ECLI:NL:RBGEL:2024:5154
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de noodzaak van een natuurvergunning voor een melkveehouderij in het kader van intern salderen en stikstofdepositie
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Gelderland het beroep van eisers tegen het besluit van het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland, waarin is besloten dat voor de wijziging van een melkveehouderij geen natuurvergunning nodig is. De rechtbank behandelt het beroep op 11 juni 2024, waarbij de gemachtigden van beide partijen aanwezig zijn. De aanvrager van de natuurvergunning heeft een melkveebedrijf in [plaats 2] en heeft een vergunning aangevraagd voor uitbreiding van de diercapaciteit. Het college heeft op 16 juni 2022 besloten dat voor het project geen natuurvergunning vereist is, omdat intern wordt gesaldeerd. De rechtbank oordeelt dat het beroep gegrond is, omdat het college ten onrechte heeft aangenomen dat intern salderen mogelijk is zonder een passende beoordeling. De rechtbank wijst op de onzekerheid over de emissiefactoren en de noodzaak van een natuurvergunning voor projecten die significante gevolgen kunnen hebben voor Natura 2000-gebieden. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt het college op om een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak. Tevens wordt het college veroordeeld tot vergoeding van griffierecht en proceskosten aan eisers.