ECLI:NL:RBGEL:2024:356

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
12 januari 2024
Publicatiedatum
24 januari 2024
Zaaknummer
10635221 \ CV EXPL 23-2080
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Consumentenkoop van een tweedehands auto met non-conformiteit en terugbetalingsvordering

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 12 januari 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en een gedaagde over de koop van een tweedehands auto. De eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde R. Yigitalp, vorderde ontbinding van de koopovereenkomst op basis van non-conformiteit, omdat de auto niet voldeed aan de verwachtingen die hij op grond van de overeenkomst mocht hebben. De gedaagde, vertegenwoordigd door mr. M.C. Molenaar, betwistte de vordering en stelde dat de auto, gezien de leeftijd en kilometerstand, aan de overeenkomst voldeed.

De procedure begon met een koopovereenkomst op 15 oktober 2022, waarbij de eiser een Volkswagen Golf Plus kocht voor € 9.000,00. Na de aankoop meldde de eiser verschillende mankementen, waaronder trillingen en geluiden, en verzocht om herstel. De gedaagde voerde aan dat de auto geen onveilige gebreken vertoonde en dat de klachten niet wezenlijk waren voor de verkeersveiligheid. De kantonrechter oordeelde dat de eiser niet had aangetoond dat de auto non-conform was en dat de gedaagde voldoende had gereageerd op de klachten.

De kantonrechter concludeerde dat de vorderingen van de eiser moesten worden afgewezen, omdat de auto voldeed aan de eisen van de koopovereenkomst. De eiser werd veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde werden vastgesteld op € 792,00, met een maximum van € 132,00 aan nakosten. Dit vonnis is openbaar uitgesproken en is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANKGELDERLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Nijmegen
Zaaknummer: 10635221 \ CV EXPL 23-2080
Vonnis van 12 januari 2024
in de zaak van
[eiser],
te [woonplaats] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser] ,
gemachtigde: R. Yigitalp,
tegen
[gedaagde],
te [vestigingsplaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
gemachtigde: mr. M.C. Molenaar.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het tussenvonnis van 1 september 2023.
1.2.
De zaak is mondeling behandeld op de zitting van 18 december 2023. Verschenen zijn [gedaagde] en [naam 1] (verkoopmedewerkster), bijgestaan door mr. Molenaar. [eiser] en zijn gemachtigde zijn, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen. De kantonrechter heeft ter zitting nog vruchteloos gepoogd telefonisch contact te krijgen met [eiser] en zijn gemachtigde. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van dat wat tijdens de zitting is besproken.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Op 15 oktober 2022 sluiten partijen een koopovereenkomst, waarbij [eiser] - na het maken van een proefrit - van [gedaagde] een Volkswagen Golf Plus Comfortline bruin, met kenteken [kenteken] , bouwjaar 2012 en kilometerstand 148.735 (hierna: de auto), koopt voor een bedrag van € 9.000,00.
2.2.
Op 27 oktober 2022 stuurt [eiser] een e-mail aan [gedaagde] waarin hij onder meer schrijft:
“(…) Helaas vertoont het voertuig niet de eigenschappen die ik op grond van de overeenkomst bij normaal gebruik mag verwachten. Vlak nadat ik de auto bij u heb opgehaald bleken de volgende mankementen aan het voertuig te zitten:
- Het voertuig trilt bij een snelheid van 70 km/h tot en met 130 km/h. getracht is om dit probleem op te lossen door de wielen te laten balanceren, doch tevergeefs. Alsmede is getracht om voornoemde probleem op te lossen door een nieuwe set banden met velgen te monteren, zonder resultaat. Tot slot is door een erkende autogarage het onderstel geanalyseerd. Ook dit heeft niet geleid tot de probleemoplossing.
- Op het moment dat het voertuig in stand ‘D’ wordt gezet en laat rollen, ontstaat er een storend grommend geluid.
- Het vliegwiel van de DSG-bak rammelt bij het uit laten rollen van het voertuig bij een snelheid van 15 km/h tot en met 20 km/h.
- De autoruit rechtsachter hapert. Het knopje dat normaliter ervoor zorgt om de autoruit te laten zakken, werkt tegenovergesteld en laat de autoruit juist omhoog trekken. Zo geldt ook andersom bij het omhoogtrekken, dat de autoruit juist zakt.
