Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
1.De procedure
2.De feiten
(...)
15 september 2020 zou terugtreden als bestuurder van 't Hartelaer en van de Stichting. Ook is tijdens deze vergadering besloten dat [naam 1] zou worden benoemd tot zelfstandig bevoegd bestuurder van 't Hartelaer en dat [naam 4] namens de Stichting twee nieuwe bestuurders voor de Stichting zou aanstellen.
5. Schadeloosstelling Hartelaar – ProRail
Deskundigen kosten inzake overeenkomst Pro Rail en Landgoed ’t Hartelaer BV” (productie 15 van [eiser] ). 't Hartelaer heeft deze factuur niet betaald.
Honorarium inzake werkzaamheden beveiliging particuliere spoorwegovergang Landgoed ’t Hartelaer B.V. conform overeenkomst (...) Pro Rail, 152 à € 125 per uur (...)” (productie 26 van 't Hartelaer).
(...)
3.Het geschil
1 januari 2023 voor een jaar verlengd. Omdat 't Hartelaer heeft geweigerd om [eiser] in de gelegenheid te stellen om de beheerovereenkomst uit te voeren, maakt zij jegens 't Hartelaer aanspraak op vervangende schadevergoeding. De schade is te stellen op het positief contractsbelang en dat is het bedrag van de door [eiser] te derven beheervergoeding over het jaar 2023. Deze is volgens de – in de bestuursvergadering van
13 december 2022 goedgekeurde – begroting van 2023 gesteld op € 47.500,00 inclusief btw. De beheerkosten van de maand januari 2023 zijn door 't Hartelaer betaald, zodat resteert een bedrag van € 40.618,42.
4.De beoordeling
(...)
- is deskundig, integer en onafhankelijk,
- verricht de werkzaamheden te goeder trouw, voortvarend, zorgvuldig en transparant,
- streeft naar objectieve oordeelsvorming,
- handelt betamelijk en met oog op de toekomst.
16 december 2022 mede ondertekend. Hij heeft daaraan voorafgaand ook namens 't Hartelaer onderhandeld met ProRail over de inhoud van de overeenkomst. Onderdeel van die overeenkomst was volgens [naam 1] een vergoeding van € 22.990,00 voor de werkzaamheden die [eiser] als deskundige voor 't Hartelaer had verricht. [eiser] had dus een direct – eigen – belang bij het tot stand komen van die overeenkomst.
€ 22.990,00 zal worden afgewezen.
5.De beslissing
24 januari 2024.