ECLI:NL:RBGEL:2024:2967

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
17 mei 2024
Publicatiedatum
17 mei 2024
Zaaknummer
C/05/434734 / FA RK 24-1302
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing zorgmachtiging op basis van Wvggz wegens voldoende monitoring in vrijwillig kader

Op 8 mei 2024 heeft de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, een mondelinge uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek was ingediend door de officier van justitie voor een betrokkene die lijdt aan een bipolaire stoornis type 1. De mondelinge behandeling vond plaats bij de betrokkene thuis, waar hij werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. E.N. Mulder, en verschillende zorgprofessionals.

Tijdens de behandeling werd duidelijk dat de betrokkene recentelijk vrijwillig was opgenomen, maar inmiddels weer thuis verbleef en stabiel functioneerde. De advocaat van de betrokkene pleitte voor afwijzing van het verzoek, stellende dat de betrokkene zonder medicatie wilde functioneren en dat er voldoende monitoring plaatsvond door het FACT-team. De verpleegkundige van het FACT-team gaf aan dat er zorgen waren over de stabiliteit van de betrokkene, maar dat hij de laatste weken redelijk stabiel was.

De rechtbank oordeelde dat, hoewel er zorgen waren over de situatie van de betrokkene, deze voldoende kon worden gemonitord binnen een vrijwillig kader. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van ernstig nadeel en wees het verzoek om zorgmachtiging af. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter M.E. Allegro in aanwezigheid van griffier M.M. Verschuren en is op 17 mei 2024 schriftelijk vastgelegd.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK GELDERLAND
Familie- en jeugdrecht
Locatie Arnhem
Zaakgegevens: C/05/434734 / FA RK 24-1302
Datum mondelinge uitspraak: 8 mei 2024
Beschikking machtiging tot het verlenen van verplichte zorg Wvggz
naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
wonende en verblijvende te [woonplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. E.N. Mulder te Nijkerk.

1.Procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 17 april 2024.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 8 mei 2024, bij betrokkene thuis.
1.3.
Tijdens de mondelinge behandeling zijn gehoord:
betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
mevrouw [naam 1] , als maatschappelijk werker verbonden aan [de instelling] ;
mevrouw [naam 2] , als verpleegkundige i.o. verbonden aan [de instelling] ;
mevrouw [naam 3] , als ambulant begeleider van betrokkene verbonden aan [de instelling] .
1.4.
Omdat de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig vindt, is de officier van justitie niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling.

2.Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van een bipolaire stoornis type 1. Op [datum] is betrokkene een week op vrijwillige basis opgenomen geweest. Sindsdien verblijft hij thuis.
2.2.
De advocaat van betrokkene heeft naar voren gebracht dat betrokkene stabiel functioneert, goed in contact is met de hulpverlening en dat hij zonder zorgmachtiging wil functioneren. Betrokkene aanvaardt geen medicatie omdat antipsychotica zou leiden tot hersenschade. De advocaat verzoekt om afwijzing van het verzoek om een zorgmachtiging. Betrokkene kiest er bewust voor om zonder medicatie te leven en als het beeld ontregelt kan er worden ingegrepen met een crisismaatregel.
2.3.
De aanwezige verpleegkundige heeft toegelicht dat betrokkene de laatste drie weken redelijk stabiel is en dat hij zijn afspraken nakomt. Wel vindt zij het zorgelijk dat hij al twee maanden is gestopt met de medicatie en daarom monitort het FACT-team betrokkene. Het FACT-team ziet ernstig nadeel in de vorm van levensgevaar bij depressie en maatschappelijke teloorgang als betrokkene in een manie schiet. Omdat het evenwicht van betrokkene dun is acht het FACT-team een zorgmachtiging proportioneel om tijdig te kunnen ingrijpen.
2.4.
De rechtbank is van oordeel dat er momenteel sprake is van een precair stabiel beeld. Er zijn terecht zorgen vanuit het FACT-team maar betrokkene is vrijwillig in behandeling en komt afspraken na. Ook is er een plan van aanpak bij terugval. De rechtbank is daarom van oordeel dat er onvoldoende sprake is van ernstig nadeel omdat de situatie van betrokkene voldoende kan worden gemonitord door de ingeschakelde hulpverlening. De rechtbank wijst het verzoek daarom af.

3.Beslissing

De rechtbank:
3.1.
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 8 mei 2024 door mr. M.E. Allegro, rechter, in tegenwoordigheid van mr. M.M. Verschuren, griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 17 mei 2024.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING SECRETARIS!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING RECHTER!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR STEMPELS!
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.