Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.De bewezenverklaring
in ieder geval in Nederland,een persoon, te weten [slachtoffer 1] , door een feitelijkheid heeft gedwongen tot het dulden van een ontuchtige handeling, door op onverhoedse wijze de borst
(en)van die [slachtoffer 1] vast te pakken/te betasten;
of omstreeks19 mei 2022 te Breda,
in ieder geval in Nederland,een persoon, te weten [slachtoffer 2] , door een feitelijkheid heeft gedwongen tot het dulden van een ontuchtige handeling, door op onverhoedse wijze de billen van die [slachtoffer 2] te betasten;
of omstreeks19 mei 2022 te Breda,
in ieder geval in Nederland,een persoon, te weten [slachtoffer 3] , door een feitelijkheid heeft gedwongen tot het dulden van een ontuchtige handeling, door op onverhoedse wijze de billen van die [slachtoffer 3] te betasten;
of omstreeksde periode van 11 april 2022 tot en met 15 april 2022 te Oirschot, in elk geval in Nederland, opzettelijk een andere militair, te weten [slachtoffer 4] , feitelijk heeft aangerand door tijdens een oefening op de Oirschotse heide , zonder vooraankondiging
en/of waarschuwing, met een vuurwapen (Colt C7), een zogenaamde blank af te vuren op (zeer) nabije afstand van die [slachtoffer 4] .
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
taakstraf van 160 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 80 dagen, met aftrek van het aantal uren ter zake van de tijd in inverzekeringstelling doorgebracht.
C.E.W. van de Sande, rechters, in tegenwoordigheid van L. Willems, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 10 juni 2024.