ECLI:NL:RBGEL:2024:4957
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de toekenning van huishoudelijke hulp op basis van de Wmo 2015
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Gelderland het beroep van eiser tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn, waarbij aan eiser een maatwerkvoorziening Huishoudelijke Hulp is toegekend op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Eiser had bezwaar gemaakt tegen de indicatie van 3,5 uur per week, die was vastgesteld op basis van zijn ondersteuningsbehoefte. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 10 juli 2024, waarbij eiser en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigde van het college.
Eiser, die lijdt aan verschillende medische aandoeningen, waaronder een verzamelstoornis en narcolepsie, ontving al geruime tijd ondersteuning bij het schoonmaken van zijn woning. Het college had eerder een indicatie van 4,5 uur per week toegekend, maar dit werd herzien naar 3,5 uur per week. Eiser betwistte de toereikendheid van deze indicatie en stelde dat hij niet in staat was om de lichtere huishoudelijke taken te verrichten, zoals door het college werd aangenomen.
De rechtbank oordeelde dat het college terecht had vastgesteld dat eiser in staat was om de lichtere taken in het huishouden te verrichten, zoals blijkt uit het medisch advies van de verzekeringsarts. Eiser had geen contra-expertise ingebracht om het tegendeel te bewijzen. De rechtbank concludeerde dat het college in redelijkheid had kunnen besluiten dat de toegekende uren voldoende waren om een schoon huis te realiseren. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, en hij kreeg geen griffierecht of proceskosten vergoed.