ECLI:NL:RBGEL:2024:7365

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
23 oktober 2024
Publicatiedatum
28 oktober 2024
Zaaknummer
05.107351.23
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van de productie van amfetamine in een drugslab

Op 23 oktober 2024 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 31-jarige man, die werd beschuldigd van het medeplegen van de productie van amfetamine in een drugslab. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 maanden, waarbij hij werd vrijgesproken van het medeplegen van voorbereidingshandelingen en het aanwezig hebben van amfetamine. De zaak kwam aan het licht na een politie-inval op 28 december 2022, waarbij in een woning aan [adres 1] in [plaats] een drugslab werd aangetroffen. In de woning werden diverse chemicaliën en productiemiddelen aangetroffen die typisch zijn voor de productie van amfetamine. De rechtbank concludeerde dat de verdachte, samen met medeverdachten, betrokken was bij de productie van amfetamine, wat werd ondersteund door DNA- en dactyloscopische sporen die op de aangetroffen goederen werden aangetroffen. De rechtbank oordeelde dat er voldoende bewijs was voor het medeplegen van de productie van amfetamine, maar sprak de verdachte vrij van andere feiten die hem ten laste waren gelegd. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en de eerdere veroordelingen van de verdachte bij het bepalen van de straf.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer: 05.107351.23
Datum uitspraak : 23 oktober 2024
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1993 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres 2] , [postcode] in [woonplaats] .
Raadsvrouw: mr. M.W. F. van Wijk, advocaat in Helmond.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op openbare terechtzittingen.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 11 november 2022 tot en met 28 december 2022 te [plaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk (in een pand/woning gelegen aan de [adres 1] te [plaats] ) heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd, een hoeveelheid van (een) materiaal bevattende amfetamine en/of amfetamineolie en/of amfetaminepasta, (telkens) zijnde amfetamine, in elk geval een of meer (ander(e)) stoffen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, zijnde
amfetamine en/of amfetamineolie een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 11 november 2022 tot en met 28 december 2022 te [plaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen, te weten
- het opzettelijk binnen en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen,
- het opzettelijk telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken en/of vervoeren en/of
- het opzettelijk vervaardigen
van amfetamine en/of amfetamineolie en/of amfetaminepasta en/of een of meer ander(e) stoffen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, in elk geval een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van de Opiumwet
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen en/of
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s), wist(en) of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
door
- voertuig(en) ter beschikking te stellen en/of
- het regelen/organiseren van en/of bijdragen aan, dan wel het veelvuldig contact te hebben met andere personen die betrokken zijn bij het kiezen/organiseren van een locatie, de inrichting van een locatie, de aanvoer van goederen en materialen die gebruikt worden voor de vervaardiging van de drugs, de daadwerkelijke vervaardiging van de drugs, het transport van de vervaardigde drugs en de afvoer van het ontstane afval en/of
- het voorhanden hebben van een (grote) hoeveelheid (vloei)stoffen en/of
materialen onder meer
- ( ongeveer) 375 milliliter, althans een hoeveelheid zwavelzuur en/of
- een of meerdere lege fles(sen) zwavelzuur en/of
- ( ongeveer) 200 milliliter, althans een hoeveelheid methanol en/of
- ( ongeveer) 12 kilogram, althans een hoeveelheid cafeïne en/of
- een (grote) hoeveelheid gripzakjes en/of
- een (grote) hoeveelheid ponypacks en/of
- een of meer weegschalen en/of
- een of meer jerrycan(s) en/of
- een of meer (bevuilde) emmer(s) en/of
- een of meer (bevuilde) maatbeker(s) en/of
- een of meerdere (bevuilde) bakjes/containers en/of
