Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.De bewezenverklaring
of omstreekséén of meer tijdstippen in de periode van 3 juli 2020 tot en met6 maart 2022 te Wilp en/of te Deventer,
althans in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,opzettelijk en wederrechtelijk
één ofmeer dier
(en
), te weten
één ofmeer scha
(a)p
(en
),
dat/die geheel
of ten deletoebehoorde
(n)aan een ander
of anderen, te weten [aangever 1]
en/of [aangever 2], heeft gedood;
of omstreeks5 maart 2022 te [plaats] ,
althans in Nederland,vier (slijp)stalen, geheel toebehorende aan [bedrijf] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf
8.De beoordeling van de civiele vorderingen
- € 93,54 opruimen kadavers/slachtafval door Rendac;
- € 1.318,50 waarde schapen (€ 132,25 voor een ooilam en € 129,75 voor een schaap);
- € 1.800,00 kwaliteitsvermindering van de kudde;
- € 108,96 onkosten tijdsbesteding onderzoek.
- € 53,67 opruimen kadavers/slachtafval;
- € 264,50 waarde ooilammeren;
9.De vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 05/049711-19)
10.De toegepaste wettelijke bepalingen
11.De beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden;
- veroordeelt verdachte in verband met het feit onder nummer 1 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [aangever 1] van € 427,13 aan materiële schade en € 1.000,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 maart 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [aangever 1] , een bedrag te betalen van € 427,13 aan materiële schade en € 1.000,00 aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 maart 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 24 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;