In deze uitspraak van de Rechtbank Gelderland, gedateerd 11 juni 2024, wordt het beroep van eisers tegen de afwijzing van hun verzoek om handhaving beoordeeld. Eisers stellen dat er bij een veehouderij meer dieren worden gehouden dan toegestaan volgens het bestemmingsplan, en dat dit leidt tot een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf. De rechtbank oordeelt echter dat het bestemmingsplan geen maximale aantallen dieren voorschrijft en dat er nog steeds sprake is van een grondgebonden agrarisch bedrijf. De door eisers aangehaalde norm van maximaal 2,5 grootvee-eenheden per hectare is niet van toepassing, aangezien deze norm niet in het bestemmingsplan is opgenomen en ook niet voortvloeit uit de Omgevingsverordening Gelderland of andere relevante regelgeving.
De rechtbank behandelt het beroep op basis van de beroepsgronden van eisers en concludeert dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heumen terecht het verzoek om handhaving heeft afgewezen. De rechtbank stelt vast dat er geen overtreding van het bestemmingsplan is, waardoor het college niet bevoegd is om handhavend op te treden. De uitspraak benadrukt dat de definitie van een grondgebonden agrarisch bedrijf in het bestemmingsplan niet een maximaal aantal grootvee-eenheden bevat, en dat de eisers geen rechtsmiddelen hebben ingesteld tegen eerdere vergunningen die aan de eigenaar van het perceel zijn verleend. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst de eisers op de mogelijkheid van hoger beroep.