- een of meer boormachine(s) en/of
- een of meer roerstuk(ken) en/of
(in elk geval) een of meerdere containers/vloeistoffen/grondstoffen/verpakkingen/gasflessen/jerrycans/pannen/vaten en/of ketels ten behoeve van de productie van die amfetamine(pasta) en/of amfetamineolie en/of een of meer ander(e) stoffen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
3.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 11 november 2022 tot en met 28 december 2022, althans op of omstreeks 28 december 2022 te [plaats] , althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk (in een pand/woning aan de [adres 1] te [plaats] ) aanwezig heeft gehad (in totaal) (ongeveer) 24,55 kilogram aan amfetamine(pasta) en/of amfetamine base/olie, (telkens) zijnde amfetamine, in elk geval een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine, (in ieder geval) (telkens) een middel bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Feit 1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan feit 1.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat verdachte wordt vrijgesproken, nu niet met de vereiste mate van zekerheid kan worden vastgesteld dat verdachte een significantie bijdrage heeft geleverd aan feit 1.
Beoordeling door de rechtbank
Op 28 december 2022 heeft de politie op het adres [adres 1] in [plaats] een drugslab aangetroffen. In de woning werden onder meer in de woonkamer, badkamer, keuken en zolder goederen, chemicaliën en productiemiddelen aangetroffen die, in hun combinatie, typisch zijn voor de omzetting van amfetamine base (olie) naar amfetaminesulfaat (pasta of poeder). De volgende goederen, chemicaliën en productiemiddelen werden aangetroffen in de woning:
- ongeveer 375 milliliter zwavelzuur;
- meerdere lege flessen zwavelzuur;
- ongeveer 200 milliliter methanol;
- ongeveer 12 kilogram cafeïne;
- een grote hoeveelheid gripzakjes;
- een hoeveelheid ponypacks;
- weegschalen;
- jerrycans;
- bevuilde emmers;
- ( bevuilde) maatbekers;
- ( bevuilde) bakjes;
- een boormachine;
- een roerstuk. [2]
De in de woning aangetroffen stoffen zijn door het NFI onderzocht. De stoffen bevatten amfetamine, coffeïne, methanol en zwavelzuur. Coffeïne is een versnijdingsmiddel voor amfetamine, cocaïne en heroïne. Methanol en zwavelzuur worden gebruikt bij de vervaardiging en/of bewerking van diverse drugs en drugsprecursoren. Amfetamineolie kan met zwavelzuur (en methanol) worden omgezet in amfetaminesulfaat, een vaste stof. [3]
De rechtbank ziet zich vervolgens voor de vraag gesteld of [verdachte] ( [verdachte] ) betrokken is geweest bij de productie van amfetamine in het drugslab in de woning aan de [adres 1] .
Camerabeelden
Verbalisant [verbalisant 2] heeft beelden bekeken afkomstig van de twee camera’s bij de [adres 3] . De camera’s hebben zicht op de openbare weg en de voorzijde van perceelnummer [adres 1] tot de deur. Verbalisant beschrijft dat te zien is op het beeld van 23 december 2022 om 09:59 uur dat NN2 komt aanlopen via de stoep gelegen aan de voorzijde van perceelnummer [adres 1] en [adres 3] . Hij draagt een soort cilinder/gastank in zijn linkerhand. Hij pakt een sleutel en lijkt nummer [adres 1] binnen te stappen. [4] [medeverdachte 2] ( [medeverdachte 2] ) heeft zichzelf herkend op deze beelden. [5]
DNA-sporen
In de woning aan de [adres 1] is een aantal goederen bemonsterd en die bemonsteringen zijn door het TMFI onderzocht op DNA-sporen. Op de eerste trede van de zoldertrap is een boormachine aangetroffen ( AAPP3448NL ). Op de traptrede daarboven lag een mengstaaf voor een boormachine ( AAPP3449NL ). Op de onderzijde van die mengstaaf zat een witte substantie en er zat een doorzichtige plastic zak omheen. Verder stond op de trap een Coca Cola fles met daarin methanol ( AAPP3450NL ). Naast de Coca Cola fles stond een maatbeker. [6] Onder meer de volgende DNA-sporen zijn aangetroffen:
- in de bemonstering van de ruwe delen en knoppen ( AAOG2690NL ) van de hiervoor genoemde boormachine is een DNA-mengprofiel aangetroffen van celmateriaal van minimaal drie donoren van wie zeker één man. De mogelijke donor van het uit celmateriaal verkregen DNA-mengprofiel is [medeverdachte 2] (verdachte). De bewijswaarde is als volgt berekend. De resultaten van het onderzoek aan de bemonstering zijn
