Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.De bewezenverklaring
althans aanmerkelijk,onvoorzichtig, onoplettend en
/ofonachtzaam heeft
gereden, hierin bestaande dat verdachte, terwijl hij een groot en
/ofzwaar voertuig bestuurde en
/ofaan de voorzijde van dit voertuig een (uitstekende) veegborstel zit en
/ofterwijl hij dat voertuig beroepsmatig bestuurde en
/ofterwijl het voorwaartse zicht van verdachte ter plaatse niet werd belemmerd, beperkt of gehinderd en
/ofterwijl zich voor hem, verdachte, op die weg (de Edeseweg) een fietser bevond en
/ofterwijl die fietser achterlicht voerde en
/of(reeds) ongeveer 5 seconden voor hem, verdachte, zichtbaar was, tijdens het besturen van dit voertuig en
/ofkort voor het ongeval een mobiel elektronisch apparaat (een telefoon) heeft gebruikt en
/ofbediend,
althansdaarmee zijn aandacht gedurende enige tijd niet, althans in onvoldoende mate, op de (verkeers)situatie ter plaatse en
/ofhet overige verkeer heeft gericht en
/ofniet of in onvoldoende mate heeft gelet en
/ofis blijven letten op de (verkeers)situatie ter plaatse en
/ofde
/hetdirect voor hem gelegen weggedeelte
(n
)van die weg (de Edeseweg) en
/ofde kruisende weg (de Dorpsstraat/N310) en
/ofhet zich daarop bevindende verkeer en
/ofin strijd met het gestelde in artikel 19 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 de snelheid van de door hem bestuurde voertuig niet zodanig heeft geregeld dat hij in staat was dat voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij die weg kon overzien en waarover deze vrij was en
/ofis gebotst tegen,
althans in aanrijding is gekomen met, die (stilstaande) fietser, en aldus zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden, waardoor een ander (genaamd [slachtoffer] ) zwaar lichamelijk letsel
of zodanig lichamelijk letselwerd toegebracht.
dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan;
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf
Verdachte heeft ter zitting zijn spijt betuigd en is bij het slachtoffer persoonlijk langs gegaan om zijn spijt te betuigen. De rechtbank neemt verder in strafverminderende zin mee dat verdachte naar aanleiding van het ongeval in zijn bedrijf veiligheidsmaatregelen heeft doorgevoerd om te voorkomen dat door hem of één van zijn werknemers een dergelijk ongeval nogmaals wordt veroorzaakt.
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
een taakstraf van 200 (tweehonderd) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 100 (honderd) dagen;
ontzegtverdachte ten aanzien van het bewezenverklaarde
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de duur van
18 (achttien) maanden;
de duur van 12 (twaalf) maanden de bijkomende straf van ontzegging niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van
een proeftijd van twee jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;