ECLI:NL:RBGEL:2024:8935
Rechtbank Gelderland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vordering tot verificatie van een pensioenaanspraak in faillissement
In deze zaak, die zich afspeelt in het kader van een renvooiprocedure, heeft de eiser, [eiser], een vordering ingediend tot verificatie van een pensioenaanspraak op zijn failliete werkgever, [bedrijf 1]. De eiser stelt dat hij recht heeft op een vordering met betrekking tot vroegpensioen op basis van een garantieregeling. De rechtbank heeft in een tussenvonnis de curator opgedragen om nadere informatie te verstrekken, maar in het eindvonnis van 4 december 2024 oordeelt de rechtbank dat de eiser geen onvoorwaardelijke preferente vordering heeft op [bedrijf 1]. De rechtbank concludeert dat de eiser niet kan aantonen dat hij recht heeft op het vroegpensioen, omdat de voorwaarde van financiering voor pensioenopbouw niet is vervuld. De rechtbank wijst de vordering tot verificatie af, evenals de vordering om de curator te bevelen de vordering van de eiser te erkennen en op de lijst van erkende preferente schuldeisers te plaatsen. De eiser wordt in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten betalen, die door de rechtbank zijn begroot op € 2.027,00. De rechtbank wijst de vorderingen van de eiser af en verklaart het vonnis uitvoerbaar bij voorraad.