ECLI:NL:RBGEL:2024:6733
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de standplaatsvergunning voor een snackkraam in Wilp met betrekking tot verkeersveiligheid en parkeerdruk
In deze uitspraak van de Rechtbank Gelderland, gedateerd 3 oktober 2024, wordt het beroep van eisers tegen de verleende standplaatsvergunning voor een snackkraam op een parkeerplaats in Wilp beoordeeld. De rechtbank oordeelt dat de standplaatsvergunning in stand blijft, ondanks eerdere voorlopige maatregelen die de exploitatie op zondagen hadden stopgezet. De rechtbank heeft de zaak behandeld na een eerdere tussenuitspraak waarin geconstateerd werd dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorst de aspecten verkeersveiligheid en parkeerdruk niet had betrokken in het bestreden besluit. Na de tussenuitspraak heeft het college een verkeerskundig advies laten opstellen en twee nadere vergunningvoorschriften aan de standplaatsvergunning verbonden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het college in redelijkheid heeft kunnen concluderen dat er geen verkeersonveilige situaties of parkeeroverlast te verwachten zijn. Tijdens een descente op de locatie heeft de rechtbank geconstateerd dat de snackkraam het uitzicht voor het verkeer niet belemmert en dat er voldoende parkeergelegenheid beschikbaar is. De rechtbank heeft de argumenten van eisers, die stelden dat het verkeerskundig advies niet deskundig was en dat de vergunningvoorschriften onduidelijk waren, verworpen. De rechtbank concludeert dat het college het geconstateerde gebrek heeft hersteld en dat de standplaatsvergunning in stand blijft. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen daarvan in stand, en draagt het college op het griffierecht en de proceskosten aan eisers te vergoeden.