zeer veel waarschijnlijker (10.000-1.000.000)wanneer de bemonstering DNA bevat van [medeverdachte 2] en twee onbekende, niet verwante personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie onbekende, niet verwante personen. [7]
- in de bemonstering van de steelgarde betonmixer ( AAQH6568NL ) van de hiervoor genoemde mengstaaf voor een boormachine is een DNA-mengprofiel aangetroffen van celmateriaal van minimaal twee donoren van wie zeker één man. De mogelijke donor van het uit celmateriaal verkregen DNA-mengprofiel is [medeverdachte 2] . De bewijswaarde is als volgt berekend. De resultaten van het onderzoek aan de bemonstering zijn
extreem veel waarschijnlijker (>1.000.000)wanneer de bemonstering DNA bevat van [medeverdachte 2] en een onbekende, niet verwante persoon, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van twee onbekende, niet verwante personen. [8]
Op de zolder stonden in totaal drie emmers: een grijze emmer met daaroverheen een handdoek waarin amfetamine gemengd met cafeïne zat. Naast de grijze emmer stonden twee blauwe emmers met restanten van wit poeder (fotobordje 6: AAOL9340NL en fotobordje 8: AAPP3456NL ). In de emmers zaten een pollepel en zilverkleurige lepels met restanten wit poeder. [9] Het NFI heeft vastgesteld dat alle drie de emmers (restanten van) amfetamine en coffeïne bevatten. [10] Op deze goederen zijn onder meer de volgende DNA-sporen aangetroffen:
- in de bemonstering van het hengsel, het handvat van en de rand rondom (SIN AAOG2694NL ) de blauwe emmer met SIN AAPP3456NL is een DNA-mengprofiel aangetroffen van celmateriaal van minimaal drie donoren van wie zeker één man. De mogelijke donor van het uit celmateriaal verkregen DNA-mengprofiel is [medeverdachte 2] . De bewijswaarde is als volgt berekend. De resultaten van het onderzoek aan de bemonstering zijn
extreem veel waarschijnlijker (>1.000.000)wanneer de bemonstering DNA van [medeverdachte 2] en twee onbekende, niet verwante personen bevat, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie onbekende, niet verwante personen. [11]
- van het DNA-mengprofiel van de bemonstering van het spoor SIN AAOG2694NL van de blauwe emmer met SIN AAPP3456NL is [verdachte] als tweede mogelijke donor aangemerkt. De bewijswaarde is als volgt berekend. De resultaten van het onderzoek aan de bemonstering zijn
extreem veel waarschijnlijker (>1.000.000)wanneer de bemonstering DNA bevat van [verdachte] en twee onbekende, niet verwante personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie onbekende, niet verwante personen. [12]
- in de bemonstering van geschikte dacty en niet geschikte dacty (SIN AAOG2695NL ) van de blauwe emmer met SIN AAPP3456NL is een DNA-mengprofiel aangetroffen van celmateriaal van minimaal drie donoren van wie zeker één man. De mogelijke donor van het uit celmateriaal verkregen DNA-mengprofiel is [medeverdachte 2] . De bewijswaarde is als volgt berekend. De resultaten van het onderzoek aan de bemonstering zijn
extreem veel waarschijnlijker (>1.000.000)wanneer de bemonstering DNA bevat van [medeverdachte 2] en twee onbekende, niet verwante personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie onbekende, niet verwante personen. [13]
- van het DNA-mengprofiel van de bemonstering van het spoor met SIN AAOG2695NL van de blauwe emmer met SIN AAPP3456NL is [verdachte] als tweede mogelijke donor aangemerkt. De bewijswaarde is als volgt berekend. De resultaten van het onderzoek aan de bemonstering zijn
extreem veel waarschijnlijker (>1.000.000)wanneer de bemonstering DNA bevat van [verdachte] en twee onbekende, niet verwante personen dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie onbekende, niet verwante personen. [14]
- in de bemonstering van het hengsel, het handvat en de rand rondom (SIN AAOG2696NL ) de blauwe emmer met SIN AAOL9340NL is een DNA-mengprofiel aangetroffen van celmateriaal van minimaal drie donoren van wie zeker één man. De mogelijke donor van het uit celmateriaal verkregen DNA-mengprofiel is [medeverdachte 2] . De bewijswaarde is als volgt berekend. De resultaten van het onderzoek aan de bemonstering zijn
zeer veel waarschijnlijker (10.000-1.000.000)wanneer de bemonstering DNA bevat van [medeverdachte 2] en twee onbekende, niet verwante personen dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie onbekende, niet verwante personen. [15]
