ECLI:NL:RBGEL:2024:2804

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
8 mei 2024
Publicatiedatum
13 mei 2024
Zaaknummer
328068
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in zaak van diefstal met geweld en bedreiging

Op 8 mei 2024 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 50-jarige man uit Sprang-Capelle, die werd beschuldigd van medeplegen van diefstal met geweld en/of afpersing. De rechtbank sprak de verdachte vrij, omdat zijn rol in de zaak als onvoldoende gewichtiger werd beschouwd om van medeplegen te kunnen spreken. De verdachte had op 9 december 2023 samen met medeverdachten een meubelzaak in Tiel betreden, waar hij betrokken was bij een gewelddadige confrontatie met de winkelmedewerker, [slachtoffer 2]. De officier van justitie had een gevangenisstraf van tien maanden geëist, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen voor de tenlastegelegde feiten. De verklaringen van de aangevers waren inconsistent en niet voldoende onderbouwd door andere bewijsmiddelen, zoals camerabeelden. De rechtbank concludeerde dat de verdachte en zijn medeverdachten een bedreigende situatie hadden gecreëerd, maar dat er geen bewijs was voor de diefstal of afpersing. De vorderingen van de benadeelde partijen werden afgewezen, omdat de rechtbank niet tot een bewezenverklaring kwam. De vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling van de verdachte werd eveneens afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer: 05/328068-23
Datum uitspraak : 8 mei 2024
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1973 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres 1] , [postcode] te [woonplaats] .
raadsman: mr. H.J. Andel, advocaat in Rotterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op openbare terechtzittingen.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, tot nadere omschrijving van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 9 december 2023 te Tiel, in een meubelzaak (gelegen aan [adres 2] )
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
een portefeuille met inhoud(te weten ongeveer € 1.000,--), althans een hoeveelheid geld en/of een mobiele telefoon, met daarin een bankpas en/of een zorgpas en/of een rijbewijs)en/of (onderdelen van) meubels en/of de inhoud van een kluis en/of enig(e) ander(e) goede(ren) van zijn/hun gading, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, immers is/zijn heeft/hebben verdachte en/of zijn mededaders
-al dan niet opzettelijk dreigend/intimiderend zowel aan de voorzijde als aan de achterzijde voornoemd pand betreden en/of
-onder het uiten van bedreigingen en/of dreigende taal op die [slachtoffer 2] afgelopen en/of
-die [slachtoffer 2] meerdere malen, althans eenmaal, met kracht in/op het gezicht althans op/tegen het hoofd gestompt/geslagen en/of
-die [slachtoffer 2] in een stoel geduwd en/of gezet en/of
-opzettelijk dreigend en/of intimiderend om die [slachtoffer 2] gaan staan en/of anderszins op die [slachtoffer 2] ingedrongen en/of
-opzettelijk dreigend vlak voor die [slachtoffer 2] gaan zitten en/of
-(vervolgens)opzettelijk dreigend tegen die [slachtoffer 2] geschreeuwd/ geroepen, (zakelijk weergegeven) waar het geld en/of de kluis is/zijn en/of dat die [slachtoffer 2] de kluis moest openen en/of dat die [slachtoffer 2] wel zou weten waarvoor hij -verdachte- en/of zijn mededaders waren gekomen en/of
