Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
Vrijspraak feiten 1 en 2
Vrijspraak feiten 3 en 4
De rechtbank is gelet op het voorgaande van oordeel dat niet vastgesteld kan worden dat het verdachte was die de fiets heeft verplaatst en daarmee de fiets heeft weggenomen. Dat verdachte, nadat de fiets van aangeefster was verplaatst, bij de fiets van aangeefster stond en met een slot bezig was, is daarvoor onvoldoende.
“Soort: kneuzing. Geringe onscherp begrensde roze huidverkleuring voorzijde hals, vage verticale streepvorming.” De [de rechtbank begrijpt: door [slachtoffer 13] ] gemelde toedacht, inhoudende dat zij met de vuist werd geslagen of een baksteen tegen haar borst kreeg, past mogelijk bij dit waargenomen letsel. [20]
3.De bewezenverklaring
of omstreeks21 maart 2022 te [plaats] [slachtoffer 11] heeft mishandeld door de hals van die [slachtoffer 11] vast te pakken en
/ofdie hals dicht te knijpen en
/ofdoor
(met een tot vuist gebalde hand
)op/tegen de kaak
, in elk geval tegen het lichaamvan die [slachtoffer 11] te slaan
en/of te stompen;
of omstreeks24 juni 2023 te [plaats] , in een woning
en/of op een besloten erf waarop een woning stond,
op/aan de [adres 2] , alwaar verdachte zich buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevond, een rugtas, iPad, AirPods, Apple Pencil, oplader, accuboormachine, fietslamp, pet, t-shirt, een of meer
(twee
)brillen, en/of een doosje bonbons
, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele
aan [slachtoffer 12] , in elk gevalaan een ander toebehoorde
(n
)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
of omstreeks21 juli 2023 te [plaats] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer 13] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
- meerdere malen, althans eenmaal,een
klinker/kei/steen
, althans een zwaar en/of hard voorwerp,door het raam van een
toilet en/ofbadkamer heeft gegooid, terwijl voornoemde [slachtoffer 13] zich
(vlak
)achter dat raam bevond, waardoor de
klinker/kei/steen
, althans het zware en/of harde voorwerpop/tegen de borst
en/of het hoofd, althans het lichaamvan voornoemde [slachtoffer 13]
(aan
)is gekomen; terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
of omstreeks21 juli 2023 te [plaats] [slachtoffer 13] heeft mishandeld door voornoemde [slachtoffer 13]
een of meerdere malen in/op/tegen het gezicht/hoofd
, althans op/tegen het lichaamte slaan
en/of te stompen;
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf
8.De beoordeling van het beslag
€ 175,- (in de zaak met parketnummer 01/048728-22) aan verdachte terug te geven.
9.De beoordeling van de civiele vorderingen
01/048728-22 onder 1 tenlastegelegde een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 21,28 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
01/048728-22 onder 1 tenlastegelegde een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 482,53 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
01/048728-22 onder 1 en onder 3 tenlastegelegde een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 49,50 aan materiële schade en € 200,- aan immateriële schade, allebei vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
10.De vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 05/193326-20)
11.De toegepaste wettelijke bepalingen
12.De beslissing
- veroordeelt verdachte in verband met het primaire feit onder parketnummer 05/157133-23 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 12] van € 110,- aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 juni 2023 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 12] , een bedrag te betalen van € 110,- aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 juni 2024 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 2 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;