U heeft mij niet op de hoogte gesteld van deze mankementen en juist aangegeven dat het voertuig (perfect) in orde was. Wanneer ik had geweten dat er zoveel mis was geweest met het voertuig was ik nooit tot koop over gegaan.”
2.3.
Op 28 oktober 2022 reageert [gedaagde] als volgt:
“(…) Op 15 oktober 2022 hebt u samen met uw monteur een uitgebreide proefrit gemaakt. U en uw monteur hebben geen mankementen geconstateerd en u besloot de auto te kopen.
Naar aanleiding van uw brief hebben wij de volgende vragen:
- Bij welke autogarage en op welke datum is de auto geanalyseerd?
- Hoe komt u tot de conclusie dat het vliegwiel rammelt? Is dit vastgesteld door een autobedrijf? Zo ja, welk bedrijf en wanneer?
Wij hebben het volgende voorstel:
De auto kan bij ons gebracht worden, zodat wij de auto kunnen aanbieden voor een technisch onderzoek. Aan de hand van de uitslag van het onderzoek kunnen wij komen tot een juiste oplossing.
Wij verzoeken u de auto zo spoedig mogelijk te brengen.(…)”
2.4.
De gemachtigde van [eiser] stuurt diezelfde dag nog een e-mail aan [gedaagde] waarin hij onder meer schrijft:
“(…) Allereerst deel ik u mede dat cliënt het voertuig heeft laten analyseren bij Cento Auto Service, gevestigd aan de [adres] op 26 oktober 2022. De mankementen zijn eveneens door voornoemde autobedrijf geconstateerd.
Om te beginnen verschillen partijen in essentie van mening over het antwoord op de vraag of het voertuig aan de koopovereenkomst beantwoordt - gelet op het feit dat in uw schrijven van 28 oktober jl. naar voren komt dat cliënt met uw monteur een uitgebreide proefrit heeft gemaakt.(…)
Cliënt is bereid om de kwestie in der minne te regelen en het voertuig morgen op zaterdag 29 oktober 2022 bij uw autobedrijf af te leveren. Doch, indien het herstel van de mankementen enige tijd dan wel enkele dagen in beslag zou nemen, verzoekt cliënt in ieder geval voorzien te worden van een vervangend voertuig nu voornoemde feiten te wijten is aan uw autobedrijf.
Indien geen gehoor wordt gegeven aan onderhavig verzoek staat cliënt geen andere weg om de gesloten koopovereenkomst wegens (een onvoldoende weersproken) dwaling via een gerechtelijke procedure te vernietigen. Aangezien vernietiging terugwerkende kracht heeft, maakt dit dat cliënt en verkoper achteraf gezien over en weer zonder rechtsgrond en dus onverschuldigd hebben gepresteerd. Het gevolg hiervan is dat cliënt het voertuig teruggeeft en de verkoper de verkoopprijs moet terugbetalen.(…)”
2.5.
Op 29 oktober 2022 levert [eiser] de auto af bij [gedaagde] voor een technisch onderzoek. Hij krijgt een leenauto voor de tijd dat de auto in onderzoek is.
2.6.
Op 1 november 2022 stuurt de gemachtigde van [eiser] een e-mail aan [gedaagde] waarin hij schrijft dat hij uiterlijk 2 november 2022 terugkoppeling wil ontvangen over de gebreken aan de auto en dat, indien dat niet gebeurt, [eiser] zich zal beroepen op dwaling.
2.7.
[gedaagde] stuurt op 2 november 2023 de volgende e-mail aan de gemachtigde van [eiser] :
“(…) Wij willen eerst een correctie maken op uw brief van 28-10-2022.
U schrijft: ‘Dat cliënt een uitgebreide proefrit met uw monteur heeft gemaakt,…’
Uw cliënt heeft zelf een eigen monteur meegenomen, hem zodanig voorgesteld en met hem proefgereden, dus niet met onze monteur.
Op 29-10-2022 om 12.00 uur is uw cliënt met de VW Golf Plus [kenteken] , kilometerstand 151.655, bij ons langsgekomen.
