft gestuurd staan immers in geen verhouding tot de enkele keer dat aangeefster heeft gereageerd. In die berichten gaat het voornamelijk over het verwijzen naar de geplande afspraak op die donderdag.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1
hij op
of omstreeks30 november 2023 te [plaats] , gemeente [gemeente] , in elk geval in Nederland, [slachtoffer 1] (medewerker afdeling Zorg en Veiligheid van de gemeente [gemeente] ), (telefonisch) heeft bedreigd met
enig misdrijf tegen het leven gericht, althans metzware mishandeling, hierin bestaande dat hij, verdachte, opzettelijk voornoemde [slachtoffer 1] , dreigend (en schreeuwend) de woorden heeft toegevoegd:
- “Kankerwijf” en/of
- "Ik ga je op Facebook exposen” en/of
- “ Ik ga je kapot maken en schoppen”
en/of
- “Nu ga je Facebook op, jij met je gore kankerkop” en/of
- "Ik schop je voor je...",
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
2
hij op één of meerdere tijdstip(pen) in
of omstreeksde periode van 22 november 2023 tot en met 18 december 2023 te [plaats] , gemeente [gemeente] , in elk geval in Nederland, (telkens) [slachtoffer 2] (burgemeester van de gemeente [gemeente] ) en/of (medewerkers van) de gemeente [gemeente] , (indirect) via (een)
teamleider en/ofmedewerker(s) van de afdeling Zorg en Veiligheid van de gemeente [gemeente]
en/of door middel van toegestuurde (Whatsapp)berichten aan die genoemde teamleider en/of medewerker(s) en/of via een burger van [plaats] en/of via de politie Oost-Nederland,heeft bedreigd met enig misdrijf
tegen het leven gericht
, althans met zware mishandeling, hierin bestaande dat hij, verdachte, (telkens) opzettelijk voornoemde [slachtoffer 2] en/of (medewerkers van) de gemeente [gemeente] , (indirect) dreigend de woorden heeft toegevoegd:
-
"Ik heb en/of er is een (moord)lijst(je) van mensen die ik wil vermoorden/afwerken/iets aan wil doen en de burgemeester staat op nummer 1” en/of
- " Ik heb nu niets meer te verliezen en de gemeente [gemeente] gaat bloeden”
en/of
- “Ik ga het gemeentehuis opblazen met oud en nieuw met een mortier” en/of
- “Ik weet waar de burgemeester woont, ik steek zijn huis in de fik, ik bind zijn kinderen vast en doe hem van alles aan”,
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
3
hij op één of meerdere tijdstip(pen) in
of omstreeksde periode van 23 november 2023 tot en
met 28 november 2023 te [plaats] , gemeente [gemeente] , in ieder geval in Nederland,
wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke
levenssfeer, te weten die van [slachtoffer 1] (medewerker afdeling Zorg en Veiligheid van de
gemeente [gemeente] ), door genoemde [slachtoffer 1] (telkens) veelvuldig berichten (met
daarin (be)dreigende en
/ofintimiderende en
/ofbeledigende teksten) toe te sturen via Whatsapp, met het oogmerk die genoemde [slachtoffer 1] , te dwingen iets te doen,
niet te doen, te dulden en
/ofvrees aan te jagen.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
bedreiging met zware mishandeling
feit 2:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht
feit 3:
belaging

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf weken en daarnaast een gemaximeerde terbeschikkingstelling (tbs) met dwangverpleging. De officier van justitie heeft ten slotte gevorderd om een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel (GVM) op te leggen.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair verzocht om geen tbs-maatregel op te leggen. Er is geen sprake van ‘ernstig nadeel’. Daarnaast is een tbs-maatregel niet proportioneel. Eerdere behandelingen zijn niet van de grond gekomen, omdat verdachte weigert. Dit zal binnen de tbs niet anders zijn. Hierdoor zal het een lang en frustrerend behandeltraject zijn, hetgeen niet in verhouding staat tot de aard en ernst van de feiten. De verdediging geeft de rechtbank nog in overweging om ambtshalve een zorgmachtiging op te leggen. Indien de rechtbank wel een tbs-maatregel oplegt dan dient deze gemaximeerd te worden. Ten slotte verzoekt de verdediging om geen GVM op te leggen, omdat dit zich niet verhoudt tot de ernst van de feiten.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan bedreiging en belaging van medewerkers van de afdeling Zorg & Veiligheid van de gemeente [gemeente] en de burgemeester van diezelfde gemeente. In een korte periode heeft verdachte een grote hoeveelheid intimiderende en dreigende berichten gestuurd naar de desbetreffende medewerker. De bedreigingen en berichtenstroom komen naar eigen zeggen omdat hem onrecht is aangedaan en ze geen woning voor hem regelden. Door op deze manier te handelen worden de burgemeester en de medewerkers van Zorg & Veiligheid belemmerd in hun werkzaamheden en voelen zij zich bedreigd. De rechtbank acht een dergelijke bejegening, van medewerkers die gewoon hun werk doen, onaanvaardbaar.