-opzettelijk dreigend en/of intimiderend, terwijl hij -verdachte- en/of (een van) zijn mededaders vlak voor die [slachtoffer 2] zat(en) (een) schijnbeweging(en) maakte(n) alsof die [slachtoffer 2] (wederom) stompen/klappen toegediend zou krijgen en/of
-tegen die [slachtoffer 2] geschreeuwd/geroepen (zakelijk weergegeven) waar de harddrive zich bevond, waarop de camerabeelden (van de in de winkel hangende camera's) worden opgeslagen;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 9 december 2023 te Tiel, in een meubelzaak (gelegen aan [adres 2] )
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om een portefeuille met inhoud(te weten ongeveer € 1.000,--), althans een hoeveelheid geld en/of een mobiele telefoon, met daarin een bankpas en/of een zorgpas en/of een rijbewijs)en/of (onderdelen van) meubels en/of de inhoud van een kluis en/of enig(e) ander(e) goede(ren) van zijn/hun gading, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen
en deze poging diefstal te doen voorafgaan, te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 2] , te plegen met het oogmerk om die voorgenomen diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en/of andere deelnemer(s) aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken,hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, immers is/zijn heeft/hebben verdachte en/of zijn mededaders
-al dan niet opzettelijk dreigend/intimiderend zowel aan de voorzijde als aan de achterzijde voornoemd pand betreden en/of
-onder het uiten van bedreigingen en/of dreigende taal op die [slachtoffer 2] afgelopen en/of
-die [slachtoffer 2] meerdere malen, althans eenmaal, met kracht in/op het gezicht althans op/tegen het hoofd gestompt/geslagen en/of
-die [slachtoffer 2] in een stoel geduwd en/of gezet en/of
-opzettelijk dreigend en/of intimiderend om die [slachtoffer 2] gaan staan en/of anderszins op die [slachtoffer 2] ingedrongen en/of
-opzettelijk dreigend vlak voor die [slachtoffer 2] gaan zitten en/of
-(vervolgens)opzettelijk dreigend tegen die [slachtoffer 2] geschreeuwd/geroepen, (zakelijk weergegeven) waar het geld en/of de kluis is/zijn en/of dat die [slachtoffer 2] de kluis moest openen en/of dat die [slachtoffer 2] wel zou weten waarvoor hij -verdachte- en/of zijn mededaders waren gekomen en/of
-opzettelijk dreigend en/of intimiderend, terwijl hij -verdachte- en/of (een van) zijn mededaders vlak voor die [slachtoffer 2] zat(en) (een) schijnbeweging(en) maakte(n) alsof die [slachtoffer 2] (wederom) stompen/klappen toegediend zou krijgen en/of
-tegen die [slachtoffer 2] geschreeuwd/geroepen (zakelijk weergegeven) waar de harddrive zich bevond, waarop de camerabeelden (van de in de winkel hangende camera's) worden opgeslagen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en/of
hij op of omstreeks 9 december 2023 te Tiel, in een meubelzaak (gelegen aan [adres 2] )
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld
[slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de afgifte van een portefeuille met inhoud(te weten ongeveer € 1.000,--), althans een hoeveelheid geld en/of een mobiele telefoon, met daarin een bankpas en/of een zorgpas en/of een rijbewijs)en/of (onderdelen van) meubels en/of de inhoud van een kluis en/of enig(e) ander(e) goede(ren) van zijn/hun gading, in elk geval enig goed,
dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of een derde toebehoorde(n), immers is/zijn heeft/hebben verdachte en/of zijn mededaders