Hij heeft de klacht uitgelegd en heeft van ons een leenauto meegekregen. Aan uw cliënt is aangegeven dat wij de auto gaan onderzoeken en zo snel mogelijk met een terugkoppeling komen.
(…)
Vanmorgen, 02-11-2022 om 10.00 uur, hadden wij een afspraak bij Volkswagen dealer Vallei Auto Groep.
De auto is technisch nagekeken en 37 km proefgereden. Het volgende is vastgelegd:
- Bijgeluid rond 10 km/h  Ranselend geluid. Dit is een bekend bijgeluid van DSG en is
constructief. Dit is een normaal verschijnsel (dus geen mankement).
Het bijgeluid wordt veroorzaakt door de werking van de tandwielen en is volkomen normaal bij dit type DSG. Ook bekend bij Importeur Pon.
Monteur(werkplaatschef) van Volkswagen Vallei Auto Groep is bereid om zijn diagnose en bevindingen toe te lichten.
- Trilling bij 70 – 120 km/h  Trilling in de aandrijving
- Uitgelezen  geen storing aanwezig.
Het diagnoseverslag wordt ons toegestuurd door Vallei Auto Groep.
De trilling die door uw cliënt is aangegeven is aanwezig en vastgesteld door de monteur van Vallei Auto Groep. De meest voorkomende en meest waarschijnlijke oorzaak is de aandrijfas. Deze kan onbalans veroorzaken, waardoor de auto gaat trillen. Vernieuwen van deze aandrijfsas zou kosten
€ 200,- ex BTW.
Het valt niet in de garantie, omdat deze klacht is ontstaan na verkoop, en gemeld na ruim 3.000 km.
De trilling is duidelijk waar te nemen door een leek en had dus zeker geconstateerd moeten zijn tijdens de uitgebreide proefrit van uw cliënt met zijn monteur op 15-10-2022. Ook gezien het feit dat uw cliënt, zoals hij zelf heeft aangegeven, erg kritisch is op geluiden en trillingen.
Zoals wij hebben aangegeven in onze e-mail van 28-10-2022 hebben wij zelf voor aflevering ook uitgebreid proefgereden met de auto en was er toen geen trilling aanwezig.
Wij vinden het uiteraard erg vervelend dat de trilling zo relatief kort na aanschaf is ontstaan en zullen dan ook ons uiterste beste doen om de auto na akkoord van uw cliënt zo snel mogelijk te herstellen.
Uw cliënt heeft ook aangegeven dat de bediening van het raam rechts achter tegenovergesteld werkt. Wij hebben dit gecontroleerd en de bediening functioneert naar behoren. Er is echter een beveiliging bij auto’s, dat wanneer er hogere weerstand wordt waargenomen, de auto het raam naar beneden laat zakken. De hogere weerstand wordt veroorzaakt door te veel vuil/stof/zand en/of vettigheid op het raam. Het is dus belangrijk dat de ramen te allen tijde schoon gehouden worden. Dit is ook mondeling aan uw cliënt aangegeven 29-10-2022.
Wij vinden het erg jammer dat uw cliënt direct een ingebrekestelling heeft laten opstellen en dreigt juridische stappen te ondernemen, terwijl wij juist altijd open hebben gestaan voor normale communicatie en zo nodig passende oplossingen.
De auto kan wat ons betreft per direct opgehaald worden, of kan na akkoord van uw cliënt gerepareerd worden. Reparatiekosten zijn hierboven vermeld.(…)”
2.8.
Op 4 november 2023 mailt [gedaagde] dat de aandrijfas aan de rechterkant (op verzoek van [eiser] ) is vernieuwd en dat het trillen minder is, maar nog niet weg. Daarnaast geeft zij te kennen dat ze ook de aandrijfas voor de linkerkant heeft besteld, maar dat deze nog niet geleverd is, waardoor de auto die dag nog niet kan worden opgehaald. Op 7 november 2022 laat [gedaagde] vervolgens weten aan [eiser] dat de auto is gerepareerd, dat er een proefrit is gemaakt en dat de auto op 8 november 2022 nog door Vallei Auto Groep zal worden gecontroleerd, waarna [eiser] de auto kan ophalen. [eiser] haalt de auto op 8 november 2022 op na betaling van een bedrag van € 242,00.
