ECLI:NL:RBGEL:2024:8486

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
4 december 2024
Publicatiedatum
3 december 2024
Zaaknummer
05.078745.24
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor voorbereidingshandelingen en bezit van hard- en softdrugs met gevangenisstraf

Op 4 december 2024 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij voorbereidingshandelingen voor de vervaardiging van synthetische drugs, waaronder methamfetamine en MDMA. De verdachte, geboren in 1965 in Suriname, werd beschuldigd van het opzettelijk aanwezig hebben van aanzienlijke hoeveelheden hard- en softdrugs, alsook van het voorbereiden van de productie van deze stoffen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met anderen handelingen had verricht die gericht waren op de productie van drugs, waarbij hij gebruik maakte van een loods in Nederland als opslaglocatie voor chemicaliën en andere benodigdheden. Tijdens de rechtszaak werd vastgesteld dat de verdachte op 25 oktober 2023 in Nederland betrokken was bij het transport van chemicaliën, waaronder methylamine, en dat hij op verschillende tijdstippen in de periode van mei 2023 tot oktober 2023 handelingen had verricht die in strijd waren met de Opiumwet. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan de tenlastegelegde feiten en legde een gevangenisstraf van 18 maanden op, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de rol van de verdachte en de impact van de drugshandel op de samenleving.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/078745-24
Datum uitspraak : 4 december 2024
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1965 in [geboorteplaats] (Suriname),
wonende aan het [adres 1], [postcode] [woonplaats].
Raadsman: mr. J.P.A. van Schaik, advocaat in Veenendaal.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1
hij op of omstreeks 25 oktober 2023 te [plaats], althans in Nederland, tezamen en
in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk (in een
pand/woning aan de [adres 2] te [plaats]) aanwezig heeft gehad (in
totaal)
- ( ongeveer) 1442,3 gram, althans een hoeveelheid van meer dan 30 gram
henneptoppen en/of
- ( ongeveer) 58 gram, althans een hoeveelheid van meer dan 30 gram
henneptoppen en/of
- ( ongeveer) 94,2 gram, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een
gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep
(hasjiesj), waaraan geen andere substanties waren toegevoegd en/of
(in ieder geval) (telkens) een middel bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst
II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
2
hij op of omstreeks 25 oktober 2023 te [plaats], althans in Nederland, tezamen en
in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk (in een
pand/woning aan de [adres 2] te [plaats]) aanwezig heeft gehad (in
totaal)
- ( ongeveer) 4,44 gram cocaïne en/of
- ( ongeveer) 7,61 gram cocaïne en/of
- ( ongeveer) 2,57 gram (6 tabletten) MDMA en/of
(in ieder geval) (telkens) een middel bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst
I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
3
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode mei 2023 tot en met
24 oktober 2023 te [plaats], althans in Nederland, tezamen en in vereniging met
een of meer anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid
van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen,
te weten
- het opzettelijk binnen en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen,
- het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken
en/of vervoeren en/of
- het aanwezig hebben en/of
- het opzettelijk vervaardigen
van methamfetamine en/of MDMA en/of een of meer ander(e) stoffen vermeld op
de bij de Opiumwet behorende lijst I, in elk geval een middel als bedoeld in de bij de
Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van
de Opiumwet
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te
plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van
dat feit heeft getracht te verschaffen en/of
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen
voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s), wist(en)
of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
door
- voertuig(en) ter beschikking te stellen en/of
- het regelen/organiseren van en/of bijdragen aan, dan wel het veelvuldig contact te
hebben met andere personen die betrokken zijn bij het kiezen/organiseren van een
locatie, de inrichting van een locatie, de aanvoer van goederen en materialen die
gebruikt worden voor de vervaardiging van de drugs en/of
- het voorhanden hebben van een (grote) hoeveelheid (vloei)stoffen en/of
materialen, onder meer:
- ( ongeveer) 1000 liter, althans een hoeveelheid, methylamine in methanol en/of
- een of meer pakken vijverfolie en/of
- twee, althans een aantal, pakken polystyreen isolatieplaten en/of
- vier, althans een aantal, PU schuim flessen en/of
- een of meerdere handschoenen nitriel en/of
- een of meer kettingen 1,8mm 5m en/of
- een of meer pakken unischroeven 200 stuks en/of
- een of meer pakken schroefhaken 6 stuks en/of
- ( ongeveer) 475 kilogram, althans een hoeveelheid, BMK-glycidezuur en/of
- ( ongeveer) 600 kilogram, althans een hoeveelheid, PMK ethylester en/of