Naast de emmers en de overige goederen op de vloer van de zolder, stond op een nachtkastje een doosje waar vermoedelijk tabak in heeft gezeten (SIN AAPP3457NL ). Dit doosje stond op een keukenweegschaal. Zowel in het doosje, op de keukenweegschaal, op het zwarte kastje en op de vloer rondom het kastje lagen restanten wit poeder. Verder lag op de vloer een trechter en een maatbeker met restanten wit poeder. [16] Op het doosje met resten wit poeder zijn onder meer de volgende DNA-sporen aangetroffen:
- De buitenzijde van het doosje is bemonsterd (SIN AAOG2689NL ). [17] In de bemonstering van het spoor van de buitenzijde van het doosje is een DNA-mengprofiel aangetroffen van celmateriaal van minimaal vier donoren van wie zeker één man. Een mogelijke donor van het uit celmateriaal verkregen DNA-mengprofiel is [verdachte] . De bewijswaarde is als volgt berekend. De resultaten van het onderzoek aan de bemonstering zijn
veel waarschijnlijker (100-10.000)wanneer de bemonstering DNA bevat van [verdachte] en drie onbekende, niet verwante personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van vier onbekende, niet verwante personen. [18]
Ten aanzien van [medeverdachte 2] concludeert de rechtbank over de aangetroffen DNA-sporen het volgende. Uit voorgaande zeldzaamheidswaardes, de omstandigheden waaronder de bemonsterde goederen zijn aangetroffen (in een amfetamine-omzettingslab en/of met restanten amfetamine en versnijdingsmiddelen erop) en de omstandigheid dat verdachte blijkens de camerabeelden met een sleutel toegang had tot de woning, concludeert de rechtbank dat [medeverdachte 2] de hoofddonor is van het celmateriaal in de bemonsteringen waar hij als ‘mogelijke donor’ van het celmateriaal is aangemerkt en daarmee ook dat hij deze goederen heeft aangeraakt. Gelet op de plaats waar deze goederen zijn bemonsterd, het doel waarvoor die goederen kennelijk werden gebruikt en het aantal bemonsteringen dat een match opleverde, merkt de rechtbank de sporen aan als delictgerelateerd. [medeverdachte 2] is dus bezig geweest met het bereiden van amfetamine.
Ten aanzien van [verdachte] concludeert de rechtbank over de aangetroffen DNA-sporen hetzelfde. Uit voorgaande zeldzaamheidswaardes en de omstandigheden waaronder de bemonsterde goederen zijn aangetroffen (in een amfetamine-omzettingslab en/of met restanten amfetamine en versnijdingsmiddelen erop), concludeert de rechtbank dat [verdachte] de hoofddonor is van het celmateriaal in de bemonsteringen waar hij als ‘mogelijke donor’ van het celmateriaal is aangemerkt en daarmee ook dat hij deze goederen heeft aangeraakt. Gelet op de plaats waar deze goederen zijn bemonsterd, het doel waarvoor die goederen kennelijk werden gebruikt en het aantal bemonsteringen dat een match opleverde, merkt de rechtbank de sporen aan als delictgerelateerd. [verdachte] is dus bezig geweest met het bereiden en wegen van amfetamine.
Dactyloscopische sporen
In de woning aan de [adres 1] werden op de volgende goederen, onder meer, de volgende dactyloscopische sporen aangetroffen:
- Op de zijkant van de blauwe emmer met SIN AAOL9340NL zijn meerdere
dactyloscopische sporen aangetroffen, waaronder SIN AAOG2709NL . [19] Vergelijkend
onderzoek met voornoemd spoor heeft geleid tot individualisatie van het spoor op een persoon in Havank bekend onder de personalia: [medeverdachte 2] . [20] Uit dactyloscopisch onderzoek blijkt dat dit spoor een zeer grote mate van overeenkomst en geen verschillen van dactyloscopische aard vertoont met de afbeelding van de rechtermiddelvinger van verdachte. [21]
- Op de Coca Cola fles met SIN AAPP3450NL zijn meerdere dactyloscopische sporen aangetroffen, waaronder SIN AAQM4916NL . [22] Deze Coca Cola fles is aangetroffen op de zoldertrap waar ook de boormachine en mengstaaf voor de boormachine op zijn aangetroffen. In deze fles zat een doorzichtige vloeistof. [23] Deze vloeistof bleek na onderzoek door het NFI methanol te bevatten. [24] Vergelijkend onderzoek met voornoemd spoor heeft geleid tot individualisatie van het spoor op een persoon in Havank bekend onder de personalia: [medeverdachte 2] . [25] Uit dactyloscopisch onderzoek blijkt dat dit spoor een zeer grote mate van overeenkomst en geen verschillen van dactyloscopische aard vertoont met de afbeelding van de rechtermiddelvinger van verdachte. [26]