2.9.
Op 9 november 2022 geeft [eiser] aan [gedaagde] te kennen dat er nog steeds trillingen zijn en dat hij daarvoor een oplossing wil en dat hij anders het aankoopbedrag en de reparatiekosten terug wil krijgen. In overleg met [gedaagde] brengt [eiser] de auto de volgende dag weer terug naar [gedaagde] en maken partijen samen een proefrit. [gedaagde] mailt hierover het volgende aan de gemachtigde van [eiser] :
“Vandaag is cliënt met de auto bij ons geweest (kilometerstand 152.498).
Wij hebben samen proefgereden en er is een lichte onbalans aanwezig met zijn banden en velgen. Dit is mogelijk gevolg van het reeds gerepareerde onderdeel.
Bij ophalen 8-11-2022 van de auto is cliënt al gewaarschuwd dat deze kans aanwezig is.
Wij hebben diverse gebruikte velgensets geprobeerd, samen met cliënt.
Bij elke set gaf de auto een andere trilling.
Helaas hadden wij maar 1 set, waarbij de auto naar behoren reed en niet trilde.
Dit waren echter sportvelgen en rijden niet comfortabel genoeg voor cliënt.
We hebben cliënt geadviseerd NIEUWE stalen velgen en NIEUWE banden erop te leggen, zodat de auto meer comfort heeft.
We hebben hem ook uitgelegd dat ieder type band ander rijdt, afhankelijk van het profiel en kwaliteit.
Er is geen mankement geconstateerd aan de auto. We zijn daarom van mening dat wij de auto niet terug hoeven te nemen.
Wij zijn vandaag een halve dag kwijt om cliënt te helpen, terwijl wij dit niet verplicht zijn. Alsnog blijft hij driegen met juridische stappen en ontbinding.
Dit betreuren wij zeer.(…)”
2.10.
De gemachtigde van [eiser] laat op 11 november 2022 aan [gedaagde] per e-mail weten dan hij [gedaagde] zal dagvaarden indien zij niet aan haar verplichtingen voldoet dan wel partijen niet tot een minnelijke oplossing komen. Tevens stuurt hij een concept kortgedingdagvaarding mee.
2.11.
Op 16 november 2022 brengt [eiser] de auto bij [gedaagde] in verband met het repareren van schade aan het linker voorportier en de dorpel, waarbij [eiser] tevens verzoekt om de wielen te verwisselen. Partijen gaan vervolgens samen naar de Volkswagen dealer voor een beoordeling. De Volkswagen dealer adviseert om voor de onbalans/trilling die nog voelbaar is de wielen te optimaliseren door middel van force matching of ‘finish balanceren’. Op 22 november 2022 worden de wielen geoptimaliseerd door Van Essen Banden & Sierbestrating door middel van force matching en is de auto finish gebalanceerd. [eiser] betaalt hiervoor een bedrag van € 237,00.
2.12.
Hierna vindt correspondentie plaats tussen de (inmiddels ingeschakelde) gemachtigde van [gedaagde] en de gemachtigde van [eiser] .

3.Het geschil

3.1.
[eiser] vordert – samengevat – dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, de koopovereenkomst op basis van non-conformiteit ontbindt en [gedaagde] veroordeelt om uiterlijk binnen twee dagen na betekening van het te wijzen vonnis de aankoopprijs van € 9.000,00 en de reeds gemaakte kosten van € 679,00, inclusief de wettelijke rente hierover vanaf de dag van dagvaarding, aan [eiser] terug te betalen. Daarnaast vordert [eiser] dat [gedaagde] wordt veroordeeld tot betaling van de buitengerechtelijke kosten van € 998,25 en de proceskosten.
3.2.
Ter onderbouwing van zijn vordering stelt [eiser] dat de door hem gekocht auto niet aan de koopovereenkomst voldoet, omdat de auto trilt bij een snelheid tussen 70 en 130 kilometer per uur en het vliegwiel van de DSG-bak rammelt bij het uit laten rollen van de auto bij een snelheid van 15 tot en met 20 km per uur. [gedaagde] heeft diverse reparatiepogingen gedaan, maar de mankementen zijn daarmee niet opgelost. [eiser] wil de koopovereenkomst daarom (laten) ontbinden en het aankoopbedrag en de door hem betaalde reparatiekosten laten vergoeden door [gedaagde] .
