ECLI:NL:RBGEL:2024:7791

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
18 oktober 2024
Publicatiedatum
11 november 2024
Zaaknummer
C/05/441860 FZ RK 24-2380
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging voor betrokkene met psychische stoornis en medicatie-inname

Op 18 oktober 2024 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 2000, op verzoek van de officier van justitie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder een psychose, en dat er ernstig nadeel dreigt, zoals levensgevaar en ernstige verwaarlozing. De rechtbank heeft geconcludeerd dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat er geen mogelijkheden zijn voor passende zorg op vrijwillige basis. De betrokkene heeft een beperkt ziektebesef en kan niet altijd weloverwogen beslissingen nemen.

De rechtbank heeft de gevraagde zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden verleend. De betrokkene zal orale medicatie op vrijwillige basis mogen innemen, omdat er minder ingrijpende mogelijkheden zijn dan depotmedicatie via injectie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de huidige situatie rondom de thuisbegeleiding van de betrokkene is verbeterd en dat de ambulante hulpverleners in staat zijn om toezicht te houden op de medicatie-inname. De rechtbank heeft de psychiater de opdracht gegeven om de wijziging naar orale medicatie door te voeren vóór het eerstvolgende geplande depot.

De rechtbank heeft benadrukt dat de toegewezen vormen van verplichte zorg evenredig en effectief zijn, en dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn die hetzelfde effect kunnen bereiken. De zorgmachtiging is geldig tot en met 18 oktober 2025. Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter mr. G. Hilberink, in aanwezigheid van griffier mr. D.B.T. Koster.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Zutphen
Zaaknummer: C/05/441860 / FZ RK 24-2380
Datum uitspraak: 18 oktober 2024
Beschikking zorgmachtiging
op het verzoek van de officier van justitie voor
[naam betrokkene] ,
geboren op [geboortedatum] 2000 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen betrokkene,
wonend in [woonplaats] ,
advocaat mr. M. Meijer te Apeldoorn.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
  • het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 3 oktober 2024;
  • het eigen plan van aanpak van betrokkene.
1.2.
De mondelinge behandeling met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 18 oktober 2024. Daarbij zijn gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
  • de heer R.C. de Knijff, als psychiater verbonden aan GGNet;
  • de heer [naam 1] , ambulant hulpverlener vanuit JeDe-Zorg;
  • de heer [naam 2] , verpleegkundige.
1.3.
Bij berichtgeving vooraf is de mentor, [naam 3] , niet verschenen.

2.Het verzoek

De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden te verlenen.

3.De beoordeling

3.1.
De rechtbank verleent de gevraagde machtiging voor de duur van twaalf maanden. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
3.2.
De rechtbank is van oordeel dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis. Betrokkene heeft namelijk een psychose (niet anders omschreven), de klachten zijn grotendeels in remissie onder depot. Verder is betrokkene bekend met zwakbegaafdheid, poli-middelen misbruik, ADHD en Tourette.
3.3.
Deze stoornis veroorzaakt ernstig nadeel. Dit nadeel bestaat uit:
- levensgevaar;
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige psychische schade;
- ernstige verwaarlozing;
- maatschappelijke teloorgang;
- het oproepen van agressie van een ander door het vertonen van hinderlijk gedrag.
3.4.
Om het ernstig nadeel af te wenden of de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen heeft betrokkene zorg nodig.
3.5.
Er zijn geen mogelijkheden voor passende zorg op geheel vrijwillige basis. Betrokkene heeft een zeer beperkt ziektebesef en -inzicht, waardoor hij niet altijd weloverwogen beslissingen kan nemen. Daarom is verplichte zorg nodig.
3.6.
De rechtbank is op grond van het zorgplan, de medische verklaring, de visie van de geneesheer-directeur en de toelichting tijdens de mondelinge behandeling van oordeel dat in ieder geval de volgende vorm van verplichte zorg nodig is:
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen.
3.7.
Daarnaast acht de rechtbank ook de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk indien sprake is van decompensatie van het toestandsbeeld van betrokkene en/of het (aanzienlijk risico op) ernstig nadeel niet langer in het ambulante kader kan worden afgewend:
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het verrichten van andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- opnemen in een accommodatie.
3.8.
De rechtbank licht het voorgaande toe. De psychiater heeft toegelicht dat het nu goed gaat met betrokkene en dat dat komt door de zorgmachtiging en de daarbij behorende depotmedicatie (via injectie). Betrokkene is in juli 2024 overgegaan op een andere soort medicatie en daar is tevredenheid over. De wens van betrokkene voor orale medicatie is bekend. In het verleden is het betrokkene met thuisbegeleiding niet gelukt om orale medicatie in te blijven nemen en is het toestandsbeeld van betrokkene achteruit gegaan. De psychiater stelt als voorwaarden voor orale medicatie dat de begeleiding in de thuissituatie in orde moet zijn, dat er voldoende ziektebesef bij betrokkene is en dat er sprake is van compliance. Zover is het nog niet, aldus de psychiater. De psychiater wil daarom vasthouden aan depotmedicatie via injectie.
Betrokkene wil op vrijwillige basis meewerken, in die zin dat hij geen depotmedicatie via een spuit wil, maar orale medicatie. Betrokkene heeft toegelicht dat hij niet goed tegen injecties kan en dat hij voorafgaand aan de toediening via een spuit veel spanningen ervaart. De ambulant hulpverlener bevestigt dit. Ook tijdens de mondelinge behandeling was goed merkbaar dat dit onderwerp voor spanningen bij betrokkene zorgt. Volgens betrokkene zijn er voldoende mogelijkheden om de orale medicatie in de thuissituatie in te nemen, omdat hij elke dag begeleid wordt door JeDe-Zorg. De ambulant hulpverlener van JeDe-Zorg heeft verklaard dat hij en zijn collega betrokkene dagelijks meerdere uren per dag zien en toezicht kunnen houden op zijn medicatie-inname.
3.9.
De rechtbank constateert dat er minder ingrijpende mogelijkheden zijn voor betrokkene om medicatie in te nemen. Betrokkene is erg gemotiveerd voor orale medicatie. Bovendien is voldoende gebleken dat de huidige situatie rondom de thuisbegeleiding van betrokkene aanmerkelijk verbeterd is ten opzichte van het verleden. De begeleiders vanuit JeDe-Zorg zijn in staat om toezicht te houden op de voor te schrijven inname van de medicatie in de thuissituatie. Betrokkene accepteert orale medicatie en begeleiding van JeDe-Zorg en FACT. De rechtbank is van oordeel dat deze minder ingrijpende vorm van het bieden van zorg moet worden geprobeerd. Betrokkene zal de orale medicatie dus op vrijwillige basis mogen innemen. Wanneer blijkt dat betrokkene de orale medicatie niet volgens voorschrift (waarschijnlijk twee keer per dag) inneemt, kan de geneesheer-directeur besluiten om betrokkene kortdurend op te nemen (in de instelling laten komen) om hem de medicatie te laten innemen. De rechtbank koppelt om die reden het toedienen van medicatie (en de overige zorgvormen die daarbij horen) aan de zorgvorm opname in een accommodatie zoals hiervoor omschreven onder 3.7.
3.10.
De psychiater heeft na afloop van de mondelinge behandeling toegelicht dat hij vóór het eerstvolgende geplande depot de wijziging naar orale medicatie wil doorvoeren. De rechtbank gaat ervan uit dat de psychiater zich aan deze toezegging houdt.
3.11.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
3.12.
De vormen van verplichte zorg die de rechtbank toewijst, zijn evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste vormen van zorg is rekening gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen en om te zorgen voor de veiligheid van betrokkene en zijn omgeving.

4.De beslissing

De rechtbank:
4.1.
verleent een zorgmachtiging voor [naam betrokkene] , geboren op [geboortedatum] 2000 in [geboorteplaats] , inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen als genoemd in 3.6. en 3.7. kunnen worden getroffen;
4.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 18 oktober 2025.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 18 oktober 2024 door mr. G. Hilberink, rechter, in aanwezigheid van mr. D.B.T. Koster, griffier en op schrift gesteld op 28 oktober 2024.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.