- ( ongeveer) 20 liter, althans een hoeveelheid, zwavelzuur en/of
- ( ongeveer) 40 liter, althans een hoeveelheid, ethanol en/of
- een (of meer) jerrycan(s), leeg en ongebruikt en/of
- een (of meer) kunststof vloeistofpomp(en), nieuw en ongebruikt en/of
(in elk geval) een of meerdere
containers/vloeistoffen/grondstoffen/verpakkingen/jerrycans en/of vaten ten
behoeve van de productie van die methamfetamine en/of MDMA en/of een of meer
ander(e) stoffen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Ten aanzien van de feiten 1 en 2 (opzettelijk aanwezig hebben soft- en harddrugs)
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen feit 1:
  • proces-verbaal van bevindingen, p. 240-241 en
  • de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 20 november 2024.
Bewijsmiddelen feit 2:
  • proces-verbaal van bevindingen, p. 330-332;
  • het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen, p. 314-318 en
  • de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 20 november 2024;
Ten aanzien van feit 3 (voorbereidingshandelingen in het kader van artikel 10a Opiumwet)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan dit feit.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak voor dit feit bepleit, vanwege het ontbreken van wetenschap (en daarmee het opzet) op de voorbereiding/bevordering van de vervaardiging van harddrugs. Verdachte handelde te goeder trouw toen hij een deel van zijn pand aanbood als opslag voor de stoffen. Bovendien had verdachte geen wetenschap van de goederen die in de bus zijn gevonden en door medeverdachte [medeverdachte] zijn gekocht.
Beoordeling door de rechtbank
Op 24 oktober 2024 trof de politie bij een controle, naar aanleiding van een verdachte situatie op het parkeerterrein bij de Intratuin in [plaats], op de A12 in Oudenhorst een voertuig met in de laadruimte – onder meer – vier grote vaten van 200 liter, voorzien van het etiket: “CARBINAMINE”. [2] Het bleek te gaan om methylamine in methanol. [3] De bestuurder van het voertuig was [medeverdachte]. [4] Het voertuig bleek ook op zijn naam te zijn gehuurd. [5] Uit de tracking-gegevens van het voertuig bleek dat het voertuig voorafgaand aan de controle op de A12 bij de Intratuin, Gamma en een loods aan de [adres 2] in [plaats] was geweest. [6] De gebruiker en huurder van de loods was verdachte. [7] Verdachte en [medeverdachte] troffen elkaar bij de Intratuin voor de overdracht van het geladen voertuig. [8]
Op 25 oktober 2024 werd de loods van verdachte door de politie (nader) doorzocht. De volgende chemicaliën en voorwerpen werden daar aangetroffen:
  • 200 liter methylamine in methanol;
  • 475 kilogram BMK-glycidezuur;
  • 600 kilogram, ethylester van PMK-glycidezuur;
  • 20 liter zwavelzuur;
  • 40 liter ethanol;
  • 1 lege en ongebruikte jerrycan;
  • 1 nieuw en ongebruikte kunststof vloeistofpomp.
Volgens de Landelijke Faciliteit Ondersteuning Ontmantelen van de Landelijke Eenheid van de politie (LFO) worden deze chemicaliën gebruikt bij de vervaardiging van PMK of BMK: een grondstof voor (meth)amfetamine en/of MDMA. [10]
Gelet op de aard van de aangetroffen chemicaliën en voorwerpen en de conclusies van de LFO en het NFI, staat voor de rechtbank vast dat deze waren bedoeld voor de vervaardiging van (precursoren) voor (meth)amfetamine en/of MDMA.
De vraag is óf en zo ja, in hoeverre verdachte wetenschap had van (het gebruik van) deze chemicaliën en materialen of ernstige reden had om te vermoeden dat deze chemicaliën en materialen bestemd waren tot het vervaardigen van harddrugs.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat:
  • zijn neef ([naam 1]) uit Suriname ruimte nodig had om spullen op te slaan;
  • het om een korte periode zou gaan en hij ruimte in zijn loods had hiervoor;
  • hij via ‘[naam 2]’, die hij maar één keer heeft gezien, te horen kreeg dat er goederen zouden worden bezorgd;
  • hij van ‘[naam 2]’ een telefoon kreeg waarmee hij (verdachte) altijd bereik had;
  • de vaten en pallets met dozen in mei 2023 in twee keer zijn bezorgd;
  • hij uiteindelijk via ‘[naam 2]’ te horen kreeg dat de goederen zouden worden opgehaald;
  • hij een foto van een ID-kaart (van [medeverdachte]) ontving;
  • hij [medeverdachte] bij de Intratuin ontmoette en [medeverdachte] een bus mee had;
  • hij alleen met die bus naar zijn loods is gereden;
  • hij de bakwagen niet open kreeg en weer is teruggereden naar de Intratuin;
  • [medeverdachte] hem uitlegde hoe de bakwagen werkte;
  • hij weer is teruggereden naar de loods en toen 2 pallets heeft ingeladen;
  • hij handschoenen droeg, omdat hij had gezien dat het bijtend spul was;
  • [medeverdachte] daarna met de bus met vaten wegreed;
  • hij voor de opslag € 500,- per maand zou krijgen, maar dit nooit heeft ontvangen;
  • hij meerdere keren om gegevens voor op de factuur heeft gevraagd, maar hij deze nooit heeft gekregen;
- hij een keer op internet heeft opgezocht wat er op de stickers stond, maar daar niet wijs uit werd en dacht dat het ging om de opslag van kunstmest en olie om te mixen.