3.3.
[gedaagde] voert verweer en concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [eiser] , dan wel tot afwijzing van de vorderingen van [eiser] , met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren de veroordeling van [eiser] in de kosten van deze procedure.
3.4.
[gedaagde] voert aan dat geen sprake is van non-conformiteit, gelet op de leeftijd van de auto, de kilometerstand en de prijs die [eiser] voor de auto heeft betaald. Bovendien leveren de door [eiser] gestelde gebreken geen gevaar voor de verkeersveiligheid op en zijn er geen voldoende ernstige problemen. Ontbinding van de koopovereenkomst is dan ook niet gerechtvaardigd, aldus [gedaagde] .
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter stelt voorop dat hij aan het niet verschijnen van [eiser] en zijn gemachtigde op de zitting gevolgen kan verbinden, ook in het nadeel van die partij. Hierbij neemt de kantonrechter tevens het volgende in aanmerking. [eiser] heeft zich vanaf het eerste moment dat hij mankementen aan de auto heeft geconstateerd erg juridisch opgesteld richting [gedaagde] . De gemachtigde van [eiser] heeft meteen gedreigd met een juridische procedure en heeft tot tweemaal toe (in november 2022 en in februari 2023) een concept dagvaarding toegestuurd aan [gedaagde] . Daarna is er geen contact meer geweest tussen partijen. Vervolgens heeft de gemachtigde van [eiser] pas in juni 2023 de dagvaarding in deze procedure aangebracht. De kantonrechter acht deze opstelling in de gegeven omstandigheden ongepast en bovendien onnodig. Niet is gebleken van een weigerachtige verkoper. Integendeel, [gedaagde] heeft steeds snel gereageerd op de e-mails en klachten van [eiser] , heeft hem iedere keer op klantvriendelijke wijze benaderd en is steeds naar oplossingen blijven zoeken.
4.2.
Kern van het geschil tussen partijen is of de door [eiser] van [gedaagde] gekochte auto non-conform is en of [eiser] recht heeft op terugbetaling van de aankoopsom. De kantonrechter beantwoordt beide vragen ontkennend en overweegt hierover als volgt.
4.3.
Het gaat hier om een consumentenkoop als bedoeld in artikel 7:5 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW). [eiser] heeft de auto als particulier gekocht van Hayatollah, die daarbij handelde in de uitoefening van zijn bedrijf [gedaagde] .
4.4.
Op grond van artikel 7:17 BW moet de auto aan de koopovereenkomst beantwoorden. Een zaak beantwoordt niet aan de overeenkomst indien zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoeft te betwijfelen (lid 2). De vraag of een zaak voldoet aan de conformiteitseis, moet worden beantwoord aan de hand van alle relevante omstandigheden van het geval.
4.5.
Bij de beoordeling of de auto beantwoordt aan de koopovereenkomst geldt de toestand van de auto ten tijde van de levering als uitgangspunt. Bij gebreken die na de levering aan het licht komen, dient daarom vastgesteld te worden of deze ten tijde van de levering reeds aanwezig waren. Stelplicht en bewijslast van de non-conformiteit van de auto rusten ingevolge de hoofdregel van artikel 150 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) op [eiser] . Bij een consumentenkoop geldt echter het wettelijk bewijsvermoeden van artikel 7:18 lid 2 BW. Van gebreken die binnen één jaar na de levering aan het licht komen, wordt vermoed dat deze het gevolg zijn van de toestand waarin de auto zich ten tijde van de levering bevond, tenzij feiten of omstandigheden zijn gesteld of gebleken die er op wijzen dat deze gebreken zijn ontstaan ná de levering van de auto dan wel het gevolg zijn van gebeurtenissen ná de levering.
4.6.
