Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.De bewezenverklaring
of omstreeks17 september 2022 te Groesbeek, gemeente Berg en Dal,
in elk geval in Nederland,als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig, daarmede rijdende over de weg, Cranenburgsestraat, zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door
zeer, althansaanmerkelijk
,onvoorzichtig en
/ofonoplettend, rijdend over voornoemde Cranenburgsestraat en
/ofgekomen nabij de T-kruising met de weg, Molenweg, niet de nodige voorzichtigheid in acht te nemen en
/ofonvoldoende aandacht te hebben voor het verkeer en
/ofde verkeerssituatie ter
/of (daarbij
)zijn motorrijtuig naar links heeft gestuurd en
/ofgereden, terwijl een hem tegemoetkomende medeweggebruiker zijn, verdachtes, motorijtuig al zeer dicht was genaderd en
/of (daarbij
)op/tegen het motorijtuig van verdachte is gebotst en
/ofgereden, waardoor een ander (genaamd [slachtoffer] ) zwaar lichamelijk letsel
of zodanig lichamelijk letselwerd toegebracht,
dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan,terwijl hij, verdachte, verkeerde in de toestand als bedoeld in artikel 8,
eerste, tweede, derde, vierde ofvijfde lid van de Wegenverkeerswet 1994
, dan wel na het feit niet heeft voldaan aan een bevel gegeven krachtens artikel 163, tweede, zesde, zevende of negende lid van genoemde wet;
of omstreeks17 september 2022 te Groesbeek, gemeente Berg en Dal een voertuig, te weten een personenauto, heeft bestuurd
of als bestuurder heeft doen besturenna gebruik van een in artikel 2, van het Besluit alcohol, drugs en geneesmiddelen in het verkeer, aangewezen stof als bedoeld in artikel 8, eerste lid van de Wegenverkeerswet 1994, te weten amfetamine, terwijl ingevolge een onderzoek in de zin van artikel 8 van genoemde Wet, het gehalte in zijn bloed van de bij die stof vermelde meetbare stof 140 mg per liter (amfetamine) bedroeg, zijnde hoger dan de in artikel 3 van het genoemd Besluit, bij die stof vermelde grenswaarde.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
een taakstraf van 160 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 80 dagen;
ontzegt verdachteten aanzien van het onder 1 primair en onder 2 bewezen verklaarde
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 18 maanden.
mr. G.L.C. van den Bosch, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A. Hessel, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 18 maart 2024.