ECLI:NL:RBGEL:2024:7760

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
8 november 2024
Publicatiedatum
7 november 2024
Zaaknummer
05/243992-23
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkeersongeval met zwaar lichamelijk letsel door onvoorzichtig rijgedrag

Op 8 november 2024 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 27-jarige man, die betrokken was bij een verkeersongeval op 7 oktober 2022 te Bennekom. De verdachte, bestuurder van een krachtige Mercedes AMG, reed op de Dr. W. Dreeslaan en gaf bij een kruising met de afrit van de A12 flink gas, waarna hij onverwacht rechtsaf sloeg. Dit leidde tot een slip en een aanrijding met een motorrijder, die hierdoor zwaar lichamelijk letsel opliep, waaronder een open boek fractuur van het bekken en een gebroken pols. De rechtbank oordeelde dat de verdachte aanmerkelijk onvoorzichtig, onoplettend en onachtzaam had gereden, wat resulteerde in de schuld aan het ongeval. De officier van justitie had een taakstraf van 120 uur en een rijontzegging van 12 maanden geëist, maar de rechtbank legde een taakstraf van 150 uur en een rijontzegging van 12 maanden op. De rechtbank hield rekening met de ernst van het letsel van het slachtoffer en de impact van het ongeval op de verdachte. De uitspraak is gedaan in tegenspraak en is gebaseerd op het bewijs dat is verzameld door de politie, waaronder getuigenverklaringen en technische gegevens van het voertuig.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/243992-23
Datum uitspraak : 8 november 2024
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1997 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] , [postcode] [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 7 oktober 2022 te Bennekom, gemeente Ede als
verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto),
komende uit de richting van het centrum van Ede, daarmede rijdende over de weg,
de Dr. W. Dreeslaan, zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig, onoplettend en/of
onachtzaam heeft gereden, hierin bestaande dat verdachte,
terwijl hij reed in een motorrijtuig met een vermogen van 500+ pk en/of
terwijl hij ter plaatse bekend was en/of
terwijl ter plaatse sprake was van druk verkeer, althans meerdere motorrijtuigen
aanwezig waren op de verschillende rijbanen van de kruising van de Dr. W.
Dreeslaan met de afrit van de A12,
- op de Dr. W. Dreeslaan bij de kruising met de afrit van de A12, waar in de door
hem gevolgde rijstrook een pijl voor rechtdoor was aangebracht, in strijd met het
gestelde in artikel 78 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens geen
gevolg heeft gegeven aan dat verkeersteken, immers was hij op die kruising doende
naar rechts af te slaan en/of
- op diezelfde kruising flink gas heeft gegeven en/of heeft geaccelereerd, althans
meer gas heeft gegeven en/of heeft geaccelereerd dan voor veilig verkeer ter plaatse
geboden was en/of
-(vervolgens) het door hem bestuurde voertuig onvoldoende onder controle heeft
gehouden,
immers is hij met het door hem bestuurde voertuig in een slip geraakt en/of werd de
stabiliteit van het door hem bestuurde voertuig (ernstig) verstoord en/of was de
besturing alsmede de beremming van de wielen (op de normale wijze) niet meer
mogelijk en/of
-(daarbij) het door hem bestuurde voertuig niet met de nodige voorzichtigheid heeft
bestuurd, maar onvoldoende vaart heeft geminderd en/of anderszins snelheid heeft
geminderd toen het voertuig uitbrak en/of slipte dan wel begon uit te breken en/of
te slippen en/of
-(vervolgens) met het door hem bestuurde voertuig dwars, althans gedraaid op
voornoemde kruising terecht is gekomen en/of
-(waardoor) een dichtgenaderde bestuurder van een motor op het voertuig van
verdachte is gebotst, althans in aanrijding is gekomen,
en aldus zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten
verkeersongeval heeft plaatsgevonden, waardoor aan een ander (te weten [slachtoffer]
) zwaar lichamelijk letsel of zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat
daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale
bezigheden is ontstaan;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij op of omstreeks 7 oktober 2022 te Bennekom, gemeente Ede als bestuurder van
een voertuig (personenauto met een vermogen van 500+ pk), daarmee rijdende op
de weg, Dr. W. Dreeslaan,
- op de Dr. W. Dreeslaan bij de kruising met de afrit van de A12, waar in de door
hem gevolgde rijstrook een pijl voor rechtdoor was aangebracht, in strijd met het
gestelde in artikel 78 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens geen
gevolg heeft gegeven aan dat verkeersteken, immers was hij op die kruising doende
naar rechts af te slaan en/of
- op diezelfde kruising flink gas heeft gegeven en/of heeft geaccelereerd, althans
meer gas heeft gegeven en/of heeft geaccelereerd dan voor veilig verkeer ter plaatse
geboden was en/of
-(vervolgens) het door hem bestuurde voertuig onvoldoende onder controle heeft
gehouden,
immers is hij met het door hem bestuurde voertuig in een slip geraakt en/of werd de
stabiliteit van het door hem bestuurde voertuig (ernstig) verstoord en/of was de
besturing alsmede de beremming van de wielen (op de normale wijze) niet meer
mogelijk en/of
-(daarbij) het door hem bestuurde voertuig niet met de nodige voorzichtigheid heeft
bestuurd, maar onvoldoende vaart heeft geminderd en/of anderszins snelheid heeft
geminderd toen het voertuig uitbrak en/of slipte dan wel begon uit te breken en/of
te slippen en/of
-(vervolgens) met het door hem bestuurde voertuig dwars, althans gedraaid op
voornoemde kruising terecht is gekomen en/of
-(waardoor) een dichtgenaderde bestuurder van een motor op het voertuig van
verdachte is gebotst, althans in aanrijding is gekomen,
en door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt,
althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd,
althans kon worden gehinderd.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het primair ten laste gelegde waarbij verdachte aanmerkelijke schuld wordt verweten.
Beoordeling door de rechtbank
Op 7 oktober 2022 heeft rond 15:27 uur op de kruising op de Dr. W. Dreeslaan bij de afrit richting de A12 in Bennekom (gemeente Ede) een verkeersongeval plaatsgevonden. Bij dit ongeval waren verdachte als bestuurder van een Mercedes AMG (met een vermogen van 500+ pk), en [slachtoffer] als bestuurder van een motor (Kawasaki), betrokken. De Mercedes stond bij de kruising met de afrit van de A12 voorgesorteerd op de rechter rijbaan voor rechtdoor. Op het kruispunt sloeg verdachte met de Mercedes (onverwacht) rechtsaf en raakte vervolgens in een slip en kwam dwars op de kruising terecht. De motorrijder die uit dezelfde richting als de Mercedes kwam en rechtdoor ging, kon de Mercedes niet meer ontwijken en kwam hierdoor met de voorkant van de Mercedes in botsing, waarbij de bestuurder van zijn motor werd geworpen. [2] Als gevolg van dit ongeval heeft motorbestuurder [slachtoffer] letsel opgelopen, waaronder een open boek fractuur van het bekken, een gebroken pols en een klaplong. [3]
Beoordeeld moet worden of het ongeval in strafrechtelijke zin aan de schuld van verdachte is te wijten.
Om tot het oordeel te komen dat verdachte schuld heeft aan het ongeval zoals bedoeld in artikel 6 WVW, is vereist dat het rijgedrag van de verdachte ten minste aanmerkelijk onoplettend, onvoorzichtig of onachtzaam is geweest. Daarbij geldt dat in zijn algemeenheid niet valt aan te geven of één verkeersovertreding voldoende is voor de bewezenverklaring van schuld in bovenstaande zin. Gekeken moet worden naar het geheel van gedragingen van de verdachte, de aard en de ernst daarvan en tot slot naar de overige omstandigheden van het geval. Daarnaast geldt dat niet alleen uit de ernst van de gevolgen kan worden afgeleid dat er sprake is van schuld in de zin van artikel 6 WVW.
Bij de beoordeling in hoeverre en in welke mate sprake is van schuld van verdachte aan het ongeval vindt de rechtbank het volgende van belang.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij op de rechter rijstrook voor rechtdoor reed. Op de kruising bedacht hij zich en wilde rechtsaf slaan omdat de bruidsstoet waarvan hij mede deel uitmaakte de afrit van de A12 opdraaide. Hij drukte hard op de rem waarna het voertuig in een spin raakte. Volgens verdachte zou dit komen omdat het voertuig achterwielaandrijving heeft. Bij de politie heeft verdachte verklaard dat hij de motorrijder in zijn rechter buitenspiegel zag, maar dacht dat deze op de rijbaan voor rechtsaf reed.
Een verbalisant van de Forensische Opsporing Verkeer heeft een digitaal voertuigonderzoek gedaan. Hieruit volgt dat uit de Event Data Recorder (EDR) van de Mercedes blijkt dat het gaspedaal en rempedaal in de vijf seconden voorafgaand aan het ongeval verschillende keren om-en-om werden bediend. Het gaspedaal werd daarbij voor 100% ingedrukt. Ook kon hieruit worden afgelezen dat het voertuig in enkele seconden van 0 kilometer per uur naar 85 kilometer per uur optrok. Verder is volgens de verbalisant de aandrijving van een voertuig niet van invloed op het gedrag van een voertuig op het moment dat er wordt geremd. Daarnaast was dit voertuig voorzien van ABS, waardoor het voertuig ook bestuurbaar blijft op het moment dat hard wordt geremd. [4]
Uit het voorgaande leidt de rechtbank af dat verdachte bij de verkeerslichten op het kruispunt voorgesorteerd stond voor rechtdoor. Toen het verkeerslicht op groen sprong trok hij hard op. Na het passeren van het verkeerslicht en de doorgetrokken stopstreep sloeg hij abrupt rechts af. Dat verdachte het rempedaal heeft ingedrukt, omdat hij rechtsaf wilde slaan en wat er mogelijk voor heeft gezorgd dat hij in een spin raakte, wordt weersproken door de objectieve technische gegevens die uit de Mercedes zijn afgelezen. Hieruit volgt dat hij seconden voor de aanrijding om-en-om het gaspedaal en rempedaal voor 100% heeft ingedrukt. Dit soort handelingen in het korte tijdsbestek waarin ze hebben plaatsvonden met een voertuig met een vermogen van 500+ pk, heeft er voor gezorgd dat verdachte zodanig onvoorzichtig reed dat hij hierdoor de controle over het voertuig verloor met als gevolg een spin die het voertuig dwars op de weg deed eindigen. De rechtbank neemt mee dat uit de getuigenverklaringen naar voren komt dat er op dat moment veel verkeer op de weg was en de situatie chaotisch overkwam zodat de verkeersveiligheid juist oplettend, niet afwijkend, verkeersgedrag vereiste [5] .
Gelet op het geheel van verdachtes gedragingen, is de rechtbank van oordeel dat verdachte aanmerkelijk onvoorzichtig, onoplettend en onachtzaam heeft gereden als gevolg waarvan het verkeersongeval heeft plaatsgevonden. Verdachte heeft daarom schuld aan het verkeersongeval als bedoeld in artikel 6 WVW. De rechtbank is daarnaast van oordeel dat het letsel bij slachtoffer [slachtoffer] als zwaar lichamelijk letsel kan worden aangemerkt nu hij meerdere operaties heeft moeten ondergaan.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het primair tenlastegelegde feit.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
het primair ten laste gelegdeheeft begaan, te weten dat:
hij op
of omstreeks7 oktober 2022 te Bennekom, gemeente Ede als
verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto),
komende uit de richting van het centrum van Ede, daarmede rijdende over de weg,
de Dr. W. Dreeslaan,
zeer, althansaanmerkelijk, onvoorzichtig, onoplettend en
/of
onachtzaam heeft gereden, hierin bestaande dat verdachte,
terwijl hij reed in een motorrijtuig met een vermogen van 500+ pk en
/of
terwijl hij ter plaatse bekend was en
/of
terwijl ter plaatse sprake was van druk verkeer,
althans meerdere motorrijtuigen
aanwezig warenop de verschillende rijbanen van de kruising van de Dr. W.
Dreeslaan met de afrit van de A12,
- op de Dr. W. Dreeslaan bij de kruising met de afrit van de A12, waar in de door
hem gevolgde rijstrook een pijl voor rechtdoor was aangebracht, in strijd met het
gestelde in artikel 78 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens geen
gevolg heeft gegeven aan dat verkeersteken, immers was hij op die kruising doende
naar rechts af te slaan en
/of
- op diezelfde kruising flink gas heeft gegeven
en/of heeft geaccelereerd, althans
meer gas
heeft gegeven en/of heeft geaccelereerddan voor veilig verkeer ter plaatse
geboden was en
/of
-
(vervolgens
)het door hem bestuurde voertuig onvoldoende onder controle heeft
gehouden,
immers is hij met het door hem bestuurde voertuig in een slip geraakt
en/of werd de
stabiliteit van het door hem bestuurde voertuig (ernstig) verstoord en/of was de
besturing alsmede de beremming van de wielen (op de normale wijze) niet meer
mogelijken
/of
-
(daarbij
)het door hem bestuurde voertuig niet met de nodige voorzichtigheid heeft
bestuurd, maar onvoldoende vaart heeft geminderd en/of anderszins snelheid heeft
geminderd toen het voertuig uitbrak en/of slipte
dan wel begon uit te breken en/of
te slippenen
/of
-
(vervolgens
)met het door hem bestuurde voertuig dwars,
althans gedraaidop
voornoemde kruising terecht is gekomen en
/of
-
(waardoor
)een dichtgenaderde bestuurder van een motor op het voertuig van
verdachte is gebotst,
althans in aanrijding is gekomen,
en aldus zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten
verkeersongeval heeft plaatsgevonden, waardoor aan een ander (te weten [slachtoffer]
) zwaar lichamelijk letsel
of zodanig lichamelijk letselwerd toegebracht
, dat
daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale
bezigheden is ontstaan.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994, terwijl het een ongeval betreft waardoor een ander zwaar lichamelijk letsel wordt toegebracht.

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat sprake is van ernstige schuld en, rekening houdend met het tijdsverloop sinds het ongeval, gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een taakstraf van 120 uur en een ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 12 maanden.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het overtreden van artikel 6 WVW, door als bestuurder van een personenauto zich aanmerkelijke onvoorzichtig, onoplettend en onachtzaam te gedragen in het verkeer. Verdachte heeft met een voertuig met een vermogen van 500+ pk in een tijdsbestek van enkele seconden meerdere keren het gaspedaal en rempedaal volledig indrukt en een stuurbeweging naar rechts gemaakt. Dit terwijl hij reed op de rijbaan voor rechtdoor nadat hij de stopstreep en de stoplichten al had gepasseerd. Daarnaast hebben dit soort handelingen met zo een type voertuig en in zo een kort tijdsbestek, er alle schijn van dat verdachte bewust een zogenaamde donut met het voertuig wilde maken. Diverse getuigen verklaren ook over het opvallende asociale rijgedrag (waaronder het maken van donuts) van de bestuurder van een zwarte Mercedes kort voorafgaand aan het ongeval. Dit is verdachte echter niet ten laste gelegd. Was dit wel ten laste gelegd geweest en bewezen verklaard dan was niet ondenkbaar geweest dat de rechtbank geconcludeerd zou hebben tot een zeer hoge mate van schuld bij verdachte, wat zou hebben geleid tot een hogere strafcategorie.
Hoewel verdachte dit ongeval niet opzettelijk heeft veroorzaakt, is de rechtbank van oordeel dat verdachte schuld heeft aan het ontstaan ervan. Zijn onverantwoorde rijgedrag heeft bovendien zeer ernstige gevolgen gehad. De motorrijder moest meerdere operaties ondergaan om de breuken in zijn lijf te herstellen, heeft een revalidatietraject van bijna twee jaar achter de rug en kampt tot op heden nog met de psychische gevolgen van het ongeval.
Uit hetgeen verdachte ter terechtzitting naar voren heeft gebracht, is gebleken dat het verkeersongeval ook op verdachte impact heeft gehad. Tot op heden rijdt verdachte geen auto meer. Ook heeft verdachte ter terechtzitting zijn spijt betuigd.
Bij het bepalen van de strafmaat zoekt de rechtbank aansluiting bij de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS voor het veroorzaken van een verkeersgeval met zwaar lichamelijk letsel en waar sprake is van ernstige schuld. Het oriëntatiepunt gaat uit van een taakstraf van 160 uur en een ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 12 maanden. Als uitgangspunt heeft in deze zaak te gelden dat de behandeling op zitting moet zijn afgerond met een eindvonnis binnen twee jaar nadat de redelijke termijn is aangevangen. Deze termijn is aangevangen op 7 oktober 2022 toen verdachte werd verhoord. Nu de rechtbank vonnis wijst op 8 november 2024 is, zij het in beperkte mate, sprake van een overschrijding van de redelijke termijn. De rechtbank zal daarom tien uur in mindering brengen op voornoemd uitgangspunt.
Alles afwegende zal de rechtbank een taakstraf van 150 uur en een ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van 12 maanden opleggen.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf is gegrond op de artikelen:
- 9, 22 c, 22d van het Wetboek van Strafrecht;
- 6, 175, 179 van de Wegenverkeerswet 1994;

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 legt op een taakstraf van 150 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 75 dagen en
 ontzegt verdachte ten aanzien van het bewezen verklaarde de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 12 maanden.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.E. Snijders (voorzitter), mr. A.J.H. Steenweg en mr. H.M. Stratenus, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L.H.M. van Keulen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 8 november 2024.
mr. Steenweg is buiten staat het vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [verbalisant] van de politie Eenheid Oost-Nederland, district Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2022464253, gesloten op 22 september 2023 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van aanrijding misdrijf, p. 9-24; proces-verbaal FO Verkeer, p. 95-102; proces-verbaal verhoor slachtoffer, p. 61-62; verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 25 oktober 2024.
3.Proces-verbaal verhoor slachtoffer, p. 61-62; geneeskundige verklaring, p. 68.
4.Proces-verbaal FO Verkeer, p. 100; EDR-rapport, p. 199-210.
5.Proces-verbaal verhoor getuige, p. 41-42; proces verbaal verhoor getuige, p. 35; proces verbaal verhoor getuige, p. 55-56