In een kort geding heeft de Rechtbank Gelderland op 26 augustus 2024 uitspraak gedaan in de zaak tussen de Gemeente Bodegraven-Reeuwijk en een gedaagde partij. De gemeente vorderde een verbod op het in de openbaarheid brengen van uitlatingen over een vermeend satanisch-pedofiel netwerk in de gemeente. De gedaagde had op sociale media berichten geplaatst waarin zij de uitlatingen van een eerdere getuige herhaalde, ondanks eerdere veroordelingen van deze getuige en zijn medestanders. De rechtbank oordeelde dat de uitlatingen van de gedaagde onrechtmatig zijn, omdat zij geen bewijs voor haar beschuldigingen kon leveren en deze uitlatingen ernstige schade toebrengen aan de gemeente en haar inwoners. De rechtbank verbood de gedaagde om uitlatingen te doen die personen met naam aanduiden als pleger, slachtoffer, getuige of verhuller van satanisch-pedofiele misdrijven en legde een dwangsom op voor elke overtreding van dit verbod. Tevens werd de gedaagde veroordeeld tot betaling van de proceskosten.