-al dan niet opzettelijk dreigend/intimiderend zowel aan de voorzijde als aan de achterzijde voornoemd pand betreden en/of
-onder het uiten van bedreigingen en/of dreigende taal op die [slachtoffer 2] afgelopen en/of
-die [slachtoffer 2] meerdere malen, althans eenmaal, met kracht in/op het gezicht althans op/tegen het hoofd gestompt/geslagen en/of
-die [slachtoffer 2] in een stoel geduwd en/of gezet en/of
-opzettelijk dreigend en/of intimiderend om die [slachtoffer 2] gaan staan en/of anderszins op die [slachtoffer 2] ingedrongen en/of
-opzettelijk dreigend vlak voor die [slachtoffer 2] gaan zitten en/of
-(vervolgens)opzettelijk dreigend tegen die [slachtoffer 2] geschreeuwd/geroepen, (zakelijk weergegeven) waar het geld en/of de kluis is/zijn en/of dat die [slachtoffer 2] de kluis moest openen en/of dat die [slachtoffer 2] wel zou weten waarvoor hij -verdachte- en/of zijn mededaders waren gekomen en/of
-opzettelijk dreigend en/of intimiderend, terwijl hij -verdachte- en/of (een van) zijn mededaders vlak voor die [slachtoffer 2] zat(en) (een) schijnbeweging(en) maakte(n) alsof die [slachtoffer 2] (wederom) stompen/klappen toegediend zou krijgen en/of
-tegen die [slachtoffer 2] geschreeuwd/geroepen (zakelijk weergegeven) waar de harddrive zich bevond, waarop de camerabeelden (van de in de winkel hangende camera's) worden opgeslagen;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 9 december 2023 te Tiel, in een meubelzaak (gelegen aan [adres 2] )
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld
[slachtoffer 2] te dwingen tot de afgifte van een portefeuille met inhoud(te weten ongeveer € 1.000,--), althans een hoeveelheid geld en/of een mobiele telefoon, met daarin een bankpas en/of een zorgpas en/of een rijbewijs)en/of (onderdelen van) meubels en/of de inhoud van een kluis en/of enig(e) ander(e) goede(ren) van zijn/hun gading, in elk geval enig goed,
dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of een derde toebehoorde(n), immers is/zijn heeft/hebben verdachte en/of zijn mededaders
-al dan niet opzettelijk dreigend/intimiderend zowel aan de voorzijde als aan de achterzijde voornoemd pand betreden en/of
-onder het uiten van bedreigingen en/of dreigende taal op die [slachtoffer 2] afgelopen en/of
-die [slachtoffer 2] meerdere malen, althans eenmaal, met kracht in/op het gezicht althans op/tegen het hoofd gestompt/geslagen en/of
-die [slachtoffer 2] in een stoel geduwd en/of gezet en/of
-opzettelijk dreigend en/of intimiderend om die [slachtoffer 2] gaan staan en/of anderszins op die [slachtoffer 2] ingedrongen en/of
-opzettelijk dreigend vlak voor die [slachtoffer 2] gaan zitten en/of
-(vervolgens)opzettelijk dreigend tegen die [slachtoffer 2] geschreeuwd/geroepen, (zakelijk weergegeven) waar het geld en/of de kluis is/zijn en/of dat die [slachtoffer 2] de kluis moest openen en/of dat die [slachtoffer 2] wel zou weten waarvoor hij -verdachte- en/of zijn mededaders waren gekomen en/of
-opzettelijk dreigend en/of intimiderend, terwijl hij -verdachte- en/of (een van) zijn mededaders vlak voor die [slachtoffer 2] zat(en) (een) schijnbeweging(en) maakte(n) alsof die [slachtoffer 2] (wederom) stompen/klappen toegediend zou krijgen en/of
-tegen die [slachtoffer 2] geschreeuwd/geroepen (zakelijk weergegeven) waar de harddrive zich bevond, waarop de camerabeelden (van de in de winkel hangende camera's) worden opgeslagen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

2.De standpunten

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het primair ten laste gelegde feit, te weten diefstal met geweld en/of bedreiging met geweld, gepleegd door twee of meer verenigde personen, wettig en overtuigend bewezen kan worden. Zij heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van tien maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar en met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft gezeten. Tijdens de proeftijd zouden de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering opgelegd moeten worden, te weten: een meldplicht bij Reclassering Nederland en een ambulante behandeling in forensisch psychiatrisch centrum Fivoor, of een soortgelijke zorgverlener. Ook vraagt de officier van justitie om oplegging van een contactverbod met [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] en een locatieverbod voor de [meubelzaak] . Daarnaast vordert de officier van justitie een herroeping van een gedeelte van de voorwaardelijke invrijheidstelling van verdachte voor de duur van 180 dagen.
De verdediging heeft vrijspraak gepleit.

3.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

De rechtbank dient te beoordelen of verdachte, al dan niet in vereniging, goederen toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] heeft weggenomen of dat hij [slachtoffer 2] door geweld of dreiging met geweld heeft gedwongen tot het afgeven van goederen of dat verdachte heeft gepoogd om [slachtoffer 2] door geweld of dreiging met geweld te dwingen tot afgifte van een of meer goederen. De rechtbank is met de verdediging van oordeel dat aangevers [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] wisselend hebben verklaard, niet alleen ten opzichte van elkaar, maar ook hun verklaringen in onderlinge samenhang beschouwd. Delen van hun verklaringen worden niet door de overige stukken uit het dossier ondersteund. De vraag rijst in hoeverre deze verklaringen betrouwbaar zijn. De rechtbank heeft bij die beoordeling daarom vooral acht geslagen op de uitwerkingen van de camerabeelden.
Uit de stukken die zich in het procesdossier bevinden concludeert de rechtbank dat verdachte samen met medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en de andere aanwezige mannen op 9 december 2023 bij de meubelzaak heeft afgesproken om de confrontatie met [slachtoffer 1] te zoeken, althans hem te spreken. Zo heeft verdachte bij de politie verklaard dat ze met vijf man naar hem (
de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 1]) toe zijn gereden. Zij zagen namelijk bij POW-nieuws dat hij iemand sloeg. Dat is op tv geweest. Dus verdachte dacht: ik neem wat jongens mee. Zij waren dus met vijf personen. Eentje is hier (
de rechtbank begrijpt: op het politiebureau) nu ook bij verdachte, [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] . Die andere drie waren mee maar daar wil verdachte de namen niet van noemen, deze zitten niet vast.
Verdachte heeft op 12 december 2023 bij de rechter-commissaris verklaard dat ze met vijf man naar binnen liepen, van verschillende partijen. Verdachte is alleen met [medeverdachte 3] gekomen, zij bemiddelen met mensen die geld tegoed hebben. Op een vraag van de rechter-commissaris antwoordt verdachte dat het in totaal vijf personen waren. Die drie andere mensen zijn mee naar binnen gelopen en snel weer weggegaan. De reden dat ze met meerdere personen kwamen was omdat ze Powned hebben gezien waarop hij (
de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 1]) zomaar op iemand begon in te slaan.
[verbalisant 1] heeft de camerabeelden van de winkel uitgekeken. In het proces-verbaal worden onder andere de volgende personen beschreven. Man 1 is [naam] , man 2 is verdachte, man 3 is medeverdachte [medeverdachte 2] , man 5 is herkend als zijnde medeverdachte [medeverdachte 1] en man 6 is de winkelmedewerker ( [slachtoffer 2] ). Verbalisant zag op de beelden “Channel 8 camera binnen deels zicht op de voordeur en voorzijde winkelpand” en “Channel 1 camera binnen zicht op voordeur winkelpand” dat op zaterdag 9 december 2023 omstreeks 10:17 uur vier mannen de winkel betraden. In tegengestelde richting van deze mannen zag verbalisant [medeverdachte 1] . Verbalisant hoorde [medeverdachte 1] zeggen “Hij is onderweg hierheen” en hoorde een andere man zeggen “oké”. De voorste persoon was man 1. Verbalisant zag op de beelden “Channel 2 camera binnen achter in de winkel” dat de winkelmedewerker de ruimte in kwam lopen en een telefoon in zijn linkerhand droeg en dat [medeverdachte 1] op deze winkelmedewerker af liep. Verbalisant zag dat vier andere mannen achter [medeverdachte 1] aanliepen. [medeverdachte 1] gebruikte met zijn beide armen geweld tegen de winkelmedewerker waarop de winkelmedewerker ten val kwam tegen de daar aanwezige tafel. Verbalisant hoorde [medeverdachte 1] diverse malen tegen de winkelmedewerker zeggen “telefoon hier, telefoon hier”. Verbalisant hoorde dat er iets op de grond viel. Verbalisant zag dat man 1 bukte en weer omhoog kwam en een telefoon in zijn linkerhand had en wees naar een stoel aan de eettafel. De winkelmedewerker ging op deze stoel zitten. Op enig moment ging verdachte tegenover [slachtoffer 2] zitten en boog hij naar voren in de richting van [slachtoffer 2] . De verbalisant zag dat verdachte zijn pet afzette, die op tafel legde en dat hij zei: “Jongen luister eens, voor je eigen veiligheid, luister, goed luisteren naar mij. Luisteren, ik weet dat jij overal aan mee werkt he, ik weet dat he. Die “school” staat ook op jouw schouders he, kanker flappie. Kanker “vleugel” hoer dat je d’r bent”. Verbalisant zag dat verdachte zijn beide handen richting het hoofd van [slachtoffer 2] uitstak en daarna weer terug naar achter deed. Ik zag door de beweging van het lichaam van [slachtoffer 2] dat hij schrok en met zijn armen richting zijn borst ging. Verbalisant hoorde dat [slachtoffer 2] zei: “lk weet niet waar het over gaat jongen” en dat verdachte zei: “Jij weet heel goed waar het over gaat, luister naar mij. Is hij onderweg hierheen”. [slachtoffer 2] zei: “Hij is onderweg hierheen, zeker 10 minuten geleden gebeld”.
Uit een aanvullend proces-verbaal van [verbalisant 2] volgt dat verdachte het op de beelden niet heeft over een “school” maar over een “schuld” die ook op de schouders van [slachtoffer 2] staat. Ook volgt uit dit proces-verbaal dat [slachtoffer 1] aangeeft dat het vermoedelijk zo is dat er niet is gevraagd naar de kluis, maar naar de recorder.
De rechtbank is van oordeel dat man 1 zich de telefoon met enkele pasjes wederrechtelijk heeft toegeëigend door het oppakken van die telefoon en het vervolgens niet teruggeven daarvan. De diefstal van deze telefoon met pasjes is daarmee voltooid. De rechtbank is daarnaast van oordeel dat er daarbij sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking tussen [medeverdachte 1] en man 1. Naar het oordeel van de rechtbank is er in het dossier onvoldoende wettig bewijs aanwezig om ook verdachte als medepleger van die diefstal met geweld aan te merken. Hoewel uit de bewijsstukken in het dossier, in het bijzonder de beelden, blijkt dat verdachte – anders dan hij zelf verklaart – naast [medeverdachte 2] weldegelijk [medeverdachte 1] en de andere aanwezige mannen kende en met hen op 9 december 2023 bij de meubelzaak heeft afgesproken om de confrontatie met [slachtoffer 1] te zoeken, althans hem te spreken, blijkt niet dat verdachte met hen heeft samengewerkt om de telefoon te stelen. De rechtbank acht de rol van verdachte van onvoldoende gewicht om van medeplegen te spreken. Verdachte staat erbij en maant [medeverdachte 1] tot rust, nadat [medeverdachte 1] [slachtoffer 2] heeft geslagen en de telefoon op de grond valt. Daarmee kan hem geen rol worden toegekend ten aanzien van de diefstal van de telefoon.
Verder is de rechtbank van oordeel dat het dossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs bevat dat er een portemonnee, een geldbedrag, een inhoud van een kluis of overige goederen zijn weggenomen, dat dit geprobeerd is, noch dat dit de intentie van verdachte en/of medeverdachten was. De verklaringen van aangevers [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] worden op deze onderdelen niet door andere bewijsmiddelen, waaronder de (uitwerking van de) camerabeelden, ondersteund. Zo blijkt bijvoorbeeld uit het aanvullend proces-verbaal van [verbalisant 2] dat vermoedelijk niet wordt gevraagd naar een kluis, maar naar een recorder. Ook uit de uitwerking van de beelden blijkt verder niet dat er op enig moment over een kluis of geld is gesproken.
Evenmin volgt naar het oordeel van de rechtbank uit het procesdossier dat verdachte (al dan niet tezamen met medeverdachten en al dan niet in voorwaardelijke zin) de intentie had of gepoogd heeft om [slachtoffer 1] of [slachtoffer 2] af te persen door hen tot afgifte van een portemonnee, een geldbedrag, een inhoud van een kluis of overige goederen te dwingen. Uit het dossier volgt veeleer dat verdachte en medeverdachten bij de meubelzaak samengekomen waren en de intentie hadden om de confrontatie met [slachtoffer 1] te zoeken, althans met hem te spreken.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte en medeverdachten een intimiderende en bedreigende situatie hebben gecreëerd, waarbij door [medeverdachte 1] ook fysiek geweld is gebruikt. Dit heeft ongetwijfeld impact gehad op aangevers. Verdachte heeft zich daarenboven bijzonder rottig gedragen door tegenover [slachtoffer 2] te gaan zitten en de hierboven opgenomen uitspraken te doen. Ook deze uitspraken zijn – zeker gelet op de omstandigheden waarbinnen ze zijn gedaan – zonder meer als bedreigend en intimiderend te kwalificeren. De verklaring van verdachte dat hij aangever [slachtoffer 2] hiermee probeerde te beschermen of hem hiermee ‘gered’ heeft, acht de rechtbank ongeloofwaardig en wordt weersproken door de uitwerking van de camerabeelden.
Het gaat echter om een beoordeling van de aan verdachte ten laste gelegde feiten. En nu er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voor die feiten is, zal de rechtbank verdachte daarvan vrijspreken.

4.De beoordeling van de civiele vorderingen

[slachtoffer 1]
De benadeelde partij [slachtoffer 1] heeft in verband met de ten laste gelegde feiten een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 25.800,87 aan materiële schade en € 20.000,00 aan smartengeld, allebei vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Overweging van de rechtbank
Nu de rechtbank niet tot een bewezenverklaring komt, zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering.
[slachtoffer 2]
De benadeelde partij [slachtoffer 2] heeft in verband met de ten laste gelegde feiten een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 75,80 aan materiële schade (identiteitsbewijs) en € 6.000,00 aan smartengeld, allebei vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Overweging van de rechtbank
Nu de rechtbank niet tot een bewezenverklaring komt, zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering.

5.De vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling

(parketnummer 02-057035-18)

Het Crown Court te Northampton (Verenigd Koninkrijk) heeft verdachte op 10 april 2017 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 17 jaar. Bij erkenningsbeslissing van 21 maart 2018 is deze beslissing overgenomen door de Minister voor Rechtsbescherming, met dien verstande dat de oplegde straf is aangepast naar een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 8 jaar. Op 20 februari 2022 is verdachte voorwaardelijk in vrijheid gesteld, waarbij als algemene voorwaarde is gesteld dat verdachte zich tijdens de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit. De duur van de periode van voorlopige invrijheidsstelling bedraagt 974 dagen.
De officier van justitie heeft een vordering ingediend tot herroeping van de voorlopige invrijheidsstelling voor een periode van 180 dagen.
Nu de rechtbank niet tot een bewezenverklaring komt, zal de vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling worden afgewezen.

6.De beslissing

De rechtbank:
 spreekt verdachte vrij van het tenlastegelegde;
 verklaart de benadeelde partijen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk in de vordering;
 bepaalt dat de benadeelde partijen en de verdachte ieder hun eigen kosten dragen;
 heft op het reeds geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.
 wijst af de vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling (02-057035-18).
Dit vonnis is gewezen door mr. A. Bril, voorzitter, mr. M.J. Ouweneel en mr. T.M.A. Arts, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E. Wisseborn, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 8 mei 2024.
Mr. A. Bril is buiten staat mede te ondertekenen.