In deze huurzaak vorderen de eisers, bestaande uit meerdere partijen, de ontbinding van de huurovereenkomst met WD Groep B.V. en ontruiming van het gehuurde pand. De eisers stellen dat WD in gebreke is gebleven met het betalen van huurpenningen, wat heeft geleid tot een aanzienlijke huurachterstand van € 37.416,61. De kantonrechter heeft vastgesteld dat WD structureel tekort is geschoten in haar verplichtingen, wat de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt. De vordering tot ontbinding en ontruiming is toegewezen, evenals de vordering tot betaling van achterstallige huur en een gebruiksvergoeding van € 4.952,81 per maand vanaf de ontbinding tot aan de ontruiming. Daarnaast is WD veroordeeld tot betaling van contractuele boetes en buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter heeft de reconventionele vordering van WD afgewezen, omdat deze onvoldoende onderbouwd was. De proceskosten zijn voor rekening van WD, die in het ongelijk is gesteld.