Uitspraak
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2] , VENNOOT VAN DE [bedrijf 1] .,
[gedaagde 3],
[gedaagde 4],
[gedaagde 5],
1.De procedure
- de akte van [eiser]
- de akte van [gedaagden] .
2.De verdere beoordeling
“De kern van deze zaak komt neer op de vraag of [eiser] de vier kasopnames van in totaal € 36.000,- heeft gedaan. Indien dit niet vaststaat, zijn de vorderingen van [eiser] in beginsel toewijsbaar en die van [gedaagden] . niet. Indien dit wel vast staat, zijn de vorderingen van [eiser] niet toewijsbaar en die van [gedaagden] . wel.”Omdat [gedaagden] . geen gebruik heeft gemaakt van de aan hem in voornoemd tussenvonnis gegeven mogelijkheid bewijs te leveren, kan niet komen vast te staan dat [eiser] een totaalbedrag van € 36.000,00 heeft opgenomen en faalt daarmee het door [gedaagden] . gevoerde verweer.