Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
- i) binnen 14 dagen na dit vonnis aan te vangen met de werkzaamheden aan de woning van [eiser in de hoofdzaak] , bestaande uit het geheel verwijderen en het volledig opnieuw aanbrengen van een buitengevelisolatiesysteem conform de tussen partijen gesloten overeenkomst en met inachtneming van de daarvoor geldende richtlijnen van KOMO, het door Strikolith opgestelde projectadvies en de brochure van Strikolith BV en Geopietra Srl en de Technical Manual van Geopietra Srl, zodat de afgifte van een verzekerde garantie op die buitengevel mogelijk is, althans (subsidiair) zodanige werkzaamheden aan het buitengevelisolatiesysteem uit te voeren als de rechtbank in goede justitie geraden acht,
- ii) de onder (i) bedoelde werkzaamheden binnen 10 weken na aanvang van de bepaalde termijn te voltooien en het werk aan [eiser in de hoofdzaak] op te leveren,
- iii) bij oplevering van de onder (i) bedoelde werkzaamheden aan [eiser in de hoofdzaak] af te geven een garantiecertificaat van Stichting Gevelgarantie, waaruit blijkt dat voor het nieuwe buitengevelisolatiesysteem een verzekerde KOMO-garantie voor de duur van 10 jaar geldt waarop [eiser in de hoofdzaak] rechtstreeks jegens de verzekeraar aanspraak kan maken althans (subsidiair) een garantiecertificaat met een door de rechtbank in goede justitie te bepalen inhoud,
- iv) binnen 14 dagen na dit vonnis alle gebreken (zoals opgenomen in de akte vermeerdering van eis tevens in het geding brengen producties van 10 november 2023) te herstellen en bij oplevering te verstrekken de DoP-verklaring (Declaration of Performance, prestatieverklaring),
- v) aan [eiser in de hoofdzaak] een dwangsom te betalen van € 5.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet tijdig aan de onder (i) tot en met (iv) genoemde hoofdveroordelingen voldoet,
- vi) Van Swaay op grond van de tussen partijen gesloten overeenkomst gehouden was het werk op 30 november 2019 aan [eiser in de hoofdzaak] op te leveren,
- vii) de woning nog niet is opgeleverd,
- viii) Van Swaay vanaf 1 december 2019 de contractuele boete van € 263,08 per kalenderdag aan [eiser in de hoofdzaak] verschuldigd is
- ix) de verschuldigde contractuele boetes vanaf 1 december 2019 tot aan 1 mei 2021, te weten een bedrag van € 135.753,00,
- x) de verschuldigde contractuele boetes vanaf 1 mei 2021 tot aan de dag der oplevering,
- xi) een vergoeding voor gemaakte buitengerechtelijke kosten van € 925,00 te vermeerderen met btw,
- xii) de kosten van TBA van € 2.063,05 inclusief btw,
- xiii) de kosten van Van der Kleij van € 13.262,00 inclusief btw,
- xiv) de kosten van Bouwtechnologie RDA van € 683,65 inclusief btw,
- xv) de kosten van Parkstad van € 1.149,50 inclusief btw (zijnde 50%),
- xvi) voor zover de kosten van herstel van gebreken door de rechtbank disproportioneel worden geacht: een schadevergoeding, door de rechtbank in redelijkheid geschat,
- xvii) een vergoeding voor de kosten van deze procedure, waaronder nakosten,
- xviii) de onder (xi) tot en met xvii gevorderde bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente hierover indien de betaling niet binnen 14 dagen na betekening van het vonnis plaatsvindt.
4.De beoordeling
De nog onduidelijke impact en omvang van de gevelproblematiek is voor ons de reden de oplevering nog niet te zien zitten.”