In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 19 februari 2024 een beschikking gegeven over de wijziging van een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 2001, die onder toezicht staat van Pro Persona. De officier van justitie had op 14 februari 2024 een verzoek ingediend om de zorgmachtiging te wijzigen, na toepassing van tijdelijke noodzorg op 8 februari 2024. De rechtbank oordeelde dat het verzoek ontvankelijk was, ondanks dat het verzoek niet tijdig was ingediend volgens de wettelijke termijn. De rechtbank concludeerde dat de situatie van de betrokkene, die lijdt aan een psychotisch toestandsbeeld, niet was gestabiliseerd en dat er een dreigende noodsituatie was ontstaan. Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder de betrokkene zelf en artsen van Pro Persona. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene zich verzet tegen de voorgestelde zorgvormen, maar dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar waren. De rechtbank heeft uiteindelijk besloten de zorgmachtiging te wijzigen en de verplichte zorgvormen uit te breiden tot en met 3 april 2024, inclusief het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter R.A. Eskes, met griffier M.M. Verschuren aanwezig.