ECLI:NL:RBGEL:2024:6843

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
8 oktober 2024
Publicatiedatum
9 oktober 2024
Zaaknummer
C/05/441557 / FZ RK 24-2309
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging verleend voor betrokkene met schizofrenie en licht verstandelijke beperking

Op 8 oktober 2024 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen een zorgmachtiging verleend voor een betrokkene die lijdt aan schizofrenie van het paranoïde type en een licht verstandelijke beperking. De rechtbank heeft deze beslissing genomen op verzoek van de officier van justitie, die een zorgmachtiging voor twaalf maanden had aangevraagd. Na beoordeling van de ingediende stukken en de mondelinge behandeling, waarin de betrokkene, haar echtgenoot, en zorgprofessionals aanwezig waren, concludeerde de rechtbank dat de betrokkene ernstig nadeel ondervindt door haar psychische stoornis. Dit nadeel omvat ernstig lichamelijk letsel, psychische schade, verwaarlozing en maatschappelijke teloorgang.

De rechtbank oordeelde dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn, aangezien de betrokkene zich verzet tegen medicatie en geen depot wil accepteren zonder zorgmachtiging. De rechtbank heeft daarom een zorgmachtiging verleend voor de duur van tien maanden, tot en met 27 oktober 2024, en heeft de noodzakelijke vormen van verplichte zorg vastgesteld, waaronder het toedienen van medicatie en medische controles. De rechtbank heeft ook aangegeven dat er bij de volgende procedure, indien mogelijk, dezelfde rechter zal worden toegewezen.

De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de rechtbank heeft de machtiging vastgesteld tot en met 8 augustus 2025. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Zutphen
Zaaknummer: C/05/441557 / FZ RK 24-2309
Datum uitspraak: 8 oktober 2024
Beschikking zorgmachtiging
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen betrokkene,
wonend in [woonplaats] ,
advocaat mr. L.C. Bruggink-de Bruyn Kops te Ermelo.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 26 september 2024.
1.2.
De mondelinge behandeling met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 8 oktober 2024. Daarbij zijn gehoord:
  • betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
  • de echtgenoot van betrokkene;
  • dhr. [naam 1] , psychiater verbonden aan [de instelling] ;
  • dhr. [naam 2] , verpleegkundige verbonden aan [de instelling] .

2.Wat vaststaat

2.1.
De rechtbank heeft een zorgmachtiging verleend tot en met 27 oktober 2024.

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden te verlenen.

4.De beoordeling

4.1.
De rechtbank verleent de gevraagde machtiging voor de duur van tien maanden. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
4.2.
De rechtbank is van oordeel dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis. Betrokkene heeft namelijk schizofrenie van het paranoïde type. Daarnaast heeft zij een licht verstandelijke beperking. Betrokkene betwist die diagnose, maar de rechtbank vindt die diagnose wel voldoende onderbouwd en aannemelijk.
4.3.
Deze stoornis veroorzaakt ernstig nadeel. Dit nadeel bestaat uit:
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige psychische schade;
- ernstige verwaarlozing;
- maatschappelijke teloorgang.
4.4.
Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen zodat zij haar autonomie zoveel mogelijk herwint en om de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, heeft betrokkene zorg nodig.
4.5.
Er zijn geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis. Betrokkene wil geen medicatie; zij verzet zich tegen het depot. Zonder dit depot kan betrokkene echter mogelijk psychotisch decompenseren. Daarbij is door de psychiater ook toegelicht dat betrokkene geen medicatie voor haar diabetes wil. De samenwerking verloopt niet optimaal en het toedienen van het depot staat erg op de voorgrond van de behandeling en het behandelcontact. Betrokkene heeft verder aangegeven dat zij dat depot niet zal accepteren zonder een zorgmachtiging. Daarom is verplichte zorg nodig. De rechtbank is op grond van het zorgplan, de medische verklaring, de visie van de geneesheer-directeur en de toelichting tijdens de mondelinge behandeling van oordeel dat in ieder geval de volgende vormen van verplichte zorg nodig zijn:
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het verrichten van andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen.
4.6.
De advocaat van betrokkene heeft naar voren gebracht dat het maandelijkse depot voor betrokkene erg veel strijd oplevert. Daarom heeft zij bij de psychiater geopperd om te kijken naar alternatieve opties voor bijvoorbeeld een driemaandelijks depot. De rechtbank vindt die vraag terecht, gelet op de mate van weerstand die betrokkene heeft tegen het depot en het effect daarvan op zowel haar eigen gesteldheid als dat van haar echtgenoot in de aanloop naar dat depot. Hoewel de rechtbank de zorgaanbieder niet kan verplichten om de optie van een driemaandelijks depot te onderzoek, heeft de psychiater tijdens de mondelinge behandeling wel aangegeven hiernaar te zullen kijken. Daarnaast geeft de advocaat aan dat er in de medische verklaring wordt gerept over opgelopen brandwonden van betrokkene, terwijl dit incident dateert uit 2010. Ook heeft de advocaat van betrokkene namens haar verzocht om de termijn van de zorgmachtiging in te korten. De samenwerking met betrokkene was in het verleden namelijk erg goed. De behandeling van betrokkene duurt al meerdere jaren; een kortere termijn kan helpen om de samenwerking weer te verbeteren. De psychiater heeft daar tegenover gesteld dat er bij betrokkene veel ruis en onrust ontstaat naarmate de zorgmachtigingsprocedure nadert. De rechtbank vindt een termijn van tien maanden passend, omdat er met name in de samenwerking nog vooruitgang kan worden geboekt. Gelet op de mogelijke wisseling van het depot en de langdurige behandeling van betrokkene vindt de rechtbank het goed om na tien maanden opnieuw te beoordelen hoe het met haar gaat. Verder is tijdens de mondelinge behandeling besproken dat de rechtbank zal proberen om – indien mogelijk – bij de volgende procedure dezelfde rechter te sturen.
4.7.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.8.
De vormen van verplichte zorg die de rechtbank toewijst, zijn evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste vormen van zorg is rekening gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen en om te zorgen voor de veiligheid van betrokkene en zijn omgeving.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
verleent een zorgmachtiging voor [betrokkene] , geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] , inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen als genoemd in 4.5. kunnen worden getroffen;
5.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 8 augustus 2025.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 8 oktober 2024 door mr. T. Hermans, rechter, in aanwezigheid van L.L.J. Bergshoeff, griffier en op schrift gesteld op 9 oktober 2024.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.