Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
“Ik hoef kleine controle doen kijke als niets ernstig kapot is ofsow dan ik koop hem 100 procent”
3.Het geschil in conventie
alsmede [gedaagde in conventie] zal veroordelen in de proceskosten en de nakosten.
4.De vordering in voorwaardelijke reconventie
5.De beoordeling in conventie
“Er is niks mis met die auto”is, anders dan [eiser in conventie] heeft betoogd, niet van dien aard dat [eiser in conventie] deze opmerking had mogen beschouwen als een toezegging of garantie dat de auto in goede staat verkeerde en dat zonder problemen met de auto kon worden gereden. Dit geldt temeer omdat [gedaagde in conventie] de opmerking heeft gemaakt voordat de monteur van [bedrijfsnaam 1] de door hem geconstateerde gebreken aan partijen heeft gemeld. De conclusie is dan ook dat [eiser in conventie] gelet op voormelde omstandigheden had behoren te twijfelen of de auto wel de eigenschappen bezat die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn. Door de auto niet nader te laten onderzoeken heeft [eiser in conventie] het risico aanvaard dat de auto gebreken zou gaan vertonen. [eiser in conventie] kan zich derhalve niet met succes op de non-conformiteit van de auto beroepen. De primaire vordering zal daarom worden afgewezen.
“Er is niks mis met die auto”. Gelet op de hiervoor onder rechtsoverweging 5.5. vermelde omstandigheden had [eiser in conventie] niet enkel mogen afgaan op deze algemene mededeling en had het op de weg van [eiser in conventie] gelegen nader onderzoek te doen naar de geschiktheid van de auto. Omdat hij dit heeft nagelaten, behoort de gestelde dwaling op grond van artikel 6:228 lid 2 BW voor zijn rekening te blijven. Zijn beroep op dwaling gaat niet op.