[gedaagde] was op grond van de koopovereenkomst verplicht om een auto te leveren die geschikt is voor normaal gebruik. In het geval een (tweedehands) auto wordt gekocht, waarvan de verkoper weet dat deze door de koper wordt gekocht om daarmee aan het verkeer deel te nemen, moet als regel worden aangenomen dat de auto niet beantwoordt aan de overeenkomst indien als gevolg van een daaraan klevend gebrek dat niet op eenvoudige wijze kan worden hersteld, zodanig gebruik van de auto gevaar voor de verkeersveiligheid zou opleveren (HR 15 april 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1338).
Daarnaast beantwoordt een gekochte auto niet aan de overeenkomst, indien op het moment van de aflevering sprake is van een gebrek dat weliswaar niet meebrengt dat deelname met de auto aan het verkeer direct na de aflevering gevaar voor de verkeersveiligheid oplevert, maar dat wel binnen zo korte tijd na de aflevering zo ernstige problemen met het gebruik van de auto veroorzaakt, dat op die grond gezegd moet worden dat de koper het gebrek niet behoefde te verwachten (zie: HR 11 juli 2008, LJN BD2410, NJ 2010/258).
4.7.
De te beantwoorden vraag is wat [eiser] van de geleverde auto mocht verwachten. Hierbij betrekt de kantonrechter de volgende omstandigheden. Geleverd is een tweedehands auto van 10 jaar oud, waarmee ten tijde van de koop 148.735 kilometer is gereden. Ook de hoogte van de prijs beïnvloedt de verwachtingen. In dit geval heeft [eiser] een bedrag van € 9.000,00 voor de auto betaald. [eiser] moet als koper van een dergelijke tweedehandsauto accepteren dat zich bepaalde gebreken ten gevolge van slijtage aan de auto kunnen voordoen. Zolang die gebreken er niet aan in de weg staan dat met de auto op een veilige manier aan het verkeer kan worden deelgenomen, is van non-conformiteit in beginsel geen sprake.
De kantonrechter is niet gebleken van feiten of omstandigheden die de conclusie kunnen dragen dat de trillingen of het rammelen van de DSG-bak een gebrek opleveren dat aan normaal gebruik als bedoeld in artikel 7:17 lid 2 BW in de weg staat, laat staan dat dit meebrengt dat gebruik van de auto een gevaar voor de verkeersveiligheid oplevert. [gedaagde] heeft, onder verwijzing naar de bevindingen van Vallei Auto Groep, onweersproken gesteld dat de trillingen en het rammelen behoren tot de constructieve eigenschappen van de auto. Dat [eiser] door de trillingen en het rammelen minder prettig rijdt, kan zo zijn, maar dat betekent niet dat sprake is van een onveilige auto of een gebrek dat ontbinding van de koopovereenkomst rechtvaardigt. In dit verband overweegt de kantonrechter nog het volgende. Uit de werkbon van 16 november 2022 (productie 15 bij antwoord) blijkt dat de kilometerstand van de auto op die datum 153.523 bedroeg. Dit betekent dat na levering van de auto [eiser] binnen één maand zo’n 4.788 kilometers heeft gereden met de auto. Uit dit gegeven volgt in ieder geval dat de auto normaal gebruikt kan worden. Tot slot heeft [gedaagde] onweersproken gesteld dat de trillingen op te lossen zijn door het monteren van sportvelgen, maar dat [eiser] dat niet wilde.
4.8.
Op basis van bovenstaande overwegingen concludeert de kantonrechter dat geen sprake is van non-conformiteit van de auto. Dit betekent dat hij de vordering van [eiser] zal afwijzen. De gevorderde buitengerechtelijke incassokosten komen ook niet voor toewijzing in aanmerking.
4.9.
[eiser] is de partij die ongelijk krijgt en hij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. De proceskosten aan de zijde van [gedaagde] worden tot dit vonnis vastgesteld op € 792,00 (2 punten x tarief van € 396,00). De nakosten worden begroot op een half salarispunt van het toegewezen salaris met een maximum van € 132,00.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vorderingen van [eiser] af;
5.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot dit vonnis vastgesteld op € 792,00 en € 132,00 aan kosten die na dit vonnis zullen ontstaan;
5.3.
verklaart dit vonnis wat betreft de onder 5.2. genoemde beslissing uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.D.R. Joppe en in het openbaar uitgesproken op
12 januari 2024.
51588 \ 41245