Naar het oordeel van de rechtbank zijn deze hoge bewijswaardes belastend voor
[medeverdachte 2] . De rechtbank concludeert ook uit het voorgaande dat [medeverdachte 2] de goederen waarop zijn dactyloscopische sporen zijn aangetroffen, heeft gebruikt en dat het daarbij gaat om delictgerelateerde sporen.
Mast- en telefoongegevens
Er is onderzoek gedaan naar mastgegevens van de zendmast aan de [adres 4] in [plaats] , waaronder de woning aan de [adres 1] valt. Uit dit onderzoek volgt dat het telefoonnummer [telefoonnummer] , dat bij [medeverdachte 2] in gebruik is, in de periode van 9 december 2022 tot en met 30 december 2022, dus in 3 weken tijd, 138 keer heeft aangestraald op de mast van de [adres 4] . [27]
De historische verkeersgegevens van telefoonnummer [telefoonnummer] , dat bij [medeverdachte 2] in gebruik is, zijn door de politie onderzocht. Uit dit onderzoek is gebleken dat hij in de periode van 29 september 2022 tot en met 6 februari 2023 in totaal 439 keer contact heeft gehad met medeverdachte [medeverdachte 1] ( [medeverdachte 1] ). [28]
Daarnaast is op de iPhone 12 van [medeverdachte 2] , waaraan telefoonnummer [telefoonnummer] is verbonden, de volgende berichtenwisseling tussen hem en het contact ‘ [contactnaam] ’ tussen 15 december 2022 en 17 december 2022 aangetroffen:
“ [medeverdachte 2] : Regel die witte caff voor mij aub
[medeverdachte 2] : Heb die morgen nodig
[contactnaam] : Sallam Bro
[contactnaam] : Ga zo sleutel pakken
[contactnaam] : bel me als je wakker bent
[contactnaam] : Bro wat tik je nu voor a
[medeverdachte 2] : Ja neef safi
[medeverdachte 2] : 1350
[medeverdachte 2] : Heb die gister gepakt neef hebt 10 liter ligge
[contactnaam] : Shit man je moest zeggen kan 13 toppers regelen
[medeverdachte 2] : Ja klopt deze ook 1300 ma heb die meegekregen geef hem 1350
[medeverdachte 2] : Ik ga zo die dingen checken snelle maken enzo
[medeverdachte 2] : Die witte caff kan ik die ergens ophalen
[medeverdachte 2] : Heb die nodig nifo
[contactnaam] : Wollah welo Bro die Hollander zit vast waar ik pakte
[contactnaam] : Bel me straks gaan we eentje roken Bro
[medeverdachte 2] : Ewa ben je nog aan niet
[contactnaam] : Ja toch
[contactnaam] : Kom zuid
[medeverdachte 2] : Ben effe !n oost snelle afmaken kom zo jou kant op dan neef [29]
De rechtbank concludeert uit bovenstaande gesprekken dat [medeverdachte 2] zich bezighoudt met de productie van amfetamine en de verdere verwerking daarvan door middel van versnijden met coffeïne. Het is een feit van algemene bekendheid dat met “snelle” amfetamine wordt bedoeld.
Verklaringen (mede)verdachten
[verdachte] heeft verklaard dat hij twee keer in de woning aan de [adres 1] in [plaats] is geweest. [30] [medeverdachte 1] heeft bij de politie verklaard dat hij in de maand december van de 1e tot en met de 26e sliep in de woning aan de [adres 1] in [plaats] . Hij paste daar op het huis en kwam overal in de woning. In eerste instantie wist hij niet wat er ging gebeuren en later bleek dat het gebruikt werd voor het lab. Hij heeft wel eens geholpen met het naar boven brengen van emmers en andere spullen. Hij kreeg daar geld voor. [31]
Conclusie
De DNA-sporen van [verdachte] op het oude tabaksdoosje met witte poederresten en op de emmer met resten amfetamine ziet de rechtbank als delictgerelateerde sporen.
De DNA-sporen van [medeverdachte 2] op de emmer met resten amfetamine, op de knoppen en ruwe delen van de boormachine en op de mengstaaf met garde die past op de boormachine met resten wit poeder ziet de rechtbank als delictgerelateerde sporen. Ook de dactyloscopische sporen op de emmer met resten amfetamine en de colafles met methanol ziet de rechtbank als delictgerelateerde sporen. [medeverdachte 2] had een sleutel van de woning en daarmee ook beschikkingsmacht en wetenschap over de aangetroffen goederen.
Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen in elk geval [medeverdachte 2] , [verdachte] en [medeverdachte 1] die in de kern bestond uit een gezamenlijke uitvoering. Zij hebben immers alle drie een (voldoende) wezenlijke bijdrage geleverd aan kort gezegd de productie van amfetamine, ook als was het aandeel van de een groter dan dat van de ander. Daarmee acht de rechtbank het ten laste gelegde medeplegen van feit 1 bewezen.

