In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Gelderland, heeft de rechtbank op 19 april 2024 een tussentijdse beslissing genomen over een aanhoudingsverzoek van de verdediging. De verdachte, geboren in 1994 en momenteel gedetineerd, wordt bijgestaan door raadsvrouw mr. Y.A. Samseij. Op 5 april 2024 heeft zij een verzoek ingediend om de inhoudelijke behandeling, gepland op 8 mei 2024, aan te houden. De officier van justitie heeft zich echter verzet tegen dit verzoek. De rechtbank heeft op 10 april 2024 laten weten dat zij vooralsnog geen reden zag om het verzoek toe te wijzen, maar heeft wel een tussentijdse zitting gelast op 15 april 2024.
Tijdens deze zitting heeft mr. Samseij aangevoerd dat haar patroon, mr. E.G.S. Roethof, door de Raad van Discipline was geschorst, wat haar in een moeilijke positie plaatst als enige verdediger. De verdachte heeft aangegeven dat hij bij de inhoudelijke behandeling bijstand van zowel mr. Samseij als mr. Roethof wenst. De officier van justitie heeft echter betoogd dat mr. Samseij voldoende ervaring heeft en dat een aanhouding niet in het belang van de slachtoffers is.
De rechtbank heeft uiteindelijk geoordeeld dat, hoewel de schorsing van mr. Roethof een omstandigheid was waarmee rekening gehouden kon worden, het recht van de verdachte op rechtsbijstand door een advocaat naar keuze zwaarder weegt. De rechtbank heeft daarom het aanhoudingsverzoek toegewezen, wat betekent dat de zitting op 8 mei 2024 een pro forma-karakter zal krijgen. De rechtbank heeft de betrokken partijen verzocht om zo snel mogelijk een nieuwe datum voor de inhoudelijke behandeling vast te stellen.