ECLI:NL:RBGEL:2024:5297
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake rijgeschiktheid en alcoholmisbruik
Op 2 augustus 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, die al acht maanden niet over een geldig rijbewijs beschikt, heeft een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening te treffen, zodat hij weer over een verklaring van geschiktheid zou kunnen beschikken. De voorzieningenrechter heeft het verzoek behandeld in aanwezigheid van de gemachtigde van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR).
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat verzoeker een voorgeschiedenis van alcoholmisbruik heeft en dat uit een laboratoriumonderzoek op 6 april 2024 een verhoogde CDT-waarde in zijn bloed is gebleken. Dit, in combinatie met een verhoogde THC-COOH-waarde, heeft geleid tot de conclusie dat verzoeker niet rijgeschikt is. Ondanks het belang van verzoeker bij het verkrijgen van zijn rijbewijs, heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat dit belang niet opweegt tegen de verkeersveiligheid.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat het bezwaarschrift van verzoeker naar verwachting geen redelijke kans van slagen heeft. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.