3.Vrijspraken

Feit 2 en 3
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de feiten 2 en 3. In dit kader heeft de officier van justitie gewezen op de hoeveelheid DNA-matches met verdachte die in de woning zijn aangetroffen, de relaties van verdachte met de medeverdachten, de aanwezigheid van de auto’s van de partner van verdachte bij de [adres 1] en de verklaring van verdachte zelf dat hij in die woning is geweest.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat verdachte wordt vrijgesproken, nu niet met de vereiste mate van zekerheid kan worden vastgesteld dat verdachte een significante bijdrage heeft geleverd aan de feiten 2 en 3.
Beoordeling door de rechtbank
Vaststaat dat [verdachte] een paar keer in de woning aan de [adres 1] in [plaats] is geweest. In voorgaande bewijsoverweging heeft de rechtbank geconcludeerd dat [verdachte] de emmer met resten amfetamine en een tabaksdoosje dat op een keukenweegschaal stond heeft aangeraakt. In het doosje en op de keukenweegschaal lagen resten wit poeder. Dit betekent dat [verdachte] dus bezig is geweest met het bereiden en wegen van amfetamine. Dit betekent dat feit 1 bewezen verklaard kan worden, zoals hierboven is uiteengezet.
De rechtbank dient tevens de vraag te beantwoorden of verdachte feitelijke beschikkingsmacht kon uitoefenen over de ter zake van het drugslab aangetroffen voorwerpen en stoffen (waaronder de drugs). Hiervoor is het in juridische zin noodzakelijk dat die middelen zich binnen de machtssfeer van verdachte bevinden (feit 2). Dit geldt ook voor het aanwezig hebben van de aangetroffen hoeveelheid amfetamine (feit 3). De rechtbank beantwoordt deze specifieke vragen ontkennend. Zo is bijvoorbeeld niet gebleken dat [verdachte] over een sleutel van de woning beschikte en evenmin dat hij in de woning verbleef om op het lab te passen. Dat [verdachte] een aantal keer geholpen heeft bij het bereiden en verwerken van de amfetamine, brengt nog niet mee dat hij daar in juridische zin zeggenschap of beschikkingsmacht over had.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het dossier onvoldoende aanknopingspunten biedt om te concluderen dat [verdachte] op enig moment de feitelijke beschikkingsmacht had over de in de woning aangetroffen voorwerpen ten behoeve van het drugslab en de voorbereiding van de productie van amfetamine. Ditzelfde geldt voor de aangetroffen amfetamine in voornoemde woning. De rechtbank zal hem daarom vrijspreken van de feiten 2 en 3.