Strafblad
Uit de justitiële documentatie van 18 december 2024 blijkt dat verdachte de afgelopen vijf jaar meermalen is veroordeeld wegens bedreiging. Zo is verdachte onder andere op 26 oktober 2023 veroordeeld voor twee bedreigingen tot een gevangenisstraf van twee weken. Op 26 oktober 2022 heeft verdachte vier weken gevangenisstraf opgelegd gekregen voor bedreiging en op 13 september 2022 is verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie weken voor onder andere bedreiging.
Toerekenbaarheid
Verdachte is onderzocht in het Pieter Baan Centrum (PBC). Uit het rapport van N.A. Sam-Sin, psychiater onder supervisie van S.J. Roza, psychiater en H.A. de Jonge, GZ-psycholoog, allen verbonden aan het PBC, van 13 januari 2025 blijkt dat verdachte in de periode van 19 september 2024 tot en met 31 oktober 2024 gedurende zes weken is opgenomen in het PBC. Verdachte heeft zeer beperkt medewerking verleend aan het onderzoek. Hij heeft meermaals zeer expliciet aangegeven niet in gesprek te willen gaan met de psychiaters en psycholoog. Waar hij dat wel deed, gaf hij vaak tegenstrijdige informatie. Hierdoor wordt de anamnese als beperkt betrouwbaar ingeschat. De onderzoekers hebben voldoende gedragskundige informatie verkregen om een ‘gebrekkige ontwikkeling’ te onderbouwen en vast te stellen. De neurobiologische ontwikkelingsstoornis en de persoonlijkheidsstoornis zijn niet nader te specificeren of te differentiëren, omdat dit niet mogelijk is gebleken door het ontbreken van de nodige informatie. Het gedragsrepertoire is dermate chronisch in zijn levensloop te herkennen dat gesteld kan worden dat deze ook aanwezig waren ten tijde van het ten laste gelegde. De onderzoekers adviseren om verdachte de tenlastegelegde belaging en bedreigingen in een verminderende mate toe te rekenen. Hoe zeer verminderd is – vanwege het niet nader kunnen bespreken van de delictscenarios’s met verdachte – niet nader te specificeren.
De rechtbank neemt voornoemde conclusies over en maakt deze tot de hare en is op grond daarvan van oordeel dat, gelet op het advies van de rapporterende deskundigen, het feit verdachte in verminderde mate kan worden toegerekend.
Straf en/of maatregel
In het PBC-rapport staat verder beschreven dat verdachte op diverse levensgebieden disfunctioneert. Er is – alleen al op grond van de voorgeschiedenis en het in de persoonlijkheid verankerende patroon van actief verzet en dreigen zodra hij zich in het nauw gedreven voelt – gevoeglijk te veronderstellen dat verdachte, zonder wijzigingen in zijn leefomstandigheden en/of pathologie, een hoog recidiverisico heeft ten aanzien van soortgelijke feiten als onderhavige. Vanwege dit hoge recidiverisico en de ernstige en chronische psychopathologie die hieraan ten grondslag ligt, zien onderzoekers aanleiding een intensieve en langdurige behandeling te adviseren. Onderzoekers zien geen enkele bereidwilligheid dat verdachte zich vrijwillig zal conformeren aan een behandeling. Elk voorwaardelijk kader zal, ook gezien de lange voorgeschiedenis met onttrekkingen en weigeringen, gedoemd zijn te mislukken. Onderzoekers hebben een zorgmachtiging overwogen, maar als onvoldoende toereikend geacht. Het (civiel)rechtelijk kader waarbinnen verplichte zorg het ultimum remedium is duurt onvoldoende lang en is onvoldoende gericht op recidiverisico reductie. Er is volgens onderzoekers dan ook geen andere mogelijkheid dan te adviseren om het risicomanagement vorm te geven binnen het kader van de maatregel tot terbeschikkingstelling (tbs) met dwangverpleging. In geval van een gemaximeerde tbs wordt geadviseerd tot het opleggen van een GVM.
De deskundigen hebben ter zitting het rapport in die zin aangevuld dat de verwachting is dat, als verdachte al aan de voorwaarden van een zorgmachtiging voldoet, deze naar verwachting te kort is. Daarnaast wordt daar niet gekeken naar het recidiverisico.
Uit het reclasseringsadvies van 6 januari 2025 blijkt dat verdachte eenmaal kort heeft gesproken met de reclassering. Na een paar minuten is hij opgestapt. De reclassering kan om die reden geen actuele risico inschatting maken van de kans op recidive. Vanaf 1987 komt verdachte in contact met de reclassering. Er zijn rapporten uitgebracht en hierin wordt steeds gerapporteerd dat het recidiverisico hoog is. Aanleiding daarvoor is dat verdachte alle aangeboden hulpverlening in vrijwillig kader afhoudt en niet meewerkt aan de opgelegde reclasseringstoezichten. Dat maakt dat de kans op recidive hoog is. De reclassering adviseert negatief over een reclasseringstoezicht. De reclassering adviseert om bij een (deels) onvoorwaardelijke gevangenisstraf of behandelmaatregel een GVM op te leggen.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat het opleggen van tbs met dwangverpleging niet proportioneel is. De rechtbank acht twee bedreigingen en belaging bewezen en deze waren altijd mondeling of schriftelijk van aard. Deze feiten zijn daarmee niet van dien aard dat zij de oplegging van de ingrijpende maatregel van tbs met dwangverpleging rechtvaardigen. Het staat vast dat verdachte hulp nodig heeft, maar omdat niet is voldaan aan het proportionaliteitsbeginsel kan deze hulp niet via de tbs met dwangverpleging aan verdachte worden geboden. Een voorwaardelijk kader acht de rechtbank, gelet op de adviezen, niet zinvol. Verdachte zal hier namelijk niet aan meewerken. Een (ambtshalve opgelegde) zorgmachtiging acht de rechtbank in dit geval ook niet geïndiceerd, gelet op de adviezen van de deskundigen.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat niet anders dan een ‘kale’ gevangenisstraf kan worden opgelegd. Gelet op de ernst van de feiten, het strafblad en de persoon van verdachte acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden passend en geboden. Na beraadslaging in raadkamer heeft de rechtbank de voorlopige hechtenis op 29 januari 2025 opgeheven. Dit is in een aparte beschikking vastgelegd.
De rechtbank is zich ervan bewust dat het hoge recidiverisico met deze straf niet wordt verminderd en verdachte mogelijk zal doorgaan met het plegen van soortgelijke feiten. Het (straf)recht biedt in dit geval echter geen mogelijkheden waarbinnen verdachte gedwongen geholpen kan worden en waarbij zowel aandacht is voor het verlagen van het recidiverisico als waar behandeling plaatsvindt.
De rechtbank zal geen GVM opleggen, omdat niet aan de voorwaarden is voldaan zoals deze door de wet zijn gesteld.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen 57, 285, 285b van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
vier (4) maandenen beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.A.M. Bögemann, (voorzitter), mr. E.H.T. Rademaker en mr. A.M.P.T. Blokhuis, rechters, in tegenwoordigheid van mr. T.L. Tuitert, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 11 februari 2025.

Mr. Rademaker is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [verbalisant] van de politie Oost-Nederland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2023558809, gesloten op 28 december 2023 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal aangifte [slachtoffer 1] , p. 61 en 67.
3.Proces-verbaal aangifte [slachtoffer 1] , p. 61 en 62.
4.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] , p. 24 en 25.
5.Proces-verbaal aangifte [slachtoffer 2] , p. 7 en 8.
6.Proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever, p. 72 en Proces-verbaal ontvangst klacht door hulpofficier van justitie, p. 70.
7.Proces-verbaal aangifte, p. 61 t/m 64 en 67.
8.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 28 januari 2025.