Vooropgesteld wordt dat het een feit van algemene bekendheid is dat op grote schaal synthetische drugs en precursoren worden geproduceerd en dit veelal gebeurt in schuren, loodsen en bedrijfspanden. Er wordt gehuurd zonder overeenkomst, of op naam van een katvanger en middels cashbetalingen. Van verhuurders van zulke ruimtes mag worden verwacht dat zij zich laten informeren over de identiteit van de gebruikers en hun bedoeling, om illegaal gebruik te voorkomen.
Uit het voorgaande leidt de rechtbank af dat verdachte zijn loods had aangeboden voor de opslag van goederen voor ‘[naam 1]’. Vervolgens krijg verdachte contact met ene ‘[naam 2]’, krijgt hij een aparte telefoon van hem en worden de goederen - kennelijk via zijn tussenkomst – in mei 2023 bij hem geleverd. Het ging onder meer om grote vaten met opschriften als “CARBINAMINE”, “TOXIC”, “FLAMMABLE LIQUID” en stickers met een doodshoofd erop. Deze leveringen vonden plaats zonder dat een huurovereenkomst is opgesteld, of in elke geval enige afspraken over de opslag hiervan op papier zijn gezet. Ook beschikt verdachte over geen enkele identificerende of andere gegevens van diegene voor wie hij kennelijk de goederen opsloeg.
Diezelfde ‘[naam 2]’ laat kennelijk weten (een deel van) de goederen terug te willen en dat deze goederen op 24 oktober 2023 zullen worden opgehaald. Er vindt een ontmoeting plaats bij de Intratuin, waar [medeverdachte] en verdachte elkaar op de parkeerplaats treffen, zonder dat blijkt dat zij hiervoor met elkaar contact hebben gehad. Het is vervolgens verdachte die met de door [medeverdachte] meegebrachte bus, waarover verdachte uitleg krijgt van [medeverdachte] over de werking van de bakwagen, alleen naar zijn loods rijdt om daar de vaten, terwijl hij handschoenen droeg, in te laden en weer terug te brengen. [medeverdachte] vertrekt vervolgens met de lading, terwijl verdachte op dat moment nog geen enkele betaling voor de opslag heeft gehad. Deze hele gang van zaken (onprofessioneel en heimelijk) getuigt niet van legale praktijken.
Door onder al deze omstandigheden (zoals de aard en grote hoeveelheden van de stoffen, opschriften en anderszins waarschuwingen op de vaten en vage ‘afspraken’ rondom de opslag, levering en het ophalen ervan) deze stoffen en voorwerpen onder zich te hebben en te houden, heeft verdachte op zijn minst de aanmerkelijke kans aanvaard dat deze bestemd waren tot het plegen van een feit als bedoeld in artikel 10 lid 4 Opiumwet. Voort is tot op heden ook niet gesteld, noch anderszins gebleken dat de inhoud van de stoffen en materialen enig legaal doel zou dienen.
Conclusie
De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich bezig hield met voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 10a van de Opiumwet, door deze stoffen en voorwerpen voorhanden te hebben.
Dit deed verdachte deels, namelijk op 24 oktober 2023, samen met medeverdachte [medeverdachte]. Hun bewuste en nauwe samenwerking zag op de 800 liter methylamine in methanol. Zij spraken af op een ‘neutrale’ locatie, waarbij medeverdachte [medeverdachte] de bus meenam en zij vervolgens beiden een deel van het transport voor hun rekening namen. Voor de overige in de tenlastelegging genoemde goederen geldt dat deze door medeverdachte [medeverdachte] zijn gekocht en in de bus gelegd en niet is gebleken dat verdachte hier wetenschap van had, zodat verdachte alleen al gelet hierop van dit gedeelte partieel wordt vrijgesproken.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegdeheeft begaan, te weten dat:
1
hij op
of omstreeks25 oktober 2023 te [plaats],
althans in Nederland, tezamen en
in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,opzettelijk (in een
pand
/woningaan de [adres 2] te [plaats]) aanwezig heeft gehad (in
totaal)
-
(ongeveer)1442,3 gram,
althans een hoeveelheid van meer dan 30 gram
henneptoppen en
/of
-
(ongeveer)58 gram,
althans een hoeveelheid van meer dan 30 gram
henneptoppen en
/of
-
(ongeveer)94,2 gram,
in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gramvan een
gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep
(hasjiesj), waaraan geen andere substanties waren toegevoegd en
/of
(in ieder geval) (telkens
)een middel bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst
II,
dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
2
hij op
of omstreeks25 oktober 2023 te [plaats],
althans in Nederland, tezamen en
in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,opzettelijk (in een
pand
/woningaan de [adres 2] te [plaats]) aanwezig heeft gehad (in
totaal)
-
(ongeveer)4,44 gram cocaïne en
/of
-
(ongeveer)7,61 gram cocaïne en
/of
-
(ongeveer)2,57 gram (6 tabletten) MDMA en
/of
(in ieder geval) (telkens
)een middel bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst
I
, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
3.
hij
op een of meerdere tijdstippen in ofomstreeks de periode mei 2023 tot en met
24 oktober 2023 te [plaats],
althans in Nederland, tezamen en in vereniging met
een of meer anderen, althans alleen,om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid
van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen,
te weten
- het opzettelijk binnen en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen,
- het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken

en/of vervoeren en/of

- het aanwezig hebben en/of
- het opzettelijk vervaardigen
van methamfetamine en/of MDMA
en/of een of meer ander(e)stoffen vermeld op
de bij de Opiumwet behorende lijst I
, in elk geval een middel als bedoeld in de bij de
Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van
de Opiumwet
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te
plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van

dat feit heeft getracht te verschaffen en/of

- voorwerpen,
vervoermiddelen,enstoffen,
gelden en/of andere betaalmiddelen
voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte
en/of zijn mededader(s),wist
(en)
of ernstige reden had
(den)om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
door
- voertuig(en) ter beschikking te stellen en/of
- het regelen/organiseren van en/of bijdragen aan, dan wel het veelvuldig contact te
hebben met andere personen die betrokken zijn bij het kiezen/organiseren van een
locatie, de inrichting van een locatie, de aanvoer van goederen en materialen die
gebruikt worden voor de vervaardiging van de drugs en/of
- het voorhanden hebben van een (grote) hoeveelheid (vloei)stoffen en
/of
materialen, onder meer:
- ( ongeveer) 1000 liter,
althans een hoeveelheid,methylamine in methanol en/of
- een of meer pakken vijverfolie en/of
- twee, althans een aantal, pakken polystyreen isolatieplaten en/of
- vier, althans een aantal, PU schuim flessen en/of
- een of meerdere handschoenen nitriel en/of
- een of meer kettingen 1,8mm 5m en/of
- een of meer pakken unischroeven 200 stuks en/of
- een of meer pakken schroefhaken 6 stuks en/of
- ( ongeveer) 475 kilogram,
althans een hoeveelheid,BMK-glycidezuur en
/of
- ( ongeveer) 600 kilogram,
althans een hoeveelheid,PMK ethylester en
/of
- ( ongeveer) 20 liter,
althans een hoeveelheid,zwavelzuur en
/of
- ( ongeveer) 40 liter,
althans een hoeveelheid,ethanol en
/of
- een
(of meer)jerrycan
(s),leeg en ongebruikt en
/of
- een
(of meer)kunststof vloeistofpomp
(en), nieuw en ongebruikt
en/of
(in elk geval) een of meerdere
containers/vloeistoffen/grondstoffen/verpakkingen/jerrycans en/of vatenten
behoeve van de productie van die methamfetamine en/of MDMA
en/of een of meer
ander(e) stoffenvermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I
en
hij op
een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode mei 2023 tot en met
24 oktober 2023 te [plaats],
althans in Nederland, tezamen en in vereniging met
een
of meerander
en,
althans alleen,om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid
van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen,
te weten
- het opzettelijk binnen en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen,
- het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken

en/of vervoeren en/of

- het aanwezig hebben en/of
- het opzettelijk vervaardigen
van methamfetamine en/of MDMA
en/of een of meer ander(e)stoffen vermeld op
de bij de Opiumwet behorende lijst I
, in elk geval een middel als bedoeld in de bij de
Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van
de Opiumwet
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te
plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van

dat feit heeft getracht te verschaffen en/of

-
voorwerpen, vervoermiddelen,stoffen,
gelden en/of andere betaalmiddelen
voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader
(s),wist
(en
)
of ernstige reden had
(den
)om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
door
- voertuig(en) ter beschikking te stellen en/of
- het regelen/organiseren van en/of bijdragen aan, dan wel het veelvuldig contact te
hebben met andere personen die betrokken zijn bij het kiezen/organiseren van een
locatie, de inrichting van een locatie, de aanvoer van goederen en materialen die
gebruikt worden voor de vervaardiging van de drugs en/of
- het voorhanden hebben van een (grote) hoeveelheid (vloei)stof
a en/of
materialen, onder meer:
- ( ongeveer)
1000800liter, a
lthans een hoeveelheid,methylamine in methanol
en/of
- een of meer pakken vijverfolie en/of
- twee, althans een aantal, pakken polystyreen isolatieplaten en/of
- vier, althans een aantal, PU schuim flessen en/of
- een of meerdere handschoenen nitriel en/of
- een of meer kettingen 1,8mm 5m en/of
- een of meer pakken unischroeven 200 stuks en/of
- een of meer pakken schroefhaken 6 stuks en/of
- (ongeveer) 475 kilogram, althans een hoeveelheid, BMK-glycidezuur en/of
- (ongeveer) 600 kilogram, althans een hoeveelheid, PMK ethylester en/of
- (ongeveer) 20 liter, althans een hoeveelheid, zwavelzuur en/of
- (ongeveer) 40 liter, althans een hoeveelheid, ethanol en/of
- een (of meer) jerrycan(s), leeg en ongebruikt en/of
- een (of meer) kunststof vloeistofpomp(en), nieuw en ongebruikt en/of
(in elk geval) een of meerdere
containers/vloeistoffen/grondstoffen/verpakkingen/jerrycans en/of vatenten
behoeve van de productie van die methamfetamine en/of MDMA
en/of een of meer
ander(e)stoffen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 2:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
feit 3:
om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden of te bevorderen, voorwerpen en stoffen voorhanden hebben, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit
en
medeplegen van om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden of te bevorderen, stoffen voorhanden hebben, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden met aftrek van de inverzekeringstelling, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht een taakstraf op te leggen, al dan niet gecombineerd met een gevangenisstraf waarvan het onvoorwaardelijke deel gelijk is aan het voorarrest. De impact is groot geweest op hem en zijn bedrijf en op deze manier kan hij blijven werken.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich (samen met een ander) schuldig gemaakt aan voorbereidingshandelingen voor de productie van methamfetamine of MDMA, en aldus een bijdragen geleverd aan de (internationale) handel in verdovende middelen. De loods in [plaats] diende als op- en overslaglocatie voor pre-precursors en voorwerpen voor de productie van deze harddrugs. Ook had verdachte nog diverse hoeveelheden hard- en softdrugs in de loods liggen. Verdachte is daarmee mede verantwoordelijk voor de nadelige effecten die door de handel in en het gebruik van verdovende middelen worden veroorzaakt. Daarbij is voorts van belang dat harddrugs stoffen zijn die verslavend werken en schadelijk zijn voor de gezondheid. Bovendien gaat er van de georganiseerde drugshandel in toenemende mate een ondermijnend en corrumperend effect uit. Boven- en onderwereld raken steeds meer met elkaar vermengd. Niet alleen worden grote sommen crimineel geld geïnvesteerd in legale activiteiten, maar ook worden medewerkers van op zichzelf bonafide bedrijven ingezet voor de handel in drugs. De handel in harddrugs is regelmatig de oorzaak van geweldsexplosies, waarmee ook onschuldige en nietsvermoedende burgers worden geconfronteerd. Ook brengt de productie van synthetische drugs, de ongecontroleerde opslag van chemicaliën ten behoeve van deze productie en de dumpingen van drugsafval grote veiligheidsrisico’s en risico’s voor de volksgezondheid met zich. Verdachte heeft zich om al deze gevolgen niet bekommerd.
Voorgaande is ook de reden dat er op het plegen van voorbereidingshandelingen voor de productie van harddrugs forse straffen staan. Voor dit feit bestaan geen landelijke (LOVS) oriëntatiepunten. De rechtbank heeft bij het bepalen van de hoogte van de op te leggen gevangenisstraf acht geslagen op straffen die in vergelijkbare zaken worden opgelegd en op het strafblad van verdachte, waaruit volgt dat hij eerder op basis van de Opiumwet is veroordeeld.
De rechtbank gaat, gelet op de hoeveelheden (vloei)stoffen, uit van een categorie III productielocatie, waarbij geen sprake was van enige vorm van productie (fase I). Verdachtes actieve rol hierbij, in de zin van opslag en eenmaal betrokken bij een transport, overstijgt de rol van katvanger. De rechtbank ziet gelet op de ernst van de feiten, waarbij het zwaartepunt ligt in de grote hoeveelheden die zijn aangetroffen, en in de persoon van verdachte geen aanleiding om een deel van de straf voorwaardelijk op te leggen.
Alles afwegende zal de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden opleggen. De tijd die verdachte in verzekering heeft doorgebracht, zal daarop in mindering worden gebracht.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8.De overwegingen ten aanzien van het beslag

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de Duitse set kentekenplaten wordt onttrokken aan het verkeer.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht om teruggave van de kentekenplaten.
De beoordeling door de rechtbank
Uit het politieonderzoek volgt dat de Duitse set kentekenplaten als gestolen staan geregistreerd. Om die reden worden deze onttrokken aan het verkeer omdat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met het algemeen belang en de wet.

9.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf is gegrond op de artikelen:
- 36 b, 36d, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht;
- 2, 3, 10, 10 a en 11 van de Opiumwet.

10.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht en
 beveelt de onttrekking aan het verkeer van 1 STK kentekenplaat (PL0600-2023493367-G3081204).
Dit vonnis is gewezen door mr. P.M. Goossens (voorzitter), mr. M.A. van Leeuwen en mr. S. Jansen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L.H.M. van Keulen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 4 december 2024.
De voorzitter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [verbalisant] van de politie Oost-Nederland, district Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, onderzoeksnummer 2023494611 (IRIS), gesloten op 29 februari 2024 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van bevindingen, p. 107; proces-verbaal van bevindingen, p. 64-67.
3.Proces-verbaal LFO, p. 77-79; NFI-rapport, p. 86-89.
4.Proces-verbaal van bevindingen, p. 64.
5.Een schriftelijk bescheid, te weten het huurcontract, p. 138-141.
6.Proces-verbaal van bevindingen, p. 125, 130-131.
7.Verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 20 november 2024.
8.Verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 20 november 2024.
9.Proces-verbaal van bevindingen, p. 185-187; proces-verbaal LFO, p. 227-229; NFI-rapport, p. 12-15 (aanvullend).
10.Processen-verbaal LFO, p. 77-79 en p. 227-229.
11.Verklaring van verdachte afgelegd ter zitting van 20 november 2024.