Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.De ontvankelijkheid van de officier van justitie
€ 6.000,-. [35]
4.De bewezenverklaring
of omstreeks3 april 2021 te Twello, gemeente Voorst,
althans alleen,
in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten dele
en/of [slachtoffer 1] , in elk geval aan een
(n)
/ofzijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het
en/of dat weg te nemen goed onder zijn/hun bereik
en/of verbreking en/of een valse
of omstreeks28 mei 2021 te Silvolde, gemeente Oude IJsselstreek, tezamen en
althans alleen,een shovel (van het merk:
geheel of ten deleaan [bedrijf 2] ,
in elk
(n)
,
althans alleen,
geheel of ten deleaan [slachtoffer 3]
, in elk geval aan een
(n)
,
of omstreeksde periode van 12 maart 2021 tot en met 28 maart 2021
te
althans alleen,een
en/of heeft overgedragen,terwijl hij en zijn mededader(s) ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist
(en
),
althans redelijkerwijs had (den) moeten vermoedendat het een door misdrijf verkregen
of omstreeks8 februari 2022 te Doetinchem,
(in totaal) ongeveer350 hennepstekken en
/of ongeveer,
/of delendaarvan,
in elk geval een
, dan wel
5.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van de verdachte
8.De overwegingen ten aanzien van straf
9.De beoordeling van de civiele vorderingen
10.De toegepaste wettelijke bepalingen
11.De beslissing
- veroordeelt verdachte, in verband met het feit onder nummer 1 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] van € 330,74 aan materiële schade vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 april 2021 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 1] een bedrag te betalen van € 330,74 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 april 2021 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 6 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- verklaart de benadeelde partij [aangever] niet-ontvankelijk in de vordering tot materiële schade;
- heft op het reeds geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.