Op 14 mei 2024 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, een verzoek tot wraking afgewezen. Het verzoeker, die betrokken was bij een kort geding tussen hem en Arag, stelde dat de rechter, mr. S.H. Bokx-Boom, zich had moeten verschonen vanwege zijn uitlatingen over de rechtbank en haar president. De procedure omvatte een mondelinge behandeling op 9 april 2024, gevolgd door een schriftelijke reactie van de rechter op 17 april 2024 en een verdere mondelinge behandeling op 22 april 2024. Tijdens deze behandelingen werd de grond voor het wrakingsverzoek besproken, waarbij verzoeker aanvoerde dat de rechter, als lid van het gerechtsbestuur, vooringenomenheid vertoonde.
De wrakingskamer oordeelde dat er geen objectieve aanwijzingen waren voor een schijn van vooringenomenheid. De rechter wordt geacht onpartijdig te zijn, en verzoeker had niet voldoende concrete omstandigheden aangevoerd die deze onpartijdigheid in twijfel zouden trekken. De wrakingskamer concludeerde dat de gestelde gronden voor wraking niet voldeden aan de zware toets die vereist is voor een succesvolle wraking. Het verzoek werd dan ook afgewezen, en tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.