4.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 tenlastegelegde feit heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
een ofmeerdere tijdstippen in
of omstreeksde periode van
9 december2022 tot en met 28 december 2022 te [plaats]
, in elk geval in Nederland,tezamen en in vereniging met
een of meeranderen
, althans alleen,opzettelijk (in een
pand/woning gelegen aan de [adres 1] te [plaats] ) heeft bereid en
/ofbewerkt en
/ofverwerkt en
/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/ofvervaardigd, een hoeveelheid van
(een
)materiaal bevattende amfetamine en
/ofamfetamineolie en
/ofamfetaminepasta,
(telkens
)zijnde amfetamine,
in elk geval een of meer (ander(e)) stoffen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, zijnde
amfetamine en/of amfetamineolieeen middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I
, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

5.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2, onder B, van de Opiumwet gegeven verbod

6.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

7.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

8.De overwegingen ten aanzien van straf

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren met aftrek van het voorarrest.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat bij een veroordeling een gevangenisstraf gelijk aan het voorarrest wordt opgelegd, al dan niet in combinatie met een maximale taakstraf, een geldboete of een flinke voorwaardelijke straf.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft een uitvoerende rol gehad bij het medeplegen van produceren, bewerken en verwerken van grote hoeveelheden amfetamine in de woning aan de [adres 1] in [plaats] . De productie van harddrugs dient krachtig te worden bestreden in verband met de schadelijkheid voor de volksgezondheid. Bovendien gaat de productie van harddrugs geregeld gepaard met andere vormen van criminaliteit, zoals het dumpen van chemisch afval in de natuur, bedreigingen, geweld en zelfs levensdelicten. Verdachte heeft zich van deze negatieve effecten destijds niets aangetrokken en heeft zich kennelijk enkel laten leiden door zijn eigen financiële gewin. De rechtbank rekent dit verdachte zwaar aan.
Uit de justitiële documentatie van 19 augustus 2024 volgt dat verdachte eerder in Nederland en in Duitsland is veroordeeld voor het plegen van drugsgerelateerde strafbare feiten. Dit weegt de rechtbank in het nadeel van verdachte mee.
Uit het reclasseringsadvies van 5 september 2024 volgt dat verdachte geen hulpvraag heeft. De reclassering adviseert een straf zonder bijzondere voorwaarden. De rechtbank zal daarom aan verdachte geen (deels) voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden opleggen.
Alles afwegende zal de rechtbank aan verdachte een gevangenisstraf van 6 maanden opleggen. Het voorarrest wordt hierop in minder gebracht. Deze straf is lager dan geëist, omdat de rechtbank verdachte zal vrijspreken van feiten 2 en 3.

9.De beoordeling van het beslag

Ten aanzien van de tenlastegelegde feiten is beslag gelegd op een telefoontoestel (G2964062) van verdachte.
Standpunten
De officier van justitie heeft verzocht om het hiervoor genoemde telefoontoestel te onttrekken aan het verkeer. Het is de politie niet gelukt om de telefoon te kraken, wat maakt dat, in het licht van de bewezen verklaarde feiten, de kans zeer groot is dat er criminele activiteiten met deze telefoon hebben plaatsgevonden.
De verdediging heeft verzocht om teruggave van het inbeslaggenomen telefoontoestel.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank zal de teruggave van het hiervoor genoemde inbeslaggenomen telefoontoestel gelasten, omdat geen strafvorderlijk belang zich daartegen verzet. De rechtbank overweegt hiertoe dat niet is vast komen te staan dat met de inbeslaggenomen telefoon strafbare feiten zijn gepleegd.

10.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf is gegrond op de artikelen:
- 47 van het Wetboek van Strafrecht;
- 2 en 10 van de Opiumwet.

11.De beslissing

De rechtbank:

spreekt verdachte vrij van de onder 2 en 3 ten laste gelegde feiten;
 verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 ten laste gelegde feit, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Beslag
 gelast de teruggave van het inbeslaggenomen telefoontoestel (G2964062) aan verdachte.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.C. van der Mei (voorzitter), mr. M.W.R. Koch en mr. A. Bril, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.L. Goedheer, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 23 oktober 2024.
Mrs. Koch en Bril zijn buiten staat deze uitspraak mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [verbalisant 1] van de politie Eenheid Oost-Nederland, opgemaakte proces-verbaal, onderzoeksnummer ON5R022099 (onderzoek Karkar/ [adres 1] ), gesloten op 15 juni 2023 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van bevindingen, p. 39-42; proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 125-128.
3.NFI-rapport, p. 140-141.
4.Proces-verbaal van bevindingen, p. 370-371.
5.Verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 25 september 2024.
6.Proces-verbaal forensisch onderzoek woning ( [adres 1] [plaats] ), p. 143; NFI-rapport, p. 140.
7.Proces-verbaal aanvraag benoeming deskundige, p. 321; TMFI Deskundigenrapportage, p. 326; TMFI Deskundigenrapportage, p. 333 en 335.
8.Proces-verbaal aanvraag benoeming deskundige, p. 337; TMFI Deskundigenrapportage, p. 341-342.
9.Proces-verbaal forensisch onderzoek woning ( [adres 1] [plaats] ), p. 143.
10.Proces-verbaal van bevindingen, LFO, p. 127; NFI-rapport, p. 140.
11.Proces-verbaal aanvraag benoeming deskundige, p. 320; TMFI Deskundigenrapportage, p. 326; TMFI Deskundigenrapportage, p. 333-335.
12.TMFI Deskundigenrapportage, p. 326; TMFI Deskundigenrapportage, p. 333-335.
13.Proces-verbaal aanvraag benoeming deskundige, p. 320; TMFI Deskundigenrapportage, p. 326; TMFI Deskundigenrapportage, p. 334-335.
14.TMFI Deskundigenrapportage, p. 326; TMFI Deskundigenrapportage, p. 334-335.
15.Proces-verbaal aanvraag benoeming deskundige, p. 320; TMFI Deskundigenrapportage, p. 326; TMFI Deskundigenrapportage, p. 334-335.
16.Proces-verbaal forensisch onderzoek woning ( [adres 1] [plaats] ), p. 143-144.
17.Proces-verbaal aanvraag benoeming deskundige, p. 321.
18.TMFI Deskundigenrapportage, p. 326; TMFI Deskundigenrapportage, p. 333 en 335.
19.Proces-verbaal vooronderzoek lab, p. 274.
20.Proces-verbaal vooronderzoek lab, p. 279; proces-verbaal individualisatie dactyloscopisch spoor, p. 288.
21.Rapport dactyloscopisch sporenonderzoek, p. 290.
22.Proces-verbaal vooronderzoek lab, p. 212.
23.Proces-verbaal forensisch onderzoek woning ( [adres 1] [plaats] ), p. 143.
24.Proces-verbaal van bevindingen, LFO, p. 126; NFI-rapport, p. 140.
25.Proces-verbaal individualisatie dactyloscopisch spoor, p. 222.
26.Rapport dactyloscopisch sporenonderzoek, p. 224.
27.Proces-verbaal van bevindingen, p. 448; proces-verbaal van bevindingen, p. 498.
28.Proces-verbaal van bevindingen, p. 455-456.
29.Proces-verbaal van bevindingen, p. 498 en 515-517.
30.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , PD04, p. 39.
31.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , PD03, p. 38-40.