Uitspraak
1.[eiser 1] ,
2.
[eiser 2],
3.
[eiser 3],
4.
[eiser 4],
[bedrijf]
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 5 november 2025
- de pleitnota van [eisers] .
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 20 november 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen meerdere eisers en een gedaagde partij. De eisers, die gezamenlijk een bedrijfsruimte verhuren aan de gedaagde, hebben de gedaagde aangeklaagd wegens achterstallige huur en andere tekortkomingen in de huurovereenkomst. De gedaagde heeft de huur over de maanden april tot en met oktober 2025 niet tijdig betaald, ondanks herhaalde sommaties van de eisers. Daarnaast zijn er diverse klachten van buren over overlast en schade aan het gehuurde, waaronder olie- en Ad Blue-vervuiling. De eisers hebben de gedaagde in een brief op de hoogte gesteld van de huurachterstand en de tekortkomingen, en hebben een kort geding procedure aangekondigd.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van een huurachterstand van meer dan drie maanden, wat op zichzelf al voldoende reden is voor ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde. De rechter heeft geoordeeld dat de gedaagde niet heeft verweer gevoerd tegen de vordering tot ontruiming en dat de situatie ter plaatse verslechtert. De rechter heeft de gedaagde veroordeeld tot ontruiming van het gehuurde binnen veertien dagen na betekening van het vonnis, alsook tot betaling van de achterstallige huur en contractuele boetes. De proceskosten zijn eveneens voor rekening van de gedaagde gesteld. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.