Nachtrust vordert in conventie dat de voorzieningenrechter bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. bepaalt dat de beëindiging door Tempur van de overeenkomst, zoals vervat in de door partijen ondertekende “Retailer Overeenkomst”, onrechtmatig is c.q. in strijd met de redelijkheid en billijkheid is;
II. gebiedt dat Tempur de dealerrelatie met Nachtrust (al dan niet vervat in een “nieuwe” overeenkomst) voortzet overeenkomstig gelijksoortige afspraken als vervat in de “Retailer Overeenkomst” en de door Nachtrust in dat kader bestelde en nog te bestellen producten op de gebruikelijke wijze en tegen de gebruikelijke condities aan haar zal uitleveren gedurende tenminste een periode van een jaar vanaf 1 maart 2024, althans voor een periode als de voorzieningenrechter in goede justitie vermeent te behoren:
III. bepaalt dat Tempur een dwangsom van € 1.000,00 verschuldigd is, althans een door de voorzieningenrechter te bepalen dwangsom, voor iedere dag of gedeelte van de dag dat Tempur in gebreke is met het volledig voldoen van het sub II. gevorderde;
IV. Tempur veroordeelt in de kosten van dit geding, waaronder het verschuldigde griffierecht en het tot aan de dag van de uitspraak begrote bedrag aan salaris van de advocaat, te voldoen binnen 14 dagen na dagtekening van het vonnis, en indien voldoening niet binnen deze termijn plaatsvindt te vermeerderen met de wettelijke rente, te rekenen vanaf de datum van het vonnis, althans vanaf de veertiende dag na de datum van het vonnis, tot aan de dag van de algehele voldoening;
V. Tempur veroordeelt in de na het vonnis ontstane kosten (nakosten), forfaitair berekend op € 178,00 zonder betekening en verhoogd met € 92,00 in geval van betekening, te voldoen binnen 14 dagen na dagtekening van het vonnis, en indien voldoening niet binnen deze termijn plaatsvindt te vermeerderen met de wettelijke rente, te rekenen vanaf de datum van het vonnis, althans vanaf de veertiende dag na de datum van het vonnis, tot aan de dag van de algehele voldoening.