Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding;
- het tegen gedaagde verleende verstek.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 31 januari 2024 een verstekvonnis uitgesproken in een civiele procedure tussen eiseres en gedaagde. Eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. D. Rezaie, heeft gedaagde gedagvaard, maar deze is niet verschenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het gevorderde niet onrechtmatig of ongegrond is en heeft de vordering toegewezen. De rechtbank gelast gedaagde om binnen vier weken na de datum van het vonnis zijn volledige en onvoorwaardelijke medewerking te verlenen aan het bewerkstelligen van de echtscheiding van partijen volgens Iraans/islamitisch recht. Dit houdt in dat gedaagde, al dan niet samen met eiseres, moet verschijnen bij een in Nederland gevestigde sjiitische imam en daarna bij de Iraanse ambassade in Den Haag om toestemming te verlenen voor het uitspreken van de talaq en andere noodzakelijke handelingen. Indien gedaagde in gebreke blijft, wordt een dwangsom van € 500,00 per dag opgelegd, met een maximum van € 100.000,00. De rechtbank heeft verder bepaald dat de proceskosten tussen partijen worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. G.F. van den Berg.