ECLI:NL:RBGEL:2024:2457

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
16 april 2024
Publicatiedatum
25 april 2024
Zaaknummer
434289
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) in een situatie van psychische stoornis

Op 16 april 2024 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen een beschikking gegeven in een zaak betreffende de verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De zaak betreft een verzoek van de officier van justitie tot het verlenen van verplichte zorg aan een betrokkene die lijdt aan een psychische stoornis, specifiek een psychotische depressie met katatone kenmerken. De betrokkene, die op dat moment in een crisismaatregel verbleef, had eerder medicatie stopgezet, wat leidde tot een verergering van haar toestand. Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de betrokkene zelf, haar echtgenoot, en zorgprofessionals van GGNet.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en dat de betrokkene zorg nodig heeft om ernstig nadeel, zoals levensgevaar en ernstige psychische schade, te voorkomen. De rechtbank oordeelde dat de voorgestelde verplichte zorg noodzakelijk en evenredig is, en dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar zijn. De zorgmachtiging werd verleend voor de duur van zes maanden, met de mogelijkheid tot verdere behandeling in een vrijwillig kader in de toekomst.

De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter M.E. Allegro, in tegenwoordigheid van griffier M.M. Verschuren. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK GELDERLAND
Familie- en jeugdrecht
Zittingsplaats: Zutphen
Zaakgegevens: C/05/434289 FZ RK 24-883
Datum mondelinge uitspraak: 16 april 2024
Beschikking machtiging tot het verlenen van verplichte zorg Wvggz
naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
verblijfplaats: GGNet, [locatie] te Apeldoorn,
op grond van een voortgezette crisismaatregel, geldend tot en met 8 april 2024,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. M. Meijer te Apeldoorn.

1.Procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 8 april 2024.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 16 april 2024, in de accommodatie van GGNet aan de [locatie] te Apeldoorn.
1.3.
Tijdens de mondelinge behandeling zijn gehoord:
betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
de heer [naam 1] , echtgenoot van betrokkene;
de heer P. Naarding, als psychiater verbonden aan GGNet;
de heer [naam 2] , als arts-assistent verbonden aan GGNet;
de heer [naam 3] , als verpleegkundige verbonden aan GGNet.
1.4.
Omdat de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig vindt, is de officier van justitie niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling.

2.Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van een psychotische depressie met katatone kenmerken geluxeerd door het stoppen met medicatie eind 2023. Met behulp van medicatie is het psychotisch depressieve beeld in remissie.
2.2.
Het gedrag dat uit de stoornis voortvloeit, leidt tot het bestaan van of het aanzienlijk risico op ernstig nadeel, gelegen in:
levensgevaar;
ernstig lichamelijk letsel;
ernstige psychische schade;
maatschappelijke teloorgang.
2.3.
Om het ernstig nadeel af te wenden, heeft betrokkene zorg nodig.
2.4.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De advocaat heeft namens betrokkene verzocht om de machtiging af te wijzen. Betrokkene wil naar huis en in een vrijwillig kader verder behandeld worden. De aanwezige arts-assistent heeft toegelicht dat er een pril evenwicht is bereikt met behulp van de medicatie die op zich goed lijkt aan te slaan. Het evenwicht is nog te kwetsbaar en de inname van medicatie is nog een discussiepunt. Om die reden is verplichte zorg nodig. Wel is het uitgangspunt dat betrokkene uiteindelijk weer naar huis gaat, in kleine stappen.
2.5.
De rechtbank is van oordeel dat de in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg en de daarbij aangegeven duur noodzakelijk zijn, mede gelet op het zorgplan, de medische verklaring en het advies van de geneesheer-directeur. Deze vormen van zorg bestaan uit:
het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische behandelmaatregelen;
het beperken van de bewegingsvrijheid;
het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
het opnemen in een accommodatie;
alle voor de duur van zes maanden.
De zorgvormen over het toedienen van vocht en voeding wijst de rechtbank af omdat deze zorgvormen niet nodig zijn.
2.6.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. Ambulante behandeling vanuit de thuissituatie is nog niet mogelijk omdat het bereikte evenwicht nog te kwetsbaar is en betrokkene vanuit haar stoornis argwaan heeft tegen de medicatie. Weliswaar gaat de behandeling de goede kant op, maar er is meer tijd nodig voor een stabiel evenwicht.
2.7.
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.8.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden.

3.Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[naam betrokkene] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen als genoemd in 2.5. kunnen worden getroffen;
3.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk
16 oktober 2024.
3.3.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 16 april 2024 door mr. M.E. Allegro, rechter, in tegenwoordigheid van mr. M.M. Verschuren, griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 26 april 2024.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.