In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Gelderland het beroep van eiser tegen de verleende omgevingsvergunning aan de Stichting voor het herbouwen van 54 woningen aan [locatie 1] en [locatie 2] te Zutphen. Eiser, woonachtig op [locatie 3], stelt dat de vergunning in strijd is met het bestemmingsplan en dat er onvoldoende rekening is gehouden met de parkeersituatie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vergunning is verleend met toepassing van de Crisis- en herstelwet, wat betekent dat de bestuursrechter binnen zes maanden uitspraak doet. De rechtbank heeft geen zitting nodig geacht en het onderzoek gesloten.
De rechtbank oordeelt dat de omgevingsvergunning terecht is verleend, ondanks dat het bouwplan niet past binnen de regels van het bestemmingsplan. De rechtbank wijst erop dat het college van burgemeester en wethouders de bevoegdheid heeft om af te wijken van het bestemmingsplan, mits dit in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening. Eiser heeft aangevoerd dat er geen 0-meting is uitgevoerd voor de parkeertoets, maar de rechtbank concludeert dat dit geen gebrek in het besluit is, aangezien de parkeerbehoefte in de nieuwe situatie afneemt.
Daarnaast heeft eiser bezwaar gemaakt tegen de afstand van de nieuw te bouwen woning tot zijn perceelsgrens. De rechtbank oordeelt dat de nieuwe situering van de woning een verbetering is ten opzichte van de bestaande situatie, en dat het college zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat er geen sprake is van een onevenredige aantasting van het woon- en leefklimaat van eiser. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, waardoor de omgevingsvergunning in stand blijft en eiser geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontvangt.