Uitspraak
[eiser 1], uit [plaats 1], eiser 1
het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland
[derde partij],te [plaats 1].
Rechtbank Gelderland
Op 17 oktober 2024 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem uitspraak gedaan in de zaken met de nummers 23/2096 en 23/2099. De beroepen van eisers, gericht tegen een op 10 januari 2023 verleende ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming (Wnb) voor het opzettelijk doden van vogels en vleermuizen in verband met de bouw van drie windturbines, zijn niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank oordeelde dat eisers geen belanghebbenden zijn, omdat zij niet voldoen aan de wettelijke vereisten voor het indienen van een beroep. Eiser 1 woont op 495 meter afstand van de dichtstbijzijnde windturbine en eiser 2 op 370 meter afstand. De rechtbank concludeerde dat de afstand te groot is om te stellen dat de ontheffing rechtstreeks invloed heeft op hun woon- en leefomgeving. Bovendien heeft eiser 1 geen zienswijze ingediend tegen het ontwerpbesluit, terwijl eiser 2 wel om verlenging van de termijn heeft gevraagd, maar ook hij werd niet als belanghebbende aangemerkt. De rechtbank benadrukte dat zelfs als de beroepen ontvankelijk zouden zijn, deze niet zouden slagen vanwege het relativiteitsvereiste van de Awb. De uitspraak houdt in dat de rechtbank niet toekomt aan een inhoudelijke beoordeling van de zaken, en dat eisers geen griffierecht terugkrijgen en geen proceskosten vergoed krijgen.