In deze civiele zaak tussen Viride Innovatie B.V. (hierna: Viride) en Holland Dredge Design B.V. (hierna: HDD) heeft de rechtbank Gelderland op 31 juli 2024 uitspraak gedaan. Viride vorderde betaling van HDD voor een drukvat dat zij in opdracht van HDD had gefabriceerd en geleverd. HDD had de factuur voor het drukvat niet betaald en voerde aan dat het drukvat niet conform de opdracht was opgeleverd, onder andere omdat de CE-markering ontbrak en er sprake zou zijn van gebreken aan de lasnaden. De rechtbank oordeelde dat het drukvat opgeleverd was, ondanks dat de CE-markering ontbrak, omdat HDD dit gebrek redelijkerwijs had moeten ontdekken bij de oplevering. De rechtbank wees de vordering van Viride tot betaling van € 42.281,03 toe, evenals de wettelijke handelsrente vanaf 21 april 2023. De vordering van HDD in reconventie, waarin HDD betaling vorderde voor herstelkosten van het drukvat, werd afgewezen. De rechtbank oordeelde dat HDD niet had aangetoond dat Viride aansprakelijk was voor de herstelkosten. Daarnaast werd HDD veroordeeld in de proceskosten en beslagkosten. Dit vonnis benadrukt de verantwoordelijkheden van partijen in een aannemingsovereenkomst en de voorwaarden waaronder aansprakelijkheid kan worden vastgesteld.