Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[verzoeker 1] ,
[verzoeker 2],
1.De procedure
- het aan de sector kanton van deze rechtbank gerichte verzoekschrift van 24 augustus 2023, met 17 producties;
- de oproepbrieven van 4 september 2023;
- het verweerschrift van 26 oktober 2023, met de producties 18a tot en met 27;
- de mondelinge behandeling van 6 november 2023 ten overstaan van de kantonrechter;
- de verwijzingsbeschikking van 6 december 2023;
- de oproepbrieven van 30 januari 2024;
- de mondelinge behandeling van 4 maart 2024, waar zijn verschenen:
- verzoekers, bijgestaan door mr. Visser voornoemd;
- namens verweerster, de heer [naam 1] , directeur, en de heer [naam 2] , kopersbegeleider;
- de brieven van 19 maart 2024 van de rechtbank;
- het e-mailbericht van 28 maart 2024 van de heer [naam 1] ;
- het e-mailbericht van 2 april 2024 van mr. Visser;
- de brieven van 19 april 2024 van de rechtbank;
- het e-mailbericht van 2 mei 2024 van de heer [naam 1] ;
- het e-mailbericht van 10 mei 2024 van mr. Visser.
2.De feiten
3.Het verzoek en de beoordeling
4.De beslissing
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,
- de deskundigen voor aanvang van de onderzoeken kennis dienen te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
- de deskundigen de onderzoeken pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dienen aan te vangen,
- de deskundigen het onderzoek onmiddellijk dienen te staken en contact dienen op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
- de deskundigen (de advocaat van) verzoekers en verweerster bij een onderzoek van een object ter plaatse gelegenheid dienen te bieden dit onderzoek bij te wonen; indien slechts één partij, althans niet alle partijen, bij het onderzoek van objecten ter plaatse aanwezig is of zijn, de deskundigen dit onderzoek niet mogen uitvoeren, tenzij alle partijen zijn uitgenodigd om bij dat onderzoek aanwezig te zijn, en dat uit het rapport moet blijken dat hieraan is voldaan,
- indien partijen bij het onderzoek van objecten ter plaatse aanwezig zijn geweest, uit het rapport moet blijken welke opmerkingen zij hebben gemaakt en welke verzoeken zij hebben gedaan, en hoe de deskundige(n) hierop heeft (hebben) gereageerd,
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundigen is gebaseerd,
- de deskundigen een concept van het rapport aan partijen moeten toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundigen opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundigen in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundigen daarop moeten vermelden,