Nu Frutadeli c.s. geen gevolg heeft gegeven aan de aanwijzing een herberekening te maken, acht de rechtbank zich vrij aan de hand van de voorliggende gegevens zelf de vorderingen van Frutadeli c.s. op PNF in verband met in 2021 geleverde partijen bananen te begroten.
Frutadeli c.s. heeft aangevoerd dat over het jaar 2021 voor een bedrag van $ 1.488.177,40 facturen van Calfux onbetaald zijn gebleven en voor een bedrag van $ 1.441.017,20 facturen van Frutadeli, in totaal $ 2.929.190,60. Het verweer van PNF dat daarop bedragen in mindering moeten komen omdat verkeerde prijzen zijn gehanteerd, sommige facturen niet zijn ontvangen en andere zijn opgemaakt na beëindiging van de samenwerking tussen partijen is in het tussenvonnis van 14 juni 2021 verworpen.
Op de stelling van PNF dat voor een bedrag van $ 279.824,38 onjuistheden zitten in de administratie van Calfux en voor een bedrag van $ 829.608,95 in de administratie van Frutadeli is in dat vonnis gedeeltelijk ingegaan. PNF heeft aangevoerd dat het verschil in betalingen tussen haar administratie en die van Frutadeli c.s. onder meer wordt veroorzaakt doordat Frutadeli c.s. bij haar administratie geen rekening heeft gehouden met rechtstreekse betalingen door de afnemers aan haar en doordat betalingen aan de onjuiste facturen zijn toegerekend.
Voor dat laatste geldt dat voldoende is komen vast te staan dat Frutadeli c.s. betalingen van PNF in 2021 ten onrechte heeft afgeboekt op de kwijtgescholden facturen uit de zomer van 2020. Daarmee wordt het verschil tussen de administraties van Frutadeli c.s. en die van PNF verklaard voor een bedrag van ongeveer $ 300.000,00.
Zoals bij de mondelinge behandeling is besproken, gaven enkele klanten er de voorkeur aan rechtstreeks met Frutadeli c.s. af te rekenen in plaats van aan PNF te betalen. Partijen bewilligden daarin. Deze rechtstreekse betalingen strekken in mindering op het nog openstaande saldo. Frutadeli c.s. kan dus niet gevolgd worden in haar stelling dat enkel vastgesteld moet worden of PNF heeft voldaan aan haar betalingsverplichting en niet of de afnemers rechtstreeks hebben betaald aan Frutadeli c.s. Deze betalingen zijn wel van belang bij de vaststelling van de hoogte van de vorderingen op PNF.
Frutadeli c.s. heeft voor het overige de hoogte van het door PNF berekende verschil tussen de administraties en haar verklaring daarvoor onvoldoende weersproken. De rechtbank gaat er daarom vanuit dat de vordering van Frutadeli van $ 1.441.017,20 met $ 829.608,95 verminderd moet worden, zodat resteert het bedrag van $ 611.408,25. Voor wat betreft de vordering van Calfux van $ 1.488.177,40 resteert na vermindering met een bedrag van $ 279.824,38 het saldo van $1.208.353,02.