ECLI:NL:RBGEL:2024:8091

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
19 november 2024
Publicatiedatum
21 november 2024
Zaaknummer
05-098467-24
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Fraude met online handel via Facebook Marketplace en Marktplaats

Op 19 november 2024 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan fraude met online handel. De verdachte, geboren in 2000, bood gedurende een periode van meer dan acht maanden goederen aan via Facebook Marketplace en Marktplaats, maar leverde deze goederen niet na betaling. In totaal zijn er minimaal tien slachtoffers die door zijn handelen gedupeerd zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte een gewoonte heeft gemaakt van het verkopen van goederen tegen betaling met het oogmerk om zonder volledige levering zich van de betaling te verzekeren. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 180 uren, waarvan 80 uren voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast zijn er bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht bij de reclassering en deelname aan een gedragsinterventie indien nodig. De rechtbank heeft ook schadevergoedingen toegewezen aan verschillende benadeelde partijen, die in verband met de fraude schade hebben geleden. De vorderingen van de benadeelde partijen zijn gedeeltelijk toegewezen, waarbij de verdachte verplicht is om de schadevergoeding aan de Staat te betalen. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten die niet bewezen zijn verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05-098467-24
Datum uitspraak : 19 november 2024
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 2000 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] , [postcode] in [woonplaats] .
Raadsman: mr. P. Ghasemi, advocaat in Eindhoven.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode 31 mei 2023 tot en met 5 februari 2024, te Asperen en/of Leerdam, in ieder geval in Nederland, een beroep of gewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen en/of het verlenen van diensten tegen betaling, met het oogmerk om zonder volledige levering zich en/of een ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren door
- op of omstreeks 14 augustus 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace 11, althans een of meerdere Nintendo Switch spellen, in ieder geval een of meerdere goederen aan te bieden waarna door of namens [slachtoffer 1] een geldbedrag van 180 euro, in ieder geval enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd(e) goed(eren) te kopen (aangifte 1) en/of
- op of omstreeks 6 september 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een Nintendo 3DS en/of 5, althans een of meerdere Nintendo spellen, in ieder geval een of meerdere goederen aan te bieden waarna door of namens [slachtoffer 2] een geldbedrag van 100 euro, in ieder geval enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer, teneinde voornoemde goederen te kopen (aangifte 2) en/of
- op of omstreeks 3 september 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een Nintendo 3DS, althans een spelcomputer, in ieder geval enig goed aan te bieden waarna door of namens [slachtoffer 3] een geldbedrag van 50 euro, in ieder geval enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer, teneinde voornoemd goed te kopen (aangifte 3) en/of
- op of omstreeks 6 september 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een of meerdere Pokemonkaarten, in ieder geval een of meerdere goederen aan te
bieden waarna door of namens [slachtoffer 4] een geldbedrag van 50 euro, in ieder geval
enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer
(via een betaalverzoek), teneinde voornoemde goederen te kopen (aangifte 4) en/of
- op of omstreeks 2 september 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een Nintendo 3DS en/of 5, althans een of meerdere Nintendo spellen, in ieder geval een of meerdere goederen aan te bieden waarna door of namens [slachtoffer 5] een geldbedrag van 80 euro, in ieder geval enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer, teneinde voornoemde goederen te kopen (aangifte 5) en/of
- op of omstreeks 5 september 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een voetbalshirt, in ieder geval enig goed aan te bieden waarna door of namens [slachtoffer 6] een geldbedrag van 59,15 euro, in ieder geval enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd goed te kopen (aangifte 6) en/of
- op of omstreeks 31 mei 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook Marketplace
(een map met) Pokemonkaarten, in ieder geval een of meerdere goederen, aan te bieden waarna
door of namens [slachtoffer 7] een geldbedrag van 100 euro, in ieder geval enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd(e) goed(eren) te kopen (aangifte 7) en/of
- op of omstreeks 10 oktober 2023 op/via (internet)site www.markplaats.nl een Nintendo switch
en/of 12, althans een of meerdere Nintendo spellen, in ieder geval een of meerdere goederen aan
te bieden waarna door of namens [slachtoffer 8] een geldbedrag van 400 euro, in ieder geval enig
geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd(e) goed(eren) te kopen (aangifte 8) en/of
- op of omstreeks 20 december 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een Nintendo Switch en/of 14, althans een of meerdere Nintendo spellen, in ieder
geval een of meerdere goederen, aan te bieden waarna door of namens [slachtoffer 9] een
geldbedrag van 260 euro, in ieder geval enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem,
verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd(e)
goed(eren) te kopen (aangifte 9) en/of
- op of omstreeks 5 februari 2024 op/via (internet)site www.markplaats.nl een Nintendo Switch
spel, in ieder geval enig goed aan te bieden waarna door of namens [slachtoffer 10] een geldbedrag
van 35 euro, in ieder geval enig geldbedrag, werd overgemaakt op het door hem, verdachte,
aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd goed te kopen
(aangifte 10).
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering. Daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] , p. 14 en 15;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] , p. 20-22;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] , p. 27 en 28;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 4] , p. 33 en 34;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 5] , p. 39-41;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 6] , p. 46-49;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 7] , p. 54 en 55;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 8] , p. 60 en 61;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 9] , p. 66 en 67;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 10] , p. 72 en 73;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 november 2024.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij in
of omstreeksde periode 31 mei 2023 tot en met 5 februari 2024, te Asperen en
/ofLeerdam, in ieder geval in Nederland, een
beroep ofgewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen
en/of het verlenen van dienstentegen betaling, met het oogmerk om zonder volledige levering zich
en/of een andervan de betaling van die goederen
of dienstente verzekeren door
- op
of omstreeks14 augustus 2023 op/via (internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace 11
, althans een of meerdereNintendo Switch spellen
, in ieder geval een of meerdere goederenaan te bieden waarna door
of namens[slachtoffer 1] een geldbedrag van 180 euro
, in ieder geval enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd
(e
)goed
(eren
)te kopen (aangifte 1) en
/of
- op
of omstreeks6 september 2023 op
/via(internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een Nintendo 3DS en
/of5
, althans een of meerdereNintendo spellen
, in ieder geval een of meerdere goederenaan te bieden waarna door
of namens[slachtoffer 2] een geldbedrag van 100 euro
, in ieder geval enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer, teneinde voornoemde goederen te kopen (aangifte 2) en
/of
- op
of omstreeks3 september 2023 op
/via(internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een Nintendo 3DS
, althans een spelcomputer, in ieder geval enig goedaan te bieden waarna door
of namens[slachtoffer 3] een geldbedrag van 50 euro
, in ieder geval enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer, teneinde voornoemd goed te kopen (aangifte 3) en
/of
- op
of omstreeks6 september 2023 op
/via(internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace
een ofmeerdere Pokemonkaarten
, in ieder geval een of meerdere goederenaan te
bieden waarna door
of namens[slachtoffer 4] een geldbedrag van 50 euro
, in ieder geval
enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer
(via een betaalverzoek), teneinde voornoemde goederen te kopen (aangifte 4) en
/of
- op
of omstreeks2 september 2023 op
/via(internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een Nintendo 3DS en
/of5
, althans een of meerdereNintendo spellen
, in ieder geval een of meerdere goederenaan te bieden waarna door
of namens[slachtoffer 5] een geldbedrag van 80 euro
, in ieder geval enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer, teneinde voornoemde goederen te kopen (aangifte 5) en
/of
- op
of omstreeks5 september 2023 op
/via(internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een voetbalshirt
, in ieder geval enig goedaan te bieden waarna door
of namens[slachtoffer 6] een geldbedrag van 59,15 euro
, in ieder geval enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd goed te kopen (aangifte 6) en
/of
- op
of omstreeks31 mei 2023 op
/via(internet)site www.facebook.com / Facebook Marketplace
(een map met) Pokemonkaarten
, in ieder geval een of meerdere goederen,aan te bieden waarna
door
of namens[slachtoffer 7] een geldbedrag van 100 euro
, in ieder geval enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd
(e
)goed
(eren
)te kopen (aangifte 7) en
/of
- op
of omstreeks10 oktober 2023 op
/via(internet)site www.markplaats.nl een Nintendo switch
en
/of12
, althans een of meerdereNintendo spellen
, in ieder geval een of meerdere goederenaan
te bieden waarna door
of namens[slachtoffer 8] een geldbedrag van 400 euro
, in ieder geval enig
geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd
(e
)goed
(eren
)te kopen (aangifte 8) en
/of
- op
of omstreeks20 december 2023 op
/via(internet)site www.facebook.com / Facebook
Marketplace een Nintendo Switch en
/of14
, althans een of meerdereNintendo spellen
, in ieder
geval een of meerdere goederen,aan te bieden waarna door
of namens[slachtoffer 9] een
geldbedrag van 260 euro
, in ieder geval enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem,
verdachte, aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd
(e
)
goed
(eren
)te kopen (aangifte 9) en
/of
- op
of omstreeks5 februari 2024 op
/via(internet)site www.markplaats.nl een Nintendo Switch
spel
, in ieder geval enig goedaan te bieden waarna door
of namens[slachtoffer 10] een geldbedrag
van 35 euro
, in ieder geval enig geldbedrag,werd overgemaakt op het door hem, verdachte,
aangegeven rekeningnummer (via een betaalverzoek), teneinde voornoemd goed te kopen
(aangifte 10).
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Een gewoonte maken van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen tegen betaling met het oogmerk om zonder volledige levering zich van de betaling van die goederen te verzekeren.

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van één maand, met de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering, te weten een meldplicht bij de reclassering, ambulante behandeling en een gedragsinterventie. Daaraan dient een proeftijd te worden verbonden van drie jaren. Daarnaast is gevorderd dat aan verdachte een taakstraf van 100 uren zal worden opgelegd.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat een voorwaardelijke gevangenisstraf, zoals geëist door de officier van justitie, een te zware straf is. De druk die daarvan uitgaat zou de behandeling van verdachte namelijk niet ten goede komen. De raadsman heeft daarom bepleit dat aan verdachte een hogere, deels voorwaardelijke taakstraf wordt opgelegd, met daaraan verbonden de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan fraude met online handel. Hij heeft over een langere periode meermaals goederen te koop aangeboden via websites als Facebook en Marktplaats en deze goederen na betaling niet geleverd. Hierdoor zijn (minimaal) tien kopers gedupeerd. Verdachte heeft door zijn handelen misbruik gemaakt van het door de slachtoffers in hem gestelde vertrouwen. Daarnaast wordt door dit soort feiten ook het algemene vertrouwen dat het publiek in online handel heeft, aangetast.
De rechtbank heeft verder meegewogen dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor een strafbaar feit. Verdachte heeft meermaals spijt betuigd voor zijn handelen en wil de slachtoffers zo snel mogelijk schadeloos stellen. Enkele slachtoffers hebben het door hen betaalde bedrag reeds terug ontvangen.
Uit het rapport van de reclassering volgt dat het in de ten laste gelegde periode fysiek en psychisch niet goed ging met verdachte en dit mogelijk bijdroeg aan het plegen van de strafbare feiten. Verdachte viel in deze periode ook terug in een gokverslaving. Onduidelijk is echter wat precies de oorzaak is geweest dat verdachte deze feiten is gaan plegen. Dit maakt dat de reclassering het recidiverisico inschat als gemiddeld. Hoewel het inmiddels goed lijkt te gaan met verdachte, acht de reclassering het van belang dat wordt gekeken naar de onderliggende oorzaak van het delictgedrag, zodat hij hier bij een eventuele volgende tegenslag niet in terugvalt. Gelet hierop adviseert de reclassering een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht en – indien de reclassering het nodig acht – deelname aan een gedragsinterventie gericht op beheersing van het gokken en een ambulante behandeling. Daarbij verwacht de reclassering dat toezicht gedurende anderhalf jaar voldoende zal zijn om een eventuele gedragsinterventie en/of ambulante behandeling in te kunnen zetten.
Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat een voorwaardelijke gevangenisstraf in dit geval niet passend is. In plaats daarvan zal de rechtbank aan verdachte een hogere taakstraf opleggen dan door de officier van justitie geëist, namelijk een taakstraf voor de duur van 180 uren, waarvan 80 uren voorwaardelijk. Aan het voorwaardelijke strafdeel zal de rechtbank de bijzondere voorwaarden verbinden zoals door de reclassering geadviseerd. De rechtbank zal daaraan een proeftijd van twee jaren verbinden.

8.De beoordeling van de civiele vorderingen

De volgende benadeelde partijen hebben in verband met het tenlastegelegde een vordering tot schadevergoeding ingediend, telkens vermeerderd met de wettelijke rente:
  • [slachtoffer 8] vordert een bedrag van € 500,00 aan materiële schade en € 2.500,00 aan immateriële schade in verband met vertrouwensproblemen en het lastig kunnen functioneren op het werk;
  • [slachtoffer 4] vordert een bedrag van € 50,00 aan materiële schade voor het overgemaakte bedrag;
  • [slachtoffer 2] vordert een bedrag van € 100,00 aan materiële schade voor het overgemaakte bedrag;
  • [slachtoffer 3] vordert een bedrag van € 51,00 aan materiële schade voor het overgemaakte bedrag en € 50,00 aan immateriële schade voor de gedane tijdsinvestering;
  • [slachtoffer 10] vordert een bedrag van € 35,00 aan materiële schade voor het overgemaakte bedrag.
Verder is door alle bovengenoemde benadeelde partijen om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Standpunten
Met betrekking tot de vordering van benadeelde partij [slachtoffer 8] heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de materiële schade kan worden toegewezen tot een bedrag van € 400,00. Ten aanzien van de overige materiële schade en de immateriële schade dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering, omdat de vordering op deze punten onvoldoende is onderbouwd.
De vorderingen van benadeelde partijen [slachtoffer 4] en [slachtoffer 2] kunnen worden toegewezen.
De vordering van benadeelde partij [slachtoffer 3] kan worden toegewezen tot een bedrag van € 50,00 aan materiële schade. Voor het overige is de vordering onvoldoende onderbouwd en daarom dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
De vordering van benadeelde partij [slachtoffer 10] dient te worden afgewezen, nu het gevorderde bedrag reeds aan benadeelde is terugbetaald, aldus de officier.
De verdediging heeft zich aangesloten bij het door de officier van justitie naar voren gebrachte standpunt ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen.
De beoordeling door de rechtbank
Vorderingen [slachtoffer 8] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3]
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partijen [slachtoffer 8] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] materiële schade hebben geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezenverklaarde. Voor deze schade is verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk.
De vorderingen van [slachtoffer 4] en [slachtoffer 2] zullen in het geheel worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 september 2023.
De vordering van [slachtoffer 8] zal worden toegewezen tot een bedrag van € 400,00, gelijk aan het bedrag dat door de benadeelde partij aan verdachte is overgemaakt voor de niet-geleverde goederen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2023. Voor het overige deel aan materiële schade zal de benadeelde partij [slachtoffer 8] niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering, nu deze onvoldoende is onderbouwd. Het deel van de vordering dat ziet op vergoeding van de immateriële schade zal door de rechtbank worden afgewezen, nu er geen sprake is van één van de in artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek (BW) genoemde grondslagen voor vergoeding van immateriële schade.
De vordering van [slachtoffer 3] zal voor wat betreft de materiële schade worden toegewezen tot een bedrag van € 50,00, gelijk aan het bedrag dat door de benadeelde partij aan verdachte is overgemaakt voor de niet-geleverde goederen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 3 september 2023. Voor het overige deel aan materiële schade zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering, nu deze onvoldoende is onderbouwd. Het deel van de vordering dat ziet op vergoeding van de immateriële schade in verband met de gedane tijdsinvestering zal door de rechtbank worden afgewezen, nu er geen sprake is van één van de in artikel 6:106 BW genoemde grondslagen voor vergoeding van immateriële schade.
De rechtbank ziet aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen. Verdachte wordt verplicht het aan iedere benadeelde partij toegewezen bedrag aan de Staat te betalen. Eventueel toegekende proceskosten zijn daar niet bij inbegrepen.
Vordering [slachtoffer 10]
Ten aanzien van de vordering van benadeelde partij [slachtoffer 10] overweegt de rechtbank dat het gevorderde bedrag reeds aan de benadeelde partij is terugbetaald. De rechtbank zal de vordering daarom afwijzen.

9.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 36f en 326e van het Wetboek van Strafrecht.

10.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 legt op een
taakstraf van 180 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 90 dagen;
 bepaalt dat een gedeelte van deze taakstraf, te weten
80 uren, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten wegens niet nakoming van de volgende voorwaarden voor het einde van de
proeftijd, die op 2 jaren wordt bepaald;
  • stelt als algemene voorwaarde dat verdachte zich niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit;
  • stelt als bijzondere voorwaarden dat:
- verdachte zich gedurende de proeftijd meldt op afspraken met Reclassering Iriszorg (Prinses Beatrixlaan 25, 4001 AG te Tiel of Tarweweg 20 6534 AM te Nijmegen), zo vaak en zolang als de reclassering dat noodzakelijk acht. De reclassering zal contact met verdachte opnemen voor de eerste afspraak. Verdachte dient zich te houden aan de afspraken en aanwijzingen van de reclassering, ook als dat inhoudt dat hij zijn medewerking moet verlenen aan de uitvoering van huisbezoeken, de SCIL, de methodiek ‘Stap voor Stap’ en/of urinecontroles;
- verdachte, indien de reclassering het nodig acht, gedurende de proeftijd actief deelneemt aan de gedragsinterventie Leefstijltraining of een andere gedragsinterventie die gericht is op verslaving/beheersing van het gokken, te bepalen door de reclassering, en zich zal houden aan de aanwijzingen die gedurende deze gedragsinterventie door de trainer/begeleider zullen worden gegeven;
- verdachte, indien de reclassering het nodig acht, zich gedurende de proeftijd laat behandelen en/of begeleiden bij forensische polikliniek Kairos of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij hij zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven, ook wanneer dit inhoudt dat hij moet deelnemen aan een psychologisch onderzoek;
 stelt als overige voorwaarden dat:
  • verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit afnemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
  • verdachte zijn medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht. De medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht zijn daaronder begrepen;
 geeft opdracht aan de reclassering tot het houden van toezicht op de naleving van deze bijzondere voorwaarden en tot begeleiding van verdachte ten behoeve daarvan;
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 8]
 veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 8] van € 400,00 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
 veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot op heden begroot op nihil;
  • verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 8] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering tot materiële schadevergoeding;
  • wijst de vordering tot immateriële schadevergoeding af;
  • legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 8] , een bedrag te betalen van € 400,00 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 8 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
  • bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]
 veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 4] van € 50,00 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 september 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
 veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot op heden begroot op nihil;
  • legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 4] , een bedrag te betalen van € 50,00 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 september 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kan 1 dag gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
  • bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
 veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] van € 100,00 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 september 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
 veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot op heden begroot op nihil;
  • legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 2] , een bedrag te betalen van € 100,00 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 september 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 2 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
  • bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]
 veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 3] van € 50,00 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
 veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot op heden begroot op nihil;
 verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 3] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering tot materiële schadevergoeding;
 wijst de vordering tot immateriële schadevergoeding af;
  • legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 3] , een bedrag te betalen van € 50,00 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 september 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kan 1 dag gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
  • bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 10]
 wijst de vordering tot materiële schadevergoeding af.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.M. Vogel (voorzitter), mr. K.A.M. van Hoof en mr. J.M. Moorman, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.I. Warringa, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 19 november 2024.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] van de politie Oost-Nederland opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2023458948, gesloten op 